Tijdens de Koude Oorlog werd op de Teufelsberg in Berlijn een grote Amerikaanse afluisterpost geïnstalleerd: Field Station Berlin. Vanaf de kunstmatige heuvel kon het radioverkeer in de DDR en een aanzienlijk deel van de Sovjet-Unie vierentwintig uur per dag gevolgd worden.
Op de Glienicker Brücke in Berlijn werden tijdens de Koude Oorlog verschillende keren spionnen uitgewisseld. De overgangsplaats kwam daarom ook wel bekend te staan als 'de spionnenbrug'.
In september 1969 kondigde de zender RIAS-Berlin een sensatie aan: ter gelegenheid van de twintigste verjaardag van de Duitse Democratische Republiek (DDR) zouden de Rolling Stones een concert in West-Berlijn geven. Bij de Stasi werd alarm geslagen.
Half juni 1953 staakten en demonstreerden duizenden Oost-Duitse arbeiders tegen de verlaging van hun levensstandaard. Russische tanks moesten de Volkspolizei te hulp komen om de arbeidersopstand met geweld te onderdrukken.
De Berlijnse Muur had zeven officiële grensovergangen. Veruit de bekendste is Checkpoint Charlie. Deze controlepost bevond zich op de Friedrichstraße.
Op 26 juni 1948 wordt de Berlijnse Luchtbrug ingesteld. Tot en met 12 mei 1949 wordt West-Berlijn via de lucht bevoorraad. Met de luchtbrug doorbraken de Amerikanen, Britten en Fransen de Blokkade van Berlijn die was ingesteld door de Sovjet-Unie om west-Berlijn te isoleren.
Het begrip Ostpolitik, ook wel neue Ostpolitk genoemd, is een politieke term uit de periode van de Koude Oorlog. Op initiatief van Willy Brandt (1913-1992) paste de democratische Bondsrepubliek Duitsland (BRD) zijn houding richting de communistische Deutsche Demokratische Republik (DDR) en de Sovjet-Unie aan en trad een periode op van ontspanning tussen deze landen.
In een poging het huis van de sloophamer te redden, onderzoekt Harding de geschiedenis van de vijf families die op deze plek hebben geleefd: een herenboer, een welvarende Joodse familie, een beroemde nazicomponist, een weduwe en haar kinderen en een informant van de Stasi.