Sint Amandus is wellicht de bekendste heilige uit onze vroege Middeleeuwen. De apostel der Franken introduceerde zowat in zijn eentje het christendom in Vlaanderen. Althans zo wil de overlevering het. De realiteit was enigszins anders.
Voor de vroege middeleeuwer waren de waarneembare en de bovenzinnelijke wereld volledig met elkaar verweven, laat Luit van der Tuuk zien in Indiculus. Iedereen was zich voortdurend bewust van de aanwezigheid van bovennatuurlijke machten die invloed uitoefenden op het aardse bestaan.
In de twaalfde en dertiende eeuw verrezen in het rijke Friese Noorden (Friesland en de Groningse Ommelanden) in korte tijd talloze stenen kerkjes. Ze vormen tegenwoordig een monumentale romanogotische erfenis uit de Middeleeuwen en staan er nog steeds patent bij.
Voor de Europese mens in de middeleeuwen stond het leven in het teken van de bijna onmogelijke opgave om op het juiste moment gereed te zijn om voor het hemelse gerecht te verschijnen. Een mens kon de zaligheid niet zelf verdienen, maar zich hooguit beroepen op verzachtende omstandigheden, op voorbeden van medemensen of op de barmhartigheid van Jezus, Maria of
Al ongeveer tien jaar reist de in Keulen woonachtige fotograaf en blogger Christian Hermann door Oost-Europa om sporen van verdwenen Joodse gemeenschappen te fotograferen.
Niet alleen oudheidkundigen hebben belangstelling voor antieke teksten. Ook vakantiegangers laten zich graag verleiden om iets authentieks uit een oeroude cultuur mee naar huis te nemen.
Eeuwenlang hield de kerk het lichaam gevangen. Het huwelijk diende voor de voortplanting en het dempen van lusten. Genot was uit den boze. Maar beschikte het lichaam niet over een seksuele uitrusting die vanzelf genot ontstak?
Het was de bedoeling dat alles wat herinnerde aan Adriaan Koerbagh (1633-1669) voorgoed van de aardbodem zou verdwijnen. In 1668 werd hij wegens godslastering veroordeeld tot tien jaar rasphuis in Amsterdam. Al zijn boeken werden vernietigd.
Het visioen van keizer Constantijn de Grote in 312 is een van de bekendste christelijke legenden. Hoe ontstond de legende en hoe moet deze geïnterpreteerd worden?
Classicus Diederik Burgersdijk schreef De sluipwesp en de leliën (Atheneum – Polak & Van Gennep, 2018). Inleiding en achterflap beloven dat hierin zowel de christelijke als de klassieke oudheid behandeld wordt en de samenhang hiervan aangetoond, tot op heden. Een ambitieuze doelstelling die ook andere lezers dan oudheidliefhebbers kan aanspreken. Maakt Burgersdijk dit waar?