Dark
Light

Molotov-Ribbentroppact – Duivelspact tussen Hitler en Stalin

Hitlers verbond met Stalin 1939-1941 – Roger Moorhouse
Auteur:
5 minuten leestijd
Ondertekening van het Molotov-Ribbentroppact
Ondertekening van het Molotov-Ribbentroppact

Op 23 augustus 1939 sloot nazi-Duitsland een non-aanvalspact met aartsvijand de Sovjet-Unie, met daarin een geheime clausule. In de historiografie heeft dit zogenoemde Molotov-Ribbentroppact onterecht veel te weinig aandacht gekregen, zo stelt historicus Roger Moorhouse in het boek Duivelspact. Hitlers verbond met Stalin 1939-1941 (Uitgeverij Omniboek, 2016). Moorhouse maakt duidelijk dat het pact van grote betekenis was voor de Europese geschiedenis.

Foute beeldvorming

Duivelspact - Hitlers verbond met Stalin 1939-1941
Duivelspact – Hitlers verbond met Stalin 1939-1941
Met name voor Centraal- en Oost-Europa had het Molotov-Ribbentroppact op korte en lange termijn grote consequenties. In de literatuur wordt vaak beklemtoond dat Jozef Stalin met dit verdrag vooral tijd wilde winnen en Hitler en consorten zo lang mogelijk (of blijvend) op afstand probeerde te houden. Deze beeldvorming, die nog steeds door historici naar voren wordt gebracht, klopt niet met de feiten. Moorhouse:

“Zoals dit boek zal aantonen, was Stalins ondertekening van het pact een veel proactiever en veel meer tegen het Westen gekante daad dan over het algemeen is aangenomen. Op tenminste één gebied wilde hij de naziagressie voor zijn eigen doeleinden gebruiken, om de val van het Westen en de langverwachte ineenstorting van de kapitalistische wereld te bespoedigen.” (24)

Dat gebied was Oost-Polen, dat – nadat de nazi’s vanaf 1 september 1939 Oost-Polen binnenvielen – vanaf 17 september door Russische troepen aangevallen en bezet werd. Maar hier bleef het niet bij, want op 30 november 1939 viel de Sovjet-Unie ook Finland binnen en in juni 1940 volgden Estland, Letland en Litouwen. Deze drie Baltische staten werden, net als het voormalige Roemeens Bessarabië (Moldavië) in augustus als republieken onderdeel van de Sovjet-Unie.

En, wat het meest cruciale gevolg van het Molotov-Ribbentroppact was: na Operatie Barbarossa (22 juni 1941), de Duitse inval in de Sovjet-Unie en de Duitse terugtrekking uit Oost-Europa in de jaren 1944 en 1945, wist de Sovjet-Unie haar invloed in heel Oost-Europa uit te breiden. De wortels van de naoorlogse troebele verhouding tussen Oost en West kwamen grotendeels voort uit het niet-aanvalsverdrag van 1939.

Slechts heel zelden een lachend gezicht

Moorhouse heeft zijn relaas gebaseerd op een reeks bronnen, zowel primair als secundair. Kenmerkend is dat Moorhouse zeer levendig schrijft en de lezer van moment tot moment meeneemt in de gebeurtenissen, waarbij hij een scherp oog heeft voor details en menselijke aspecten.

Zo beschrijft Moorhouse op prachtige wijze de dag waarop het pact gesloten werd: 23 augustus 1939. De auteur begint met de aankomst en landing van twee Duitse Focke-Wulf Condors op het Moskouse vliegveld Chodynka, en voert de lezer op een fabelachtige manier mee terug in de tijd. Von Ribbentrop was nerveus, terwijl Hitlers persoonlijke fotograaf – die bekendstond als de Reichssäufer (Rijkszuiplap) – zijn roes van de vorige avond uitsliep. Onder de twintig Duitsers bevond zich ook Hitlers hoofdtolk Paul Schmidt, en daarnaast allerlei adviseurs en diplomaten. Toen het gezelschap uit het vliegtuig stapten zette een Russische militaire kapel eerst het Deutschland, Deutschland über alles in, gevolgd door de Internationale. Na aankomst in hun residentie, besloten veel leden van de Duitse delegatie een kijkje te nemen in Moskou. Fotograaf Hoffmann bezocht bijvoorbeeld het graf van Stalins tweede vrouw Nadezjda Allilujeva, die hij ‘de mooiste vrouw die ik ooit heb gezien’ noemde, terwijl tolk Schmidt een rijtoer door de stad maakte. Schmidt schreef hierover later:

“Op het eerste gezicht was er een bijna teleurstellende gelijkenis met andere Europese steden. Maar bij nadere beschouwing werden de essentiële verschillen me duidelijk. De vrolijkheid die je gewend was te zien op de gezichten van mensen op straat in Berlijn, Parijs of Londen leek afwezig te zijn in Moskou. De mensen keken ernstig en staarden met een opgejaagde houding recht voor zich uit. Slechts heel zelden zag ik een lachend gezicht.” (42)

Bespreking en verdrag

Vervolgens komen in het boek de besprekingen aan bod die tot het uiteindelijke verdrag leidden. Bepaald werd dat Oost-Polen, Bessarabië, Finland en de Baltische staten aan de Russische invloedssfeer zouden toevallen. Hitler bood eerst een deel van Letland aan, maar Stalin wilde dat complete land hebben. Vervolgens werd door de Duitse delegatie gebeld met de vraag of dit kon. Hitler bekeek een landkaart en belde een half uur later terug om zijn akkoord te geven. Na nog wat heen-en-weer gepraat en een receptie, zetten beide delegaties in de kleine uurtjes hun handtekeningen onder het verdrag, dat slechts 280 woorden telde.

Oprukkende Duitse troepen, juli 1941.
Oprukkende Duitse troepen, juli 1941.

Deportaties en ergernissen

Het boek bestaat voor de overige hoofdstukken uit de uitvoering van het verdrag, tot het moment van ‘contractbreuk’ door de nazi’s op 22 juni 1941 via Operatie Barbarossa. Welke maatregelen werden onder meer genomen? Er moesten bijvoorbeeld tienduizenden mensen herplaatst worden – lees: gedeporteerd – naar andere gebieden om iedereen in de goede bezettingszone te krijgen. 128.000 etnische Duitsers migreerden naar Duits gebied, terwijl ongeveer 35.000 Oekraïners en Wit-Russen in de tegengestelde richting vertrokken.

Ook aan bod komen de ergernissen en frustraties die het pact aan beide kanten opleverde. Voor de communistische Sovjet-Unie, bijvoorbeeld, was een groot probleem dat de handel met de Verenigde Staten volledig opdroogde door een strikt Amerikaans embargo:

“Door het pact met nazi-Duitsland te tekenen had Stalin zich internationaal zo geïsoleerd dat het Duitsland van Hitler vrijwel de enige staat was die nog zaken met hem wilde doen. In 1938 kwam nog 60 procent van de machines en technologie die de Sovjet-Unie importeerde uit de Verenigde Staten, maar na de ondertekening van het pact en de invasie van Finland in het najaar van 1939 droogde de import volledig op. President Roosevelt legde zelf een ‘moreel embargo’ op aan de handel met de Sovjet-Unie.” (228)

Moorhouse sluit zijn boek af met een heldere analyse van Operatie Barbarossa, waarbij hij met name aandacht besteedt aan de motieven van Hitler voor deze inval en aan het feitelijke verloop van de Duitse aanval op de Sovjet-Unie. Ook de slachtingen van politieke gevangen door de Russen in de eerste uren en dagen na de Duitse inval komen hier aan bod. In juni 1941 ruimde Stalin via zijn geheime dienst NKVD tienduizenden mensen uit de weg van wie hij vreesde dat de Sovjet-Unie van hen meer last dan lust zou hebben. Verder vonden talloze volksgerichten en pogroms plaats tegen (potentiële) collaborateurs, vooral in Polen. Minstens 8700 mensen kwamen hierdoor in dat land om, volgens officiële Sovjet-dossiers, maar de gerenommeerde historicus Jan Groos berekende dat alleen al in Oost-Polen 100.000 mensen omgebracht zijn. In Litouwen vonden in elk geval 3000 mensen de dood, onder wie veel Joden, en in Estland minstens 2000. Maar ook deze cijfers zijn zeer vermoedelijk veel hoger.

Herdenkingsdag 23 augustus

Tot de val van het communisme in Oost-Europa, in de jaren 1989-1990, bleef het Molotov-Ribbentroppact taboe. De Russen ontkenden het bestaan ervan tot in lengte van jaren. Typerend was dat toen een journalist in 1983 aan Vjatsjeslav Molotov vroeg naar het geheime nazi-sovjetverdrag uit 1939, deze stelling ontkende dat zo’n verdrag bestaan had. Het laatste taboe op het verdrag werd uiteindelijk in 2009 doorbroken. Moorhouse:

“Begin april 2009 behandelde het Europese Parlement in Brussel een resolutie waarin werd voorgesteld dat 23 augustus voortaan de ‘Europese herdenkingsdag voor de slachtoffers van het stalinisme en nazisme’ zou zijn.” (343)

De resolutie werd aangenomen en sindsdien geldt 23 augustus als officiële ‘Europese herdenkingsdag’. Toch bleven veel Russen in de ontkenningsmodus steken. Een opiniepeiling wees uit dat 53 procent van de Russische bevolking het niet met dit besluit eens was, 36 procent neutraal en slecht 11 procent vóór.

Boek: Duivelspact. Hitlers verbond met Stalin 1939-1941

Enne Koops (1978-2023) was historicus en docent geschiedenis en maatschappijleer aan het Rietschans College in Ermelo. Zijn interesse ging uit naar onderwerpen als religie- en cultuurgeschiedenis, oorlogen, migratie, en de geschiedenis van Noord-Amerika, Nederland en Duitsland. Publiceerde vele artikelen op Historiek. Zie ook: In memoriam

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 51.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:

Gratis nieuwsbrief

Meld u aan voor onze wekelijkse nieuwsbrief (51.171 actieve abonnees)


Donateurs ondersteunen ons project en dragen direct bij aan de uitbreiding van ons archief.

Meer informatie

×