Dark
Light

Laïcité – Een complexe verworvenheid van de Franse Revolutie

Wil Emmanuel Macron de laïcité afschaffen?
5 minuten leestijd
Kathedraal St. Jérôme in Digne (cc)
Kathedraal St. Jérôme in Digne (cc)

Maandag 9 april 2018 sprak de Franse president Emmanuel Macron een bisschopsconferentie toe. Deze zin baarde ophef:

“Nous partageons confusément le sentiment que le lien entre l’eglise et l’état s’est abîme, et qu’il nous importe á vous comme á moi de le réparer.” Vrij vertaald: Macron hoopt de vertroebelde relatie tussen kerk en staat te herstellen.

De uitspraak lokte heftige reacties uit van linkse oppositiepolitici, die de laïcité in gevaar zagen. Dit kan uiteraard slechts het ‘relletje van de week’ blijken. Toch raakt het aan een gevoelig punt: laïcité wordt doorgaans gepresenteerd als een verworvenheid van de Franse Revolutie en als een wezenlijk onderdeel van la République. Daaraan tornen zou het gehele politieke systeem kunnen ondermijnen.

Bewogen negentiende eeuw

Laïcité is zo typisch Frans dat het begrip onvertaalbaar is. ‘Scheiding van kerk en staat’ dekt de lading niet, want daarvan is sprake in vrijwel alle Westerse democratieën. In veel Europese landen bestaat door de staat gefinancierd confessioneel onderwijs naast het openbare onderwijs, in veel overige Europese landen kan godsdienst als keuzevak gevolgd worden (soms is het zelfs verplicht). Geen van beide is het geval in de Verenigde Staten, maar daar is het nagenoeg onmogelijk om president te worden zonder verwijzing naar God.

In Frankrijk gaat de scheiding tussen geloof en staat veel verder. Religie is daar strikt privé. In het openbare leven, in ieder geval binnen overheidsgebouwen en – diensten, dient iedere verwijzing naar religie achterwege te blijven. Op Franse scholen wordt godsdienst zelfs niet als keuzevak aangeboden. Laïcité is niet antireligieus, maar godsdienst dient enkel privé te zijn.

“De in 1905 ingevoerde laïcité was geen compromis. Het was een overwinning van progressieve seculiere republikeinen op conservatieve rooms-katholieke monarchisten.”

Een pijnpunt is en blijft dat laïcité niet het resultaat is van consensus of compromis. De negentiende eeuw was voor Frankrijk een politiek woelige tijd. Tussen 1789 en 1905 kende Frankrijk drie monarchieën, twee keizerrijken en drie republieken. De kerk werd onderdeel van het debat. De Franse vorsten hadden namelijk al tijdens de Middeleeuwen veel invloed op de rooms-katholieke kerk op het eigen grondgebied gewonnen. In zekere zin bestond binnen de rooms-katholieke kerk een aparte ‘Franse’ kerk. De Franse koning had invloed op de benoeming van geestelijken.

In heel Europa werd in de loop der Middeleeuwen het ambt van bisschop een aanvaardbaar beroepsalternatief voor jongere adellijke zonen. Het kon weleens gebeuren dat deze zich vervolgens meer met politiek en oorlog bezig hielden dan met pastorale taken. Sociologisch ontstond inderdaad een verbond tussen adel en kerk, want veel bisschoppen waren telgen uit adellijke families.

Veel dorpspastoors waren niet van adellijke afkomst en stonden dichter bij boeren, arbeiders en middelstand dan bij de elite. Na de revolutie wilden antiklerikalen nogal eens over het hoofd zien dat de rooms-katholieke kerk geen contrarevolutionaire eenheid vormde, maar intern juist politiek verdeeld was. Afgevraagd kan worden of het antiklerikalisme niet onnodig dat deel van de katholieken vervreemde die anders ook voor de politieke hervormingen waren geweest.

Sommige Europese landen wisten begin twintigste eeuw de politieke verdeeldheid van de negentiende eeuw op te lossen met een compromis, bijvoorbeeld algemeen kiesrecht in ruil voor erkenning van confessioneel onderwijs. De in 1905 ingevoerde laïcité was geen compromis. Het was een overwinning van progressieve seculiere republikeinen op conservatieve rooms-katholieke monarchisten.

Schijnoplossing?

Zodoende ontstond een nieuw probleem. De meerderheid van de Franse bevolking was in religieus opzicht rooms-katholiek, maar vanwege de laïcité negeerden politici dit. De staat erkende hooguit religieuze instituties en onderhield religieuze gebouwen die al vóór 1905 bestonden, maar verder diende religie privézaak te zijn.

Dit staat in sterk contrast met de politiek in veel andere Europese landen, waar christen-democratische partijen vaak regeerden. Opvallend genoeg heeft dit Franse conservatieve presidenten er niet van weerhouden om in Europees verband daarmee samen te werken: de Franse conservatieven maken in het Europees Parlement bijvoorbeeld deel uit van de confessionele Evangelische Volkspartij (EVP).

Kruis (cc - Pixabay)
Kruis (cc – Pixabay)
Laïcité is niet alleen nadelig voor gelovigen. De strikte scheiding tussen politiek en religie maakt dat Fransen vrij zijn om ieder geloof te belijden wat ze willen, het is immers privé. De presidenten Charles de Gaulle en Jacques Chirac waren belijdend katholiek. Tijdens de Vierde Republiek (1946-1958) had Frankrijk zelfs een christen-democratische partij. Een van de grondleggers van de Europese samenwerking, Robert Schuman, was daar lid van.

Er zijn echter ook nadelen. Met name behoudende katholieken hebben altijd het gevoel gehouden dat de laïcité hen opgedrongen is. Denk hierbij aan de ouders uit de succesvolle komedie uit 2014, Bon Dieu (Franse titel: ‘Qu’est-ce qu’on a fait au Bon Dieu?’): elitair, politiek conservatief en ook rooms-katholiek. De grootschalige protesten tegen de openstelling van het burgerlijk huwelijk voor mensen van hetzelfde geslacht, in 2013, toonden dat dit nog steeds een grote bevolkingsgroep is in Frankrijk. François Fillon, in 2017 de conservatieve presidentskandidaat en Laurent Wauquiez, conservatief partijvoorzitter sinds 2017, sympathiseren hiermee.

Het tweede probleem is dat de laïcité minder consequent doorgevoerd wordt dan officieel zou moeten. De staat onderhoudt alleen religieuze gebouwen van vóór 1905. In de praktijk betekent dit dat veel kerken en synagogen wel onderhouden worden, maar moskeeën niet. Pas na de Tweede wereldoorlog kwam een grote toestroom aan moslims. Inmiddels is de islam de tweede religie in Frankrijk. Aanscherpingen van de laïcité, zoals een verbod op religieuze symbolen in openbare gebouwen en het openbaar onderwijs, lijken echter vooral gericht tegen de islam. Tegen hoofddoeken wordt harder opgetreden dan tegen kettinkjes met Davidssterren of kruisjes.

Elzas-Lotharingen zou pas na de Eerste Wereldoorlog weer van Duitsland op Frankrijk overgedragen worden. Tot op heden is de laïcité hier niet van toepassing.

Opgelegd aan Europa?

Zowel bij het Verdrag van Maastricht (1992) als bij de in 2005 bij referendum gesneuvelde Europese Grondwet blokkeerde Frankrijk, met beroep op laïcité, geschiedkundige verwijzingen naar de invloed van het christendom op Europa. Ter vergelijking: Frits Bolkestein, liberaal en atheïst, meende juist dat dit wel erkend moest worden. De invloed van Frankrijk is kennelijk groot genoeg om dit door te drukken, ondanks de sterke positie van christen-democratie in Duitsland. In 1992 was de socialist Mitterrand president, in 2005… Chirac! De Franse rooms-katholieken hebben dat Chirac altijd kwalijk genomen.

In de voormalige Oostbloklanden en in Rusland onder Poetin zijn kerken weer een grote rol gaan spelen in de openbaarheid. Ironisch genoeg heeft juist Frankrijk zich sterk gemaakt voor opname van Oost-Europese landen in de EU en goede relaties met Rusland. De religiositeit van deze landen staat haaks op het laïcisme van Frankrijk.

Zowel de Franse conservatieve partij, les Républicains, als Fidesz van de Hongaarse leider Viktor Orban behoren tot de EVP. Dit maakt Europese politiek niet overzichtelijker.

Blijft Frankrijk laïcistisch?

Macrons toespraak van 9 april kan slechts een voetnoot blijken, overschaduwd door dringendere politieke kwesties. Het kan ook aanleiding blijken tot nieuwe discussies over laïcité. Andere Franse ideeën zijn overgenomen door andere landen, deze opvattingen over kerk en staat niet. De felle reacties van linkse politici bevestigden onbedoeld dat het eerder een controversieel dan een algemeen aanvaard onderdeel van de Franse samenleving betreft.

Het acht uur journaal van France 2 suggereerde een dag na Macrons toespraak, dat de Franse president een sterk katholiek geloof heeft. Het zou een unicum in de geschiedenis worden, als een als links-liberaal getypeerde president het laïcisme betwistte.

×