In Amerikaans ‘slang’ zijn Napoleon en Wellington ‘wiener cousins’ of ‘piemelneven’: twee mannen die seks hadden met dezelfde vrouw. Sommige dames hebben blijkbaar een zwak voor grote, machtige mannen en lukt het ook nog om ze aan de haak te slaan. Of is het andersom?
De Eerste Wereldoorlog is een van de gruwelijkste oorlogen uit de geschiedenis. De strijdende partijen kwamen al snel in een dodelijke omstrengeling terecht.
Op 8 februari 1904 viel de Japanse marine Port Arthur in Mantsjoerije aan en begon de Russisch-Japanse Oorlog. De strijd tussen de Russische Pacifische Vloot en de Japanse marine ging relatief gelijk op en had alle kanten uit kunnen gaan. De Japanners hadden echter niet alleen het geluk aan hun zijde, maar ook de geografie.
De Nederlandse winnaars van de Tour de France, Jan Janssen en Joop Zoetemelk, krijgen zaterdag voorafgaand aan de start van de beroemde wielerronde de Légion d’Honneur, de hoogste en belangrijkste Franse nationale onderscheiding.
Napoleons zwaarste cavalerie bestond uit regimenten cuirassiers en carabiniers à cheval. Beide herkenbaar aan hun metalen borstplaten en helmen. De Franse kurassiers personifieerden met hun harnasoverblijfselen uit ridderlijke tijden de Franse cavalerie. Zo trokken ze in 1914 nog ten strijde.
Zaterdag en vrijdag vond de re-enactment van de slag bij Waterloo plaats. Zo’n 5.253 mannen, 973 vrouwen en kinderen en 360 paarden namen deel aan de reconstructie van een van de meest tot de verbeelding sprekende historische veldslagen uit de Europese geschiedenis. Met gevaar voor eigen leven stortte Historiek zich in het strijdgewoel.
Na de Slag bij Waterloo lag het slagveldterrein behalve met lijken en gewonden bezaaid met wapentuig en persoonlijke bezittingen van de militairen. Een bijzonder achterblijfsel, later uit de grond gehaald, is dit naamplaatje van een Nederlandse militair.
Er zijn nogal wat schilderijen waarop Napoleon zittend op een paard is afgebeeld. In 1815, tijdens de wereldberoemde Slag bij Waterloo, zagen zijn mannen hem echter minder vaak op een paard zitten dan ze gewend waren. Daar was ook wel een goede reden voor. De keizer had tijdens de slag last van aambeien.
Na de slag bij Waterloo begon de strijd om het historische gelijk. De Britten, altijd goed in het hard blazen op hun eigen loftrompet, claimden met succes de overwinning voor zichzelf. In de door hen geschreven geschiedenis is zelfs van de Pruisische bijdrage weinig overgebleven, laat staan de Nederlands-Belgische.
1865 was de laatste grote herdenking waar mensen bij aanwezig waren die de slag bewust hadden meegemaakt, niet alleen op het slagveld, maar ook in Amsterdam. Uiteraard waren er die in “angstige spanning den uitslag afwachtten”, maar hoe zat het met de mensen die op 9 oktober 1811 keizer Napoleon hadden toegejuicht toen hij Amsterdam bezocht?