Dark
Light

Zuster Bertken (1426/27-1514) – Nederlandse kluizenares

Auteur:
2 minuten leestijd
Zuster Bertken
Zuster Bertken
De Nederlandse dichteres Zuster Bertken liet zich in 1457 vrijwillig inmetselen in de Utrechtse Buurkerk. Ze beloofde de rest van haar leven in afzondering te wijden aan God. Vanuit haar nis kon zij de mis volgen. En door een opening naar buiten toe kon zij mensen te woord staan. De Utrechtse bevolking beschouwde haar als een heilige. Bertken verbleef 57 jaar in haar cel. In 1514 stierf zij op 87-jarige leeftijd. De Utrechtse stadsgids Judith Schuil deed onderzoek naar de kluizenares:

In de Middeleeuwen bestond het gebruik van ‘inkluizen’, wat betekent dat mensen zich vrijwillig, voor de rest van hun leven, alleen lieten opsluiten in een kluis of cel om al hun tijd aan God of kerk te kunnen wijden. Niet alleen in steden als Londen, Parijs en Keulen bestonden die kluizen; ook Utrecht, als religieus centrum, had er een paar. De bekendste ingekluisde van die stad was rond het jaar 1500 Zuster Bertken.

Een kluis, doorgaans in oppervlakte een roede in het vierkant (wat ongeveer 16m² is), bevond zich vanwege zonlicht en warmte altijd aan de zuidkant van een kerk of kapel, bij het koor. Via een raampje kon men de mis volgen.

Zuster Bertken op een lantaarnconsole bij de Maartensbrug in Utrecht - cc
Zuster Bertken op een lantaarnconsole bij de Maartensbrug in Utrecht – cc

Er was een heel systeem verbonden aan zo’n inkluizing. Een ‘gedienstige’ haalde bij verschillende particulieren eten op om aan de ingekluisde – wat zowel een vrouw als man kon zijn – te brengen. De schenkers werden daarvoor bijvoorbeeld beloond met een aflaat. Voor de ingekluisden golden verschillende leefregels: men moest de zeven getijden bidden en voorzien in het eigen levensonderhoud door werk te verrichten, zoals het (over)schrijven van boeken, het borduren of naaien van liturgische gewaden, maken van boekomslagen of door te spinnen of weven.

Over de ingekluisden zelf is over het algemeen niet veel bekend. Blijkbaar leidden zij doorgaans een redelijk rustig, afgezonderd bestaan, hoewel er wel een geval bekend is van iemand die uit zijn cel en de stad werd gezet omdat hij ‘dorpelike ende lelike woerde’ sprak, oftewel schandelijke taal had uitgeslagen. Was dit wellicht Peter Gijsberts, die rond 1500 bij de Predikherenkerk vertoefde?

Geliefd

Hoe dan ook, over Zuster Bertken weten wij wel een paar zaken, zoals dat zij 57 jaar in haar kluis verbleef, overpeinzingen bij het lijden van Jezus en gedichten schreef en geliefd was bij de bevolking. Het grootste gedeelte van haar tijd bracht ze door met bidden en mediteren.

En wij weten nog wat meer, zoals dat zij de dochter was van Jacob van Lichtenberg, kanunnik van het Domkapittel en proost van het kapittel van Sint-Pieter en dat zij, toen zij stierf, met de Domklokkken werd overluid ‘als over een prelaat’, wat wil zeggen dat haar grote eer werd bewezen.

Er zijn twee religieuze boekjes van de kluizenares bewaard gebleven: Het boecxken van dye passie, met overwegingen in proza over het lijden van Christus en Suster Bertkens boeck tractierende van desen puncten, dat onder meer een aantal gebeden bevat en een traktaat over de kerstnacht.

~ Judith Schuil

Overzicht van boeken over de Middeleeuwen

Gratis nieuwsbrief

Meld u aan voor onze wekelijkse nieuwsbrief (51.171 actieve abonnees)


Mede dankzij onze donateurs zijn al onze artikelen gratis te lezen. Op Historiek vindt u dus geen PREMIUM artikelen of 'slotjes'.

Steun ons ook

×