Dark
Light

Geldmoord

Auteur:
3 minuten leestijd

Dat het leven elk jaar duurder wordt, is voor ons net zo vanzelfsprekend als het feit dat de zon elke ochtend opkomt in het oosten. De vraag is alleen hóeveel duurder het allemaal zal worden. Anders gezegd: het is vanzelfsprekend dat ons geld minder waard wordt elk jaar, de vraag is alleen hoeveel minder. Dit is echter, historisch bezien, allesbehalve vanzelfsprekend.

Er zijn een aantal landen die een ware schat hebben aan statistische gegevens. Die gaan vaak eeuwen terug. Zo weten we ongeveer hoe de prijzen van alledaagse goederen zich ontwikkeld hebben in Nederland sinds 1450. De Britten hebben zelfs cijfers die teruggaan tot 1209. Ook voor Zweden, Denemarken, Frankrijk, Noorwegen, Turkije en de Verenigde Staten, om enkele landen te noemen, zijn er inflatiestatistieken die ver in de Middeleeuwen starten. Voor een econoom met belangstelling voor historie, of een historicus voor economie, is dat hetzelfde als de ballenbak bij de Ikea voor kinderen: dolle pret.

Eurobiljet – Foto: stock.xchng


Wat uit die cijfers voor alle genoemde landen zonder uitzondering blijkt, is dat de koopkracht van het geld eeuwenlang nagenoeg stabiel is geweest. Een Nederlander anno 1900 kon bijvoorbeeld met één gulden hetzelfde kopen als een Nederlander in 1630. En daarmee waren onze voorouders geen uitzonderingen in Europa en de rest van de wereld. De reden: inflatie, ofwel prijsstijgingen, in de eeuwen vóór ongeveer 1910 werden doorgaans opgevolgd door deflatie, ofwel prijsdalingen.

De gemiddelde inflatie bedroeg vaak 0% of over enkele langere periodes zelfs lager. Dat allemaal is vanaf het begin van de twintigste eeuw op zijn kop komen te staan. Ter vergelijking: de gemiddelde inflatie in Nederland sinds 1900 bedroeg volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek 3,2 procent. Dat lijkt niet veel, maar het is om te beginnen een wereld van verschil vergeleken met de decennia en zelfs eeuwen ervoor. Bovendien: als de prijzen elk jaar met 3 procent stijgen, is de koopkracht van 1 euro na slechts een decennium met ruim een kwart gedaald.

Dat de inflatie tussen 1630 en het begin van de twintigste eeuw gemiddeld ongeveer 0 procent bedroeg, wil natuurlijk niet zeggen dat er vóór 1900 geen inflatie was. In de periode tussen 1400 en 1910 is één duidelijke periode te zien waarin de prijzen in Europa behoorlijk zijn gaan stijgen, namelijk tussen ongeveer 1470 en 1620. Economische historici noemen die periode ook wel de Prijsrevolutie. In Geldmoord ga ik zeer uitgebreid in op die periode en de redenen voor de prijsstijgingen toen. Al snel worden de overeenkomsten tussen toen en nu, ondanks de grote afstand in tijd, duidelijk. Overeenkomsten die volgens Geldmoord een duidelijke waarschuwing zijn.

Afgezien van de periode van de Prijsrevolutie, stegen de prijzen van tijd tot tijd ook in andere periodes. Zoals gezegd echter daalden ze ook sterk, een zo goed als onbekend fenomeen sinds de Tweede Wereldoorlog. In Nederland bijvoorbeeld was er alleen in 1987 sprake van deflatie. De prijzen daalden in dat jaar met een ‘enorme’ 0,5 procent. Duitsland kende na de Tweede Wereldoorlog eveneens slechts in één jaar, 1986, deflatie. De prijzen daalden toen met welgeteld 0,1 procent. De Verenigde Staten hadden die eer twee keer.

Geldmoord – Hoe de centrale banken ons geld vernietigen

Een andere opvallende zaak is dat als we naar een prijzengrafiek voor Nederland, Spanje, Zweden, Spanje of welk ander Westers land dan ook kijken, de jaren van stijgende prijzen slechts met een vergrootglas te spotten zijn. Ze vallen namelijk allemaal in het niet vergeleken met wat op álle grafieken niet te missen is, namelijk een forse en snelle stijging van de inflatie vanaf het eerste decennium van de vorige eeuw. De conclusie kan daarom niet anders luiden dan dat we met recht mogen spreken van een ongekende inflatieschok, of anders gezegd een uitzonderlijk schadelijke aanslag op de waarde van ons geld in de laatste eeuw. Al snel blijkt dat echter alles behalve een mysterie te zijn.

Men heeft geen economisch-historische Sherlock Holmes nodig om te achterhalen wie de geldmoord op zijn geweten heeft: het zijn de centrale banken. Geldmoord levert het bewijs daarvoor. Denk daar aan wanneer in 2014 de festiviteiten losbarsten naar aanleiding van het 200-jarig bestaan van De Nederlandsche Bank, de hoedster van de gulden. Of volgend jaar al, wanneer de Amerikaanse centrale bank zijn honderdste verjaardag viert.

~ Edin Mujagic

Dit artikel is geschreven op basis van het begin oktober gepubliceerd boek van Edin Mujagic, macro- en monetair econoom en publicist, getiteld Geldmoord: hoe de centrale banken ons geld vernietigen. Zie ook op www.geldmoord.nl

×