Het kabinet heeft besloten de Koloniën van Weldadigheid, de Nieuwe Hollandse Waterlinie, de Plantages van West Curaçao en de Romeinse Limes de komende jaren te gaan voordragen als werelderfgoed van Unesco.
Minister Bussemaker heeft hiermee het advies van een internationale expertgroep overgenomen. Het is de bedoeling dat de zogenaamde Koloniën van Weldadigheid in 2017 officieel worden genomineerd. In de jaren hierna volgen de Nieuwe Hollandse Waterlinie (2018), de Plantages van West Curaçao (2019) en de Romeinse Limes (2020). De laatste nominatie zal samen met Duitsland worden ingediend.
Maatschappij van Weldadigheid
De Koloniën van Weldadigheid werden begin negentiende eeuw opgericht door een particuliere organisatie. Drijvende kracht achter deze zogenaamde Maatschappij van Weldadigheid was generaal Johannes van den Bosch die de armoedige gezinnen na de Franse overheersing wilde helpen. Deze gezinnen kregen bijvoorbeeld een stukje grond om te verbouwen. Een van de koloniën groeide uit tot het huidige dorp Frederiksoord. Daar is tegenwoordig ook een museum te vinden dat gewijd is aan het werk van de Maatschappij van Weldadigheid. Deze nominatie wordt ingediend samen met Vlaanderen, waar zich ook enkele Koloniën bevonden.