De Libiër Abdel Basset al-Megrahi werd in 2001 tot levenslange gevangenisstraf veroordeeld na een proces in Zeist. Drie Schotse rechters oordeelden toen dat hij schuldig was aan de aanslag van 21 december 1988 op PanAm vlucht 103. Dit vliegtuig bevond zich boven het Schotse dorpje Lockerbie toen een bom afging.
Alle 259 inzittenden van het vliegtuig kwamen om het leven en op de grond overleden nog eens elf mensen.
Na een onderzoek van de Schotse justitie en Amerikaanse inlichtingendiensten, werd geconstateerd dat Libië betrokken was bij de aanslag. Het land zou wraak hebben willen nemen op Amerikaanse bombardementen op Tripoli in april 1986.
Abdel Basset al-Megrahi werd dus veroordeeld. Zelf had hij echter altijd schuld ontkend en ook in Schotland is niet iedereen ervan overtuigd dat hij inderdaad de dader van de aanslag is. In 2007 oordeelde een Schotse herzieningscommissie bijvoorbeeld nog dat er voldoende reden was aan te nemen dat er sprake was geweest van een rechterlijke dwaling.
Twee jaar geleden werd Al-Megrahi vrijgelaten en per vliegtuig naar Libië gebracht. De Schotse minister van Justitie, Kenny MacAskill, had besloten een compassieregeling toe te passen omdat de Libiër volgens zijn artsen aan prostaatkanker leed en niet meer dan drie maanden te leven had.
Bij nabestaanden van de Lockerbie-slachtoffers viel de vrijlating in zeer slechte aarde. De Schotse en Amerikaanse autoriteiten vroegen Libië de ontvangst in verband met de gevoeligheden sober te houden maar aan dat verzoek gaven de Libiërs geen gehoor. De veroordeelde terrorist werd in Tripoli door een grote menigte als held onthaald.
Nu het bewind van de Libische kolonel Muammar Khaddafi ten val lijkt te zijn gebracht hopen Amerikaanse senatoren dat de Libiër weer vastgezet zou worden. Volgens Schotse media zou Al-Megrahi zijn villa in Tripoli echter hebben verlaten. Zijn voormalige buurman heeft tegenover journalisten gezegd dat Khaddafi hem heeft meegenomen omdat hij “teveel weet”.
