In het Verzetsmuseum Amsterdam is vanaf 14 oktober de tentoonstelling Amsterdam door de lens van een clandestiene camera te zien. In deze tentoonstelling geven foto’s van amateurfotograaf Karel Bönnekamp (1914-2008) een bijzonder beeld van het leven in Amsterdam tijdens de Duitse bezetting.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog was het in Nederland verboden om op straat te fotograferen. Toch probeerden sommige fotografen de oorlogsomstandigheden vast te leggen. Zo was bijvoorbeeld Karel Bönnekamp lid van de Ondergedoken Camera, een groep Amsterdamse fotografen die het laatste jaar van de Duitse bezetting vastlegde.
Bönnekamp fietste voor zijn verzetswerk door heel Amsterdam en maakte foto’s van alles wat hem niet aanstond aan de Duitse bezetting. Bijzonder is dat hij er ook in slaagde de Jodenvervolging uitgebreid vast te leggen. Na de oorlog werden de foto’s die professionele fotografen tijdens de bezetting hadden gemaakt bekend. De opnames van amateurs, zoals die van Bönnekamp, verdwenen volgens het Verzetsmuseum vaak in een kast tussen de familiekiekjes.
In de tentoonstelling Amsterdam door de lens van een clandestiene camera worden de meest bijzondere foto’s uit de collectie Bönnekamp getoond. Liesbeth van der Horst, directeur van het Verzetsmuseum:
“Bönnekamp heeft vergeten gebeurtenissen gefotografeerd, zoals de inbeslagname van honden om mijnenvelden te verkennen. Hij maakte ook unieke foto’s van het afvoeren van Joden in Amsterdam. Een gearmd stel loopt langs Joden die per tram worden gedeporteerd. De mensen schikken zich. Dat zie je bij Bönnekamp, en niet bij de bekende, professionele oorlogsfotografen die voornamelijk de hongerwinter hebben vastgelegd. Bönnekamp geeft een veel completer beeld
van bezet Amsterdam.”
Veel verzetsfotografen verstopten hun camera in een tas. Bönnekamp deed het anders. Hij stelde zich verdekt op en maakte zijn foto’s haastig. Zo was hij er bijvoorbeeld bij na de aanslag op het bevolkingsregister. Bönnekamp fotografeerde de ravage vanachter het raam van een café aan de overkant. De verzetsfotograaf werd slechts één keer aangehouden. Dat was toen hij de deportatie van een Joods gezin vastlegde. Hij kwam vrij doordat hij een aanvraagformulier om te mogen fotograferen bij zich droeg. Die aanvraag diende hij overigens nooit in.