Dark
Light

Den Haag kocht anti-apartheidsbeweging af

Auteur:
5 minuten leestijd
'Pers geen Zuid-Afrikaan uit' (Geheugen van Nederland)
'Pers geen Zuid-Afrikaan uit' (Geheugen van Nederland)

De regering subsidieerde in de jaren zeventig en tachtig Nederlandse organisaties die opkwamen voor de onderdrukte bevolking van Zuid-Afrika. Maar hun oproep tot eenzijdige economische sancties tegen het apartheidsregime legde Den Haag naast zich neer. Dit is een van de opmerkelijkste feiten die Roeland Muskens vermeldt in Aan de goede kant, zijn boek over de Nederlandse anti-apartheidsbeweging.

Bord uit de tijd van de Apartheid
Bord uit de tijd van de Apartheid
‘Na de oorlog zat iedereen in het verzet.’ Het is een bekende uitdrukking, waarmee wordt bedoeld dat de Nederlandse natie zich na 1945 maar al te graag identificeerde met de enkele duizenden dapperen, die zich daadwerkelijk tegen de Duitse bezetter hadden geweerd. Iets soortgelijks geldt voor de manier waarop tegenwoordig wordt teruggekeken op de bijdrage die Nederland leverde aan de strijd tegen apartheid in Zuid-Afrika. Het beeld dat hiervan bestaat, heeft veel weg van die oude verzetsmythe.

Rond het overlijden van Nelson Mandela, op 5 december vorig jaar, refereerden de media telkens weer aan de bijzondere band die de ANC-leider met Nederland zou hebben gehad. Om deze band te onderstrepen werd een Nationaal Eerbetoon aan Mandela georganiseerd in Amsterdam, waar koningin Beatrix en allerhande politici en artiesten hun opwachting maakten. En op dit moment reist door Nederland en Zuid-Afrika een expositie, getiteld Signs of Solidarity – The Dutch Against Apartheid, die de indruk wekt dat het Nederlandse volk als één man zijn stem heeft laten horen tegen het racistische regime in Pretoria.

Alleen al om te zien of de nieuwe verzetsmythe standhoudt, is het de moeite waard om Muskens’ boek Aan de goede kant. Biografie van de Nederlandse anti-apartheidsbeweging 1960-1990 te lezen. De auteur behandelt één voor één de belangrijkste anti-apartheidsorganisaties, hun ideologische achtergronden, doelstellingen, successen en mislukkingen. Zo krijgt de lezer niet alleen een gedetailleerd beeld van de ‘professionele’ anti-apartheidsbeweging, maar wordt ook duidelijk in hoeverre zij erin slaagde de Nederlandse maatschappij te mobiliseren.

Sinaasappels

'Pers geen Zuid-Afrikaan uit' (Geheugen van Nederland)
‘Pers geen Zuid-Afrikaan uit’ (Geheugen van Nederland)
Op het eerste gezicht lukte dit aardig. Na een aarzelend begin wist men in 1966 voor het eerst een groter publiek voor de strijd tegen apartheid te interesseren via een live door de VPRO uitgezonden benefietveiling. De tv-avond bracht ruim 200.000 gulden op, die werd geschonken aan het Defence and Aid Fund dat ondersteuning bood aan gearresteerde Zuid-Afrikaanse activisten en hun gezinnen.

Toch duurde het tot in de jaren zeventig voordat de geest echt uit de fles ging. Volgens Muskens had activistisch Nederland zijn handen vol aan ander onrecht in de wereld, met name de Vietnamoorlog. Pas nadat de Zuid-Afrikaanse minderheidsregering in 1976 een opstand in Soweto met grof geweld onderdrukte, kreeg apartheid een prominente plaats in het Nederlandse bewustzijn. Verschillende organisaties schoten uit de grond, die waren geïnspireerd door linkse ideologieën of christelijke beginselen. Zij hielden zich bezig met boycotacties, politiek lobbywerk, publicaties, culturele festivals en financiële ondersteuning van de Zuid-Afrikaanse bevrijdingsbewegingen – met name het ANC.

Daarbij konden zij rekenen op een breed maatschappelijke draagvlak. Zo kreeg de Boycot Outspan Actie een groot deel van het winkelend publiek zover om geen Zuid-Afrikaanse sinaasappels meer te kopen, zodat het merk Outspan bijna volledig uit de Nederlandse schappen verdween. Dankzij tal van lokale werkgroepen en actieve kerkgemeenten was de anti-apartheidsbeweging uiterst sterk op grass-rootsniveau. Muskens noemt haar ‘een van de grootste sociale bewegingen uit de naoorlogse nationale geschiedenis’. Het actieve protest tegen apartheid was in Nederland ‘massaal’.

KLM

Toch is hier iets op af te dingen. Want hoewel slechts zeer weinig Nederlanders apartheid openlijk steunden, zagen velen niets in een totale boycot van Zuid-Afrika, zoals die door de anti-apartheidsorganisaties werd bepleit. De redenen liepen uiteen van onverschilligheid en economisch eigenbelang tot warme gevoelens voor de ‘stamverwante’ Afrikaners. Muskens haalt een NIPO-onderzoek aan uit juni 1976 (een week na het bloedbad van Soweto), dat laat zien dat de voor- en tegenstanders van Nederlandse bemoeienis met de binnenlandse aangelegenheden van Zuid-Afrika elkaar in evenwicht hielden.

Bovendien speelde apartheid geen rol in het stemhokje. Gedurende vrijwel de gehele jaren zestig, zeventig en tachtig maakten de confessionele partijen de dienst uit en zij kwamen maar mondjesmaat tegemoet aan de eisen van de anti-apartheidsbeweging. ‘Dat de meerderheid van de bevolking in deze periode toch een stem uitbracht op rechtse partijen, wijst erop dat het linke klimaat vooral een kwestie was van een grote actiebereidheid van een deel van de bevolking,’ schrijft Muskens. Met andere woorden: terwijl de linkse minderheid met acties tegen apartheid de toon zette, haalde de rechtse ‘zwijgende meerderheid’ haar schouders op.

Krottenwijk in Soweto - cc
Krottenwijk in Soweto – cc

Als je het succes van de Nederlandse anti-apartheidsbeweging afleest aan de mate waarin zij erin slaagde de regering tot actie tegen Zuid-Afrika te bewegen, dan valt het tegen. In vergelijking met sommige andere westerse landen was Nederland laat met het nemen van maatregelen om het apartheidsregime te isoleren. Den Haag weigerde eenzijdige economische boycots in te stellen en profiteerde op sommige gebieden zelfs van het feit dat andere landen dit wel deden. Zo was KLM een van de weinige maatschappijen die op Zuid-Afrika bleven vliegen en bleven Nederlandse multinationals zoals Philips en Shell in dat land actief.

Terwijl de regering vasthield aan het standpunt van non-interventie, gaf zij wel financiële steun aan de grote anti-apartheidsorganisaties in Nederland. Zij ontvingen jaarlijks een aanzienlijke subsidie van het rijk. Een deel van dit geld gebruikten zij voor hun acties in Nederland en een ander deel voor financiële en materiële hulp aan het ANC.

Hoewel de organisaties blij waren met de subsidie, voelden zij ook wel aan dat op deze manier Nederland zijn morele verantwoordelijkheid om meer druk te zetten op Pretoria afkocht. Vandaar dat sommige activisten verbolgen waren, toen bij het bezoek van de vrijgelaten Nelson Mandela aan Amsterdam op 23 juni 1990 allerlei hoogwaardigheidsbekleders er als de kippen bij waren om met hem op het podium te staan.

Rivaliteit

Dus zaten ‘de’ Nederlanders in het verzet? Afgaande op het boek van Muskens kan die vraag niet simpelweg met ja of nee worden beantwoord. Er bestond aanzienlijke actiebereidheid bij het links georiënteerde deel van de bevolking – meer dan in de meeste andere landen – maar de regering voerde een terughoudend beleid en had daarbij de steun van de meer rechtse meerderheid.

Aan de goede kant - Roeland Muskens
Aan de goede kant – Roeland Muskens
Voor Muskens zelf is dit overigens niet de hoofdvraag. Hij heeft de geschiedenis willen schrijven van de kleine groep mensen die werkelijk ‘aan de goede kant’ stonden, door jarenlang hun tijd en energie te wijden aan de strijd tegen apartheid. Dat doet hij geenszins onkritisch. De personen die hij beschrijft zijn geen eendimensionale verzetshelden, maar mensen met goede en minder goede eigenschappen. Een van de rode draden in Muskens’ boek is de rivaliteit die bestond tussen de diverse organisaties. Dikwijls was de animositeit net zo goed te herleiden tot persoonlijke kwesties als tot ideologische meningsverschillen. Een grotere smet op de Nederlandse anti-apartheidsbeweging vormden de gewelddadige acties van RARA in de tweede helft van de jaren tachtig, gericht tegen Makro-vestigingen en Shell-pomphouders.

Muskens heeft het allemaal gedetailleerd, overzichtelijk en consciëntieus opgeschreven, aan de hand van archieven en interviews met talloze betrokkenen. Zijn boek staat als een huis.

~ Bas Kromhout

Bas Kromhout is historicus. Hij werkt momenteel aan een biografie over Hendrik Verwoerd

Bekijk dit boek bij:

Bekijk dit boek bij Historiek Geschiedenisboeken

×