Dark
Light

‘Het witte bussenplan’ – Een van de grootste reddingsacties van de oorlog

Met witte bussen naar de vrijheid – Arie Wolfert
Auteur:
5 minuten leestijd
Zweedse witte bus met Deense Joden, opgehaald in Theresienstadt (Tsjechië) maakt een tussenstop in het Deense Haderslev op weg naar Zweden ( foto collectie Museum Kamp Frøslev)
Zweedse witte bus met Deense Joden, opgehaald in Theresienstadt (Tsjechië) maakt een tussenstop in het Deense Haderslev op weg naar Zweden ( foto collectie Museum Kamp Frøslev)

Op 23 april 1945 en de daarop volgende dagen werden vele vrouwen uit concentratiekamp Ravensbrück gered. Hieronder bevonden zich enkele honderden Nederlandse vrouwen, waarvan een deel eerder in Kamp Vught zat. Deze reddingsactie maakte deel uit van een van de grootste reddingsacties uit de Tweede Wereldoorlog: het ‘witte bussen plan’. Dit plan werd uitgevoerd door het Zweedse Rode Kruis op verzoek van Noorwegen en Denemarken.

Historicus Arie Wolfert reconstrueert in zijn boek ‘Met witte bussen naar de vrijheid’ deze gecompliceerde en risicovolle actie. Op 7 april wordt zijn boek gepresenteerd in Nationaal Monument Kamp Vught.

15.000 gevangenen

Aanvankelijk zouden alleen Scandinavische gevangenen vanuit nazi-Duitsland naar Zweden worden gebracht. De reddingsactie kwam op het moment dat nazi-Duitsland op instorten stond: maart en april 1945. Het witte bussen plan redde de levens van ruim 15.000 gevangenen: ongeveer de helft waren Noren en Denen, de rest waren mensen met andere nationaliteiten, onder wie ruim 800 Nederlanders. Dit ging om Joodse werkneemsters van het Philips-Kommando en vrouwen die na de ontruiming van het Kamp Vught waren overgebracht naar Ravensbrück.

De Duitsers vallen in 1940 een Noors dorp aan (cc - Bundesarchiv)
De Duitsers vallen in 1940 een Noors dorp aan (cc – Bundesarchiv)

De oorlog in Scandinavië

De Tweede Wereldoorlog begon voor Scandinavië op 9 april 1940 met de Duitse invasie van Denemarken. Het land capituleerde binnen zes uur en slaagde er hierna in een samenwerkingsverband tot stand te brengen. Middels het sluiten van veel compromissen probeerde de Deense regering het land zo voor totale nazi-overheersing te behoeden. Van een dergelijke samenwerking was in Noorwegen geen sprake. De strijd om dit land duurde ongeveer twee maanden. Op 7 juni 1940 gaven de Noorse strijdkrachten zich over.

Zweden bleef neutraal in de Tweede Wereldoorlog. Arie Wolfert:

“Het land deed veel concessies richting Duitsland. De vraag is of dit tactiek of angst was. Het barbaarse optreden van de Duisters met name tegen de Noorse Joden maakte diepe indruk in Zweden. […] Toen de Deense Joden in gevaar kwamen, waren de Zweden bereid samen met de Denen de overtocht over de Sont te organiseren. Het overgrote deel van de Deense Joden vond tot het einde van de Tweede Wereldoorlog een veilig onderkomen in Zweden.”

Een reddingsactie

Folke Bernadotte
Folke Bernadotte
Ook voor vluchtelingen uit Noorwegen stond Zweden open. In februari 1945 kreeg het land van Noorse zijde het verzoek om een hulpactie op poten te zetten voor Scandinavische gevangenen in Duitse kampen. Hier was wel een en ander aan vooraf gegaan. De oorspronkelijke initiatiefnemers voor de hulpactie waren de gevluchte Noorse diplomaat Niels Christian Ditleff en de Deense marine-officier Carl Hammerich. Gezamenlijk richtten zij het Jyllandskorps op, een organisatie die de hulpactie moest voorbereiden. Allereerst moest in kaart gebracht worden waar de verschillende gevangenen zich bevonden en daarnaast moesten uiteraard allerlei contacten gelegd worden met vertegenwoordigers in nazi-Duitsland.

In 1944 volgde een grote tegenvaller toen de Noorse regering in ballingschap officieel liet weten dat de Scandinavische gevangenen in de kampen moesten wachten tot ze bevrijd werden door de geallieerden. Na felle protesten, waarbij men de regering liet weten dat dit besluit vele mensenlevens zou kosten, veranderde Noorwegen eind 1944 van standpunt. De hulpactie kon nu echt op poten gezet worden. Omdat inmiddels al voor voorwerk was gedaan, kon in februari 1945 het officiële hulpverzoek ingediend worden bij de Zweedse minister van Buitenlandse Zaken, Christian Günther (1886-1966). Deze gaf Folke Bernadotte, vice-voorzitter van het Zweedse Rode Kruis en neef van de Zweedse koning, vervolgens opdracht naar Duitsland af te reizen om het vervoer van de gevangenen te regelen.

Ravensbrück

Vrouwelijke gevangenen in Ravensbrück met een wit kruis op de rug, geselecteerd voor vervoer naar Neuengamme (Rode Kruis Zweden)
Vrouwelijke gevangenen in Ravensbrück met een wit kruis op de rug, geselecteerd voor vervoer naar Neuengamme (Rode Kruis Zweden)
Begin 1945 begon Bernadotte onderhandelingen met SS-leider Heinrich Himmler. Die zag niets in vervoer van Deense en Noorse gevangenen naar Zweden, maar had geen bezwaar tegen het onderbrengen van alle Scandinavische gevangenen in één kamp, dat onder toezicht van het Zweedse Rode Kruis kwam te staan. Men koos hierbij voor concentratiekamp Neuengamme, vlakbij Hamburg. Uiteindelijk kreeg Bernadotte zelfs toestemming om gevangenen met andere nationaliteiten uit kamp Ravensbrück naar Neuengamme te brengen. Kampcommandant Fritz Suhren kon dit aanvankelijk niet geloven, omdat Hitler opdracht gegeven had alle vrouwelijke gevangenen te liquideren. Wolfert:

“Himmler belde Suhren persoonlijk op en wist hem te overtuigen dat hij alle vrouwen moest vrijlaten.”

Aankomst van witte bussen in Padborg (foto collectie Museum Kamp Frøslev)
Aankomst van witte bussen in Padborg (foto collectie Museum Kamp Frøslev)

Gevoelig vervoer andere gevangenen

In Neuengamme werd het door de toestroom van te repatriëren vluchtelingen steeds drukker. Het kamp raakte overvol. De Duitse commandant van Neuengamme wilde plaats maken in zijn kamp door zo’n tweeduizend gevangenen die niet met de witte bussen in veiligheid zouden worden bracht, in andere kampen onder te brengen. Voor hun vervoer deed hij een beroep op de Scandinaviërs. De Zweden besloten deze gevoelige verplaatsing na lang vergaderen met de witte bussen uit te voeren. Wolfert:

“Dit besluit heeft grote gevolgen gehad. In de eerste plaats voor de tweeduizend te verplaatsen gevangenen. De ontgoocheling en verbittering bij hen was zeer groot. Ook bij deze ritten ging met elke bus een SS’er mee. Hun gedrag was vaak gruwelijk.”

Heinrich Himmler
Heinrich Himmler
De verplaatsing van de niet-Scandinavische gevangenen zorgde ook voor ongemakkelijke gevoelens bij de gevangenen die korte tijd later met dezelfde bussen naar de vrijheid zouden worden gebracht. Dat het vervoer plaatsvond in witte bussen was overigens op verzoek van de Britten. De Britse luchtmacht was namelijk zeer actief boven het noordelijk gedeelte van Duitsland en men kon zo de witte bussen tijdens de beschietingen ontzien.

Himmler en het westen

Dat Himmler uiteindelijk akkoord ging met het vervoer van de geselecteerde gevangenen naar Zweden, had alles te maken met het verloop van de oorlog. De situatie werd voor de Duitsers in de loop van 1945 steeds slechter en Himmler raakte er steeds meer van overtuigd dat de oorlog was verloren. Wolfert:

“Himmler was er diep van doordrongen dat er strijd moest worden geleverd tegen de Russische communisten. Samen met de westelijke geallieerden zou dat moeten gebeuren. Daarom was hij bereid Bernadotte te helpen met zijn reddingsplan in de hoop te kunnen rekenen op een gunstige tegenprestatie van de Zweed.” (56)

Himmler nam wel risico. Hij handelde namelijk volledig buiten Hitler om.

De witte bussen bij Slot Friedrichsruh (Rode Kruis Zweden)
De witte bussen bij Slot Friedrichsruh (Rode Kruis Zweden)

Onbekend

Hoewel enige honderden Nederlanders dankzij de Scandinavische reddingsactie de kampen konden verlaten, zijn de witte bussen in Nederland een nagenoeg onbekend fenomeen. In 1946 zijn er in ons land twee uit het Zweeds vertaalde boeken over dit onderwerp verschenen en in 2001 wijdde het geschiedenisprogramma Andere Tijden een aflevering aan De vrouwen van Ravensbrück.

Met witte bussen naar de vrijheid - Arie Wolfert
Met witte bussen naar de vrijheid – Arie Wolfert
In Scandinavië vormt deze geschiedenis echter een vast onderdeel in de lesstof over de Tweede Wereldoorlog. Het boek van historicus Arie Wolfert belicht een voor Nederland vrijwel onbekend stukje geschiedenis. Ruim dertig jaar werkte Wolfert als docent geschiedenis en sinds 2006 is hij onder meer als rondleider actief voor het Nationaal Monument Kamp Vught. Hij verdiepte zich in de witte bussen na zijn onderzoek naar de enige Noor die tijdens de Tweede Wereldoorlog in kamp Vught gevangen zat: Sven Oftedal.

Met zijn leesbare en goed gedocumenteerde boek geeft Wolfert meer bekendheid aan de achtergrond en betekenis van de reddingsactie.

Boek: Met witte bussen naar de vrijheid – Arie Wolfert

×