Dark
Light

Suze Groeneweg, het eerste vrouwelijke Tweede Kamerlid

Auteur:
2 minuten leestijd
Suze Groeneweg, het eerste vrouwelijke Tweede Kamerlid
Suze Groeneweg, het eerste vrouwelijke Tweede Kamerlid

De Nederlandse politica Susanna (Suze) Groeneweg (1875-1940) is de geschiedenisboeken ingegaan als het eerste vrouwelijke Tweede Kamerlid van Nederland.

Suze Groeneweg, 1918 (Publiek Domein - IISG)
Suze Groeneweg, 1918 (Publiek Domein – IISG)
In 1875 werd ze geboren in het Zuid-Hollandse Strijensas, als middelste in een gezin met vijf kinderen. Dankzij inspanningen van haar moeder, die zichzelf op later leeftijd had leren lezen en schrijven, mocht ze in 1889 naar de Rijksnormaalschool om opgeleid te worden tot onderwijzeres. Vanaf 1893 werkte Suze Groeneweg als onderwijzeres, onder meer in Dordrecht, Montfoort en Numansdorp.

In 1903 werd ze lid van de Sociaal-Democratische Arbeiders Partij (SDAP). Ze koos al snel voor een actieve rol en trad toe tot het Rotterdamse afdelingsbestuur. In de periode hierna ontwikkelde ze zich tot een actief feministe. Ze probeerde arbeidersvrouwen te mobiliseren maar vond de oprichting van een zelfstandige vrouwenorganisatie niet nodig. Dit laatste kwam haar op kritiek te staan van andere feministen binnen de partij.

Kamerlid

Op 3 juli 1918 trad Groeneweg, als eerste vrouw, namens de SDAP toe tot de Tweede Kamer. Een jaar eerder was een grondwetswijziging doorgevoerd, waardoor vrouwen passief stemrecht kregen. Vrouwen mochten nog niet stemmen, maar konden zich al wel verkiesbaar stellen. Suze Groeneweg werd na haar installatie als parlementslid onderwijswoordvoerster en was onder meer een pleitbezorgster van het volksonderwijs. Daarnaast was ze actief in de drankbestrijding.

In een lemma van het Huygens Instituut wordt onder meer het volgende over haar optreden in de Kamer geschreven:

“De ex-onderwijzeres Groeneweg toonde als politica een grote werkkracht. Ze bereidde zich altijd gedegen voor, bleef rustig, wist ingewikkelde zaken goed uit te leggen en was een gevat debater. Daarmee wist ze zich op te werken tot een gezaghebbend beroepspolitica.”

Over haar Kamerlidmaatschap zei Groeneweg zelf ooit:

“Wanneer ik als Kamerlid mislukte, zouden alle vrouwen het gedaan hebben. Als ik blunders gemaakt zou hebben, was er natuurlijk direct geroepen dat de vrouwen het niet konden en dan waren vrouwen ineens een heel eind achterop geweest in hun strijd voor gelijkberechtiging.”

Suze Groeneweg tijdens een toespraak.Plaats en datum onbekend.
Suze Groeneweg tijdens een toespraak.Plaats en datum onbekend. (CC BY-SA 3.0 nl – Spaarnestad – wiki)
De bekende VVD’er Pieter Oud (1886-1968) zei ooit over haar dat ze “geen katje” was “om zonder handschoenen aan te pakken”. Ze bleef tot 1937 in het parlement zitten. Groeneweg bepleitte zoveel mogelijk gelijkheid tussen mannen en vrouwen. Ook maakte zich bijvoorbeeld hard voor betaald zwangerschapsverlof voor zowel getrouwde als ongetrouwde vrouwen.

Aparte kleedkamer

Tot 1921 was Suze Groeneweg de enige vrouw in de Tweede Kamer. Dit ging niet onopgemerkt voorbij. De vaderlandse pers stond geregeld bij haar op de stoep en in de Tweede Kamer moest een aparte kleedkamer gemaakt worden voor de politica. De gang naar deze kamer kwam bekend te staan als ‘het Groenewegje’. Vanaf 1919 combineerde Groeneweg haar werk in de Tweede Kamer met het lidmaatschap van de Provinciale Staten van Zuid-Holland. Ook zat ze (van 1919 tot 1931) in de gemeenteraad van Rotterdam.

Minder bekend is dat Suze Groeneweg ook de eerste vrouw was die, als onbezoldigd ambtenaar van de burgerlijke stand, in Nederland een huwelijk voltrok (1931).

Boek: De ongehoorde helft. De eerste vrouwen op het politieke pluche

In 2018 werd in de Statenpassage in het Tweede Kamergebouw een borstbeeld van Suze Groeneweg onthuld:

×