Dark
Light

Blijde Inkomst (3 januari 1356)

Belangrijke oorkonde uit de Middeleeuwen
Auteur:
3 minuten leestijd
Het Zoutleeuwse exemplaar van de Blijde Inkomst (1356)
Het Zoutleeuwse exemplaar van de Blijde Inkomst (1356)

De Blijde Inkomst (1356) is een van de meest belangrijke documenten uit de Middeleeuwen en uit de Brabantse geschiedenis. Het betrof een aantal bindende afspraken tussen de hertog van Brabant en de Brabantse steden. Dit charter werd ondertekend op 3 januari 1356 door hertogin Johanna van Brabant (1322-1406) en haar man Wenceslas, ook wel bekend als Wenceslaus I van Luxemburg (1337-1383). Wat is de oorsprong van deze Blijde Inkomst? En welke afspraken stonden in de oorkonde?

Oorsprong van De Blijde Inkomste of Blijde Intrede

De oorkonde Blijde Inkomst is vernoemd naar een middeleeuwse gewoonte, die men Blijde Inkomst of Blijde Intrede noemde. De Blijde Inkomst was met name in gebruik in de Zuidelijke Nederlanden: in Brabantse en Vlaamse steden als Brussel, Mechelen, Leuven, Gent, Brugge, Antwerpen en Maastricht. Een pas aangetreden vorst, landvoogd of hertog bracht dan een vreedzaam bezoek aan de steden in zijn regeringsgebied. Hij kreeg een feestelijk onthaal van de burgers in de stad. In ruil voor deze erkenning van zijn macht, gaf de hertog of vorst de steden vaak speciale rechten en privileges, bijvoorbeeld op handelsgebied.

De feestelijke Blijde Inkomste of Intredes zijn vermoedelijk ontstaan in de laat-Romeinse Tijd, aldus de Franse historicus Michel Rouche (1934-). In de provincie Gallië reden Romeinse bestuurders dan door de stad en werden door de bevolking toegejuicht.

Enkele beroemde Blijde Intredes waren die van Filips de Schone (1301) in meerdere steden, Blijde Intrede van Johanna van Brabant en Wenceslas in Brussel (1356), Blijde Intrede van Maximiliaan I van Oostenrijk in Antwerpen (1478) en diverse Blijde Intredes van Keizer Karel V in 1515, onder meer in Brugge, Gent en Leiden.

Overigens zet het Belgische koningshuis de tradities van de Blijde Intrede nog steeds voort. Zo deed koning Albert in 1918 enkele Blijde Intredes en bezocht koning Filip in 2013 met zijn vrouw Mathilde alle Belgische provinciehoofdsteden.

Belangrijkste afspraken uit de Blijde Inkomst van 1356

Johanna van Brabant en Wenceslas I
Johanna van Brabant en Wenceslas I
De Blijde Inkomst van 1356 was het resultaat van ruim een eeuw politieke instabiliteit in Brabant. Kort voor het overlijden van hertog Hendrik II van Brabant op 1 februari 1248, had hij de Brabanders de eerste landprivileges verstrekt. Hierna volgde een eeuw van allerlei troonswisselingen, waarbij in drie gevallen minderjarige hertogen aantraden en er vaak opvolgingsproblemen waren. Tegelijkertijd groeide de macht van de Brabantse steden tussen 1248 en 1356. De steden werden rijker en hadden een goed pressiemiddel tegen de hertogen. Als deze hun ‘bedes’ (hertogelijke belastingen) kwamen innen, konden de onderdanen weigeren deze te betalen en had de landsheer een probleem.

Door bovengenoemde samenloop van omstandigheden – een zwak hertogelijk gezag en steden die machtiger werden en meer invloed wilden – werd op 3 januari 1356 in Leuven de Blijde Inkomst vastgesteld. Op die dag traden hertog Wenceslas en hertogin Johanna van Brabant aan en werd een charter ondertekend. In de kern bepaalde de Blijde Inkomst, die bestond uit 34 artikelen, de wederzijdse rechten en plichten tussen de hertogen en de Brabantse steden, burgers en adel. De belangrijkste afspraken waren:

  • De oude privileges en rechten van de onderdanen van de hertog werden opnieuw bekrachtigd.
  • De macht van de hertog werd ingeperkt. Zo werd bepaald dat deze Brabantse machthebber alleen oorlog mocht voeren met toestemming van de Brabantse steden.
  • Brabant zou ondeelbaar blijven. Het was verboden om de Brabantse ‘lande te scheydene’ (art.1).
  • De gemaakte afspraken zouden gelden tot in ‘ewelicken dagen’, dus blijvend zijn.
  • Indien de hertog zijn plichten op het gebied van privileges niet nakwam, hadden de onderdanen het recht in verzet te komen.
  • Het document bevatte een belangrijke economische afspraak: koop- en handelslieden kregen bewegingsvrijheid door heel Brabant (en Limburg). Brabant was het enige ‘Nederlandse’ gewest met dit privilege en profiteerde hiervan enorm in de vijftiende eeuw, toen de Brabantse economie floreerde.

Impact van de Blijde Inkomst

Lang ging het niet goed, want al in juni 1356 was het Brabantse charter feitelijk niet meer rechtsgeldig. Toen brak namelijk de Brabantse Successieoorlog (1356-1357) uit.

Toch heeft de Blijde Inkomst een grote invloed gehad op het hertogdom Brabant en politieke opstanden in latere eeuwen. Vanaf de inhuldiging van hertog Anton van Bourgondië (1384-1415) in 1406 tot het bewind van de Habsburgse keizer Jozef II (1741-1790) legden de machthebbers in Brabant standaard de eed van trouw af op de Blijde Inkomst. Natuurlijk werd dit charter wel telkens geactualiseerd – tot het bewind van de Spaanse vorst Filips II (1527-1598), daarna niet meer -, maar de essentie van de Blijde Inkomst bleef eeuwenlang dezelfde: vorst en onderdanen hebben onderlinge plichten en rechten, en vorstelijke willekeur dient voorkomen te worden.

Tijdens conflicten in latere eeuwen is enkele malen een beroep gedaan op de Blijde Inkomste. Zowel tijdens de Nederlandse Opstand (1568-1648) als de Brabantse Omwenteling (1789) beriepen de opstandelingen zich op het oude Brabantse document uit 1356, ter legitimatie van hun protest tegen de vorst.

Lees de tekst van de Leuvense Blijde Inkomste (1356)
Boek: Bourgondië voorbij. De Nederlanden 1250-1650
Interessant is ook: Overzicht van de Nederlandse geschiedenis

Bronnen â–¼

*Deseure, B., Onhoudbaar verleden. Geschiedenis als politiek instrument tijdens de Franse periode in België, Leuven 2014, p.56-62.
*Venema, W. (sam.), Het aanzien van een millennium, Utrecht 1999, p.28-30.
*http://www.dbnl.org/tekst/_bli002blij01_01/_bli002blij01_01.pdf
*http://www.thuisinbrabant.nl/geschiedenis/bloeitijd-en-neergang/leuvense-huis/johanna-van-brabant/de-blijde-incomste
*http://www.archief-democratie.be/node/84

×