Dark
Light

“Kunst is datgene waar je mee weg kunt komen”

9 minuten leestijd
Mel Ramos - Hippopotamus
Mel Ramos - Hippopotamus

Het Ludwig-museum in Keulen herbergt een van de belangrijkste collecties van Amerikaanse en Britse Pop Art ter wereld. De collectie is opgebouwd door het echtpaar Peter en Irene Ludwig. Dat zij zoveel Pop Art kunstwerken bijeenbrachten is best bijzonder. Het eerste Pop Art kunstwerk dat Chocolade-fabrikant Peter en zijn vrouw Irene Ludwig zagen, shockeerde hen namelijk zeer.

Deze sculptuur van George Segal die de Ludwigs in de jaren zestig in het MoMA (New York) zagen staan, vonden ze gewoonweg walgelijk. Segal’s werk bezit vaak een melancholische ondertoon en heeft als onderwerp het anonieme, afgestompte leven dat mensen leiden in grote moderne steden. Tot dat moment verzamelden de Ludwigs (beiden afgestudeerde kunsthistorici) voornamelijk antieke en middeleeuwse kunst. Niet lang daarna veranderde hun opvatting en begonnen ze fanatiek Pop Art te verzamelen. Eén van hun eerste werken was Tom Wesselman’s Landscape No. 4, dat momenteel in Keulen te zien is op de Ludwig goes Pop-tentoonstelling in het Ludwig-museum, vlakbij de Keulse Dom.

Landscape No. 4 is een donker getint Pop Art schilderij waarop een Ford automobiel staat die op een verlaten weg rijdt met besneeuwde bergen op de achtergrond. Na dit eerste schilderij zou de Ludwig-verzameling (snel) uitbreiden met werken van onder andere Andy Warhol, Roy Lichtenstein, Claes Oldenburg, Robert Rauschenberg, Edward Kienholz, Duane Hanson en Jasper Johns. Waar dat toe heeft geleid kan men nu in het Ludwig museum gaan zien.

Tom Wesselmann - Landscape No 4
Tom Wesselmann – Landscape No 4

Tegen elitaire Kunst

Pop Art ontstond in het midden van de jaren vijftig en was een reactie op het abstract expressionisme (van onder andere De Kooning, Rothko en Pollock) dat zichzelf erg serieus nam en conceptueel van aard was. Deze kunst was elitair van aard en werd vervaardigd met als doel om in (pretentieuze) musea te hangen. De Pop Art wilde daar vanaf en streefde er naar kunst weer dichter naar de mensen te brengen. Alledaagse consumptiegoederen en kapitalistische reclames werden gebruikt bij het vervaardigen van Pop Art. Zo wilde men dichter bij het leven van alle dag komen te staan. Kunst met een grote K werd op de hak genomen door anti-elitaire, banale weergaven te maken van platte, alledaagse gebruiksvoorwerpen en daar een portie ironie aan toe te voegen. Consumptie-artikelen waar de elitaire kunst haar neus voor ophaalde, kwamen dikwijls terug in de werken van Andy Warhol en andere Pop Art-kunstenaars. De consumptiemaatschappij leek zelfs verheerlijkt te worden door deze kunstenaars, maar werd dikwijls ook weer op een ironische, nihilistische manier vormgegeven. Het kitscherige, monotone en mensonterende aspect van de consumptieve massacultuur werd zo op de hak genomen.

Rat-Race

Duane Hanson - Woman with a Purse
Duane Hanson – Woman with a Purse

Een mooi voorbeeld van maatschappij-kritische Pop Art vormen de werken van de Amerikaanse Pop Art-kunstenaar Duane Hanson. Hanson maakte ‘realistische’ beelden van alledaagse Amerikaanse burgers die iedereen op straat kan tegenkomen. Deze mensen hadden volgend de kunstenaar vaak iets triests over zich. Hanson wilde laten zien dat veel mensen, en zeker Amerikanen, leven in vertwijfeling. Ze kunnen niet mee in de ‘rat-race’ van de moderne, kapitalistische maatschappij en zijn gedoemd om tweede- of zelfs derde-rangs levens te leiden, zonder veel toekomst. Niet iedereen is immers capabel om ‘the American Dream’ te leven en de rat-race vol te houden.

Hanson beeldt daarom altijd lelijke, treurige en afgepeigerde mensen op zijn werken af die vaak dik zijn en zich slenterend voortbewegen achter bijvoorbeeld een winkelwagentje. Het knappe van Hanson is dat hij door middel van dergelijke malcontente en hopeloze individuen uit de samenleving een gevoel van medeleven bij de toeschouwer weet op te roepen dat uniek is. Men voelt regelrecht medelijden met zijn beelden, hoe gek dat ook mag klinken. Hanson laat daarmee zien dat de beautiful people uit reclames eigenlijk niet realistisch zijn en dat kapitalisme en democratie niet altijd leiden tot welzijn van de bevolking. Vaak helemaal niet zelfs.

Hanson’s beeld van een triestig ogende vrouw in het Ludwig-museum is zo realistisch dat men er eerst straal voorbij loopt. Men zou zweren dat het een echt mens is dat daar staat met haar gestreepte trui, zwarte portefeuille en melancholische blik. Toch is het kunst.

Hanson’s werk wekt een vorm van naastenliefde op, wat geen kleine verdienste is. Ook zijn American Football-spelers, die vechten om een bal, en zijn troosteloze zwervers zijn zeer knap. Hanson toont er mee aan dat niet alles pais en vree is in de Amerikaanse maatschappij. Onder The American Dream zit wel degelijk veel onrecht en geweld verborgen. Het ‘Yes we can’ van Obama is niet voor iedereen weggelegd zo blijkt dikwijls.

Elvis, Jagger en Monroe

Andy Warhol - Mick Jagger
Andy Warhol – Mick Jagger

Natuurlijk mag Andy Warhol, als bekendste Pop Art kunstenaar, niet ontbreken. In Keulen hangen een paar fraaie schilderijen van zijn hand en er vallen ook driedimensionale werken van zijn hand te bezichtigen. De bekende Campell’s soepblikken kennen de meeste mensen wel, net als zijn portretten van Marilyn Monroe. Het schilderij van Rolling Stones zanger Mick Jagger dat in Keulen hangt, is minder bekend, maar daarom niet minder fraai. Het krachtige lijnenspel doet de sterke en karakteristieke trekken van Jagger’s hoofd goed uitkomen. Elvis komt ook mooi uit de ‘verf’, net als Warhol’s opmerkelijke ‘roze’ schedel, waar pasteltinten aan toegevoegd zijn. Zijn Brillo zeep-sponsjes en Campell’s-dozen zijn ook aardig om te zien. Ze drukken uit dat Warhol in alles kunst zag, waarmee hij in de voetsporen treedt van de grote Franse kunst-vernieuwer Marcel Duchamp die zelfs een pisbak als kunst beschouwde en dit voorwerp gesigneerd naar een museum opstuurde (niet geaccepteerd zo bleek later).

Lichtenstein

In het Ludwig-museum hangen ook enkele fraaie werken van Roy Lichtenstein. Onder andere een mooi borstbeeld van een blondine dat er uitziet als een striptekening in 3D. Ook hier ontbreken de befaamde, grote, Ben-Day stippen, waar Lichtenstein beroemd mee werd, weer niet. Velen kennen die stippen wel van zijn schilderijen, maar om ze hier op een echt beeld te zien staan is bijzonder (fraai). Een ander boeiend werk is Lichtenstein’s interpretatie van schilderijen van Claude Monet. Deze Franse impressionist maakte diverse series werken van gebouwen en andere voorwerpen tijdens de morgen, middag en avond zodat toeschouwers de verschillen in lichtval konden zien. De interpretatie daarvan door Lichtenstein mag er zijn. Het is een soort stripversie van het werk van Monet geworden met wederom veel grote Ben-Day-stippen. Als men dichtbij komt, lijkt het niet veel soeps, maar als men veraf gaat staan is het geheel duidelijk te herkennen als een werk van Monet, maar dan op een typische Lichtenstein manier verbeeld. Het geeft een mooi en bijzonder effect. Boeiend zijn verder een stilleven van Lichtenstein met een grote witte kan erop en een kubistisch schilderij dat op een verstripping van een Picasso of Braque lijkt.

Roy Lichtenstein - Blonde
Roy Lichtenstein – Blonde

Lichtenstein’s werk lijkt op het eerste gezicht vrij lichtvoetig en zelfs populair en hip. Toch zitten er ook diepere thema’s in zijn werk. Zijn uitvergrotingen van Amerikaanse strips waren immers ook bedoeld om de trivialiteit van de Amerikaanse cultuur te benadrukken en om de ontmenselijking en de vervreemding die het leven in zo’n oppervlakkige moderne, samenleving ten gevolge heeft, te verbeelden. Door plaatjes uit strips uit te vergroten liet Lichtenstein de mensen voelen hoe plat en onpersoonlijk de massa-cultuur kan zijn. Subjectieve, persoonlijke emoties werden in strips namelijk vaak op een grove, theatrale en objectieve manier weergegeven waardoor het echte (subjectieve) menselijke gevoel er uit verdwijnt. Een huilende of naar liefde smachtende vrouw, die Lichtenstein regelmatig schilderde, krijgt op die manier iets onechts en karikaturaals, zeker als ze uitvergroot wordt. Zo’n tekening wordt dan stereotiep vrouwelijk, wat Lichtenstein duidelijk tegenstond. Toch wilde Lichtenstein het daar liever niet over hebben. Hij zei altijd dat hij zich met het scheppen van beelden bezighield, niet met thema’s.

Porno?

Veel toeschouwers zullen perplex staan bij het niks verhullende werk van John de Andrea. In Keulen is namelijk een prachtig mooi beeld van diens hand te zien van een slapende, naakte dame op een matras, dat bijna levensecht is. De toeschouwer zal zich wellicht een voyeur voelen als hij het beeld aanschouwt. Porno is het duidelijk niet, maar wat dan wel? Kunst of ‘realiteit’ ? De Andrea wordt gezien als een hyperrealist en lijkt in zijn thematiek enigszins op Duane Hanson. De Andrea poogt om de ware kern van een individu naar boven te halen en zijn / haar uniekheid en individualiteit vast te leggen. Als modellen gebruikte hij vrijwel altijd mensen uit zijn eigen omgeving. Helemaal gemakkelijk voelt het kijken naar dit beeld niet. Het is net of je iemand betrapt op een lastig moment. Bijzonder om te zien.

John de Andrea - Woman on Bed
John de Andrea – Woman on Bed

De Hippopotamus (zie afbeelding boven artikel) van Mel Ramos is dan weer van een heel andere orde. Dit werk stelt een nijlpaard voor met een wulpse blondine op zijn rug. Het is eerder grappig dan confronterend of ongemakkelijk. Het beeldt het krachtsverschil tussen’ natuur en mens’ en ‘wildernis en cultuur’ uit. Zeer fascinerend. Ramos wordt net als De Andrea ook gezien als een hyperrealist. Hij staat vooral bekend om het schilderen van blote dames en consumptiegoederen. Zijn eigen vrouw, Leta Ramos, stond vaak model als blote dame. Ramos persifleerde daarnaast ook meesterwerken uit de kunstgeschiedenis en verving dan de klassieke naakten door pin-up girls.

Boeiend is verder Robert Rauschenberg’s werk Soundings. Als men voor deze donkere zeefdruk uit plexiglas staat en een geluid maakt, licht het geheel op en komen er helder verlichte stoelen tevoorschijn. Dat geeft een zeer verrassend effect dat men niet direct verwacht. Rauschenberg wordt beschouwd als een Neo-Dadaïst die een soort anti-kunst maakte. Het ging daarbij meer om het eindresultaat van een kunstwerk dan om het concept dat er aan ten grondslag ligt.

Duane Hanson - Bowery Derelicts
Duane Hanson – Bowery Derelicts

Wastafel als kunst

De bijzondere werken van de Zweed Claes Oldenburg dienen ook vermeld te worden. Oldenburg doet iets zeer fascinerends door alledaagse voorwerpen als lichtschakelaars en wastafels vergroot uit te beelden als een soort opblaaspoppen. Van stabiele voorwerpen verworden ze tot opblaasbare flut-artikelen. Ze worden zo uit hun traditionele context gehaald en krijgen daardoor iets bizars en futiels. Het maakt deze symbolen van de wegwerp-maatschappij tot eigenzinnige kunst, terwijl ze daar uiteraard niet voor ontwikkeld en ontworpen waren.

Oldenburg, die getrouwd was met de Nederlandse kunstenares Coosje van Bruggen, verzette zich tegen het fetisj-karakter van commerciële producten en hun ontwerp. Door hun uiterlijk te veranderen en er bijna surrealistische voorwerpen van de maken, doet hij ze door hun menselijke vormen bijna opnieuw tot leven komen en krijgen ze een nieuwe exotische waarde. Hun betekenis als voorwerpen uit de massacultuur verdwijnt daarmee bijna volkomen.

Andy Warhol (Marilyn) en Duane Hanson (Football Vignette)
Andy Warhol (Marilyn) en Duane Hanson (Football Vignette)

Vitrine

Het echtpaar Ludwig heeft door de jaren een prachtige, belangwekkende verzameling aangelegd zo blijkt uit deze expositie. In dienst van hun verzameldrang hielden ze ook allerlei informatie bij over hun kunstaankopen. In diverse vitrines in het museum kan men zien hoe serieus ze daar mee bezig waren. Als ware documentalisten bewaarden ze van alles over hun favoriete kunst en artiesten. Brieven, notities en aantekeningen over de kunstenaars die ze aankochten vallen te aanschouwen. Mooi om te zien hoe druk en serieus ze er mee bezig zijn geweest. Het echtpaar Ludwig ging bij hun aankopen duidelijk niet over één dag ijs zo blijkt uit de gegevens in de vitrines.

Commercie en Popcultuur

Commercie en popcultuur zijn tegenwoordig alom tegenwoordig in onze maatschappij. Dit kapitalistische en commerciële aspect werd aan de ene kant sterk omarmd door de Pop Art kunstenaars Ze kwamen immers vaak zelf uit de reclamewereld en hadden niet zelden ook commerciële advertenties ontworpen. Veel van de Pop Art-kunstenaars zeiden daarom ronduit: ‘consumption is cool’. Merken als Ford, Brillo, Coca Cola, Campbell’s en Marlboro en hun reclames werden door hen dan ook sterk gewaardeerd. De Pop Art kunstenaars vonden oprecht dat er artistieke waarde zat in commerciële producten en reclame. Dat was niet gelogen. Men had daarbij vooral oog voor het design, de grafische vormgeving en de verpakking van massa-artikelen.

Pop Art laat ons echter ook op ironische wijze zien dat de vercommercialiseerde, westerse samenleving tevens een platte, kitscherige en onmenselijke kant heeft die niet altijd even fraai is. Onderhuids uit de Pop Art-stroming regelmatig kritiek op de consumptiemaatschappij. De vergrotingen op enorme schaal van consumptiegoederen en de mechanische reproductie van allerlei merkartikelen in de Pop Art toonden het goedkope karakter van massaproductie aan. Het liet het ware, betekenisloze gezicht van dergelijke artikelen zien en bracht ze terug tot de fetish van het groot-kapitaal die ze eigenlijk in de kern toch waren. Ironisch genoeg gaan de schilderijen van mensen als Warhol en Lichtenstein tegenwoordig voor miljoenen dollars over de toonbank. Over commercie gesproken! Het kan raar lopen in de (kunst)wereld.

Edward Kienholz - The Portable War Memorial
Edward Kienholz – The Portable War Memorial

Consumptie is cool

Of consumptie echt zo cool is, zoals sommige Pop Art-kunstenaars beweerden, kan men nu in Keulen zelf gaan zien. Volgens Andy Warhol was consumptie wel degelijk iets om naar te streven. Hij zei niet voor niets:

“Geld verdienen is de meest fascinerende vorm van kunst”.

Vies van kapitalisme was hij dus zeker niet. Zo’n uitspraak heeft echter ook iets nihilistisch en dat paste goed bij Warhol. De uitspraak “Kunst is datgene waar je mee weg kunt komen” is immers ook van hem. Ooit zei hij zelfs…

“…dat men verbaasd zou zijn hoeveel mensen een elektrische stoel (als kunst) aan de wand van hun living zouden hangen als die maar bij de bekleding past!”

Niet veel kunstenaars zullen zo over hun eigen professie spreken, maar bij Warhol was de ironie, het nihilisme en zelfspot nooit ver weg. Ook dat hoorde bij de Pop Art.

Hoe erg het met die gruwelijk mooie Pop Art nu werkelijk is gesteld kunt u tot 11 januari 2015 zelf gaan bekijken in Keulen. Een aanrader!

~ Paul Prillevitz

Korte video over de tentoonstelling

Gratis nieuwsbrief

Meld u aan voor onze wekelijkse nieuwsbrief (51.171 actieve abonnees)


Ruim 50.000 geschiedenisliefhebbers ontvangen wekelijks onze gratis nieuwsbrief.

Meld u ook aan

×