Grafgiften als vuurstenen pijlpunten, stenen bijlen en maalstenen, die doorgaans strikt aan mannen- of vrouwen werden toegeschreven, blijken in het grafritueel minder sekse-gebonden te zijn dan voorheen gedacht.
Enkele maanden geleden vonden archeologen ter hoogte van Angeren, gemeente Lingewaard, vier graven van meer dan 6000 jaar oud. Rijkswaterstaat houdt op 2 juli aanstaande een open dag op de vindplaats.
In de buurt van het Gelderse Zevenaar hebben archeologen een compleet en relatief ongeschonden Romeins heiligdom ontdekt. Er zijn onder meer resten van godenbeelden, reliëfs en beschilderd pleisterwerk gevonden. Bijzonder is de vondst van meerdere complete votiefstenen of wijaltaren, gewijd aan verschillende goden en godinnen. De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed spreekt van een “zeer uitzonderlijke” ontdekking.
Tijdens opgravingen in Alkmaar hebben archeologen resten van een nog intacte middeleeuwse brug gevonden. De ontdekking is gedaan aan de Munnikenweg in de Oudorperpolder. Deze brug bevond zich op steenworp afstand van het verdwenen kasteel de Middelburg.
De komende maanden doen archeologen in Deventer onderzoek op de plek waar tussen 1345 en 1578 een leprozenhuis stond. Gehoopt wordt dat men meer inzicht krijgt in hoe het gasthuis er in de late middeleeuwen uitzag en hoe de mensen er leefden.
Ter hoogte van Angeren, gemeente Lingewaard, hebben archeologen menselijke resten gevonden. Vermoed wordt dat het gaat om personen die ongeveer zesduizend jaar geleden zijn begraven. Op dit moment zijn twee graven geïdentificeerd. Het vermoeden is dat het wellicht om een grafveld gaat en er nog meer graven ontdekt zullen worden.
Het middeleeuwse burcht Elsloo in Limburg raakte begin zeventiende eeuw door hoge waterstanden in de rivier de Maas in verval. Uiteindelijk werd het ooit belangrijke bouwwerk van de heer van Elsloo volledig door de rivier verzwolgen.
In Oosterend, een dorp op Texel, hebben archeologen een zogeheten kuilenkrans uit de Midden Bronstijd gevonden.
Tijdens graafwerkzaamheden in het nieuwe dorp Hoef en Haag (gemeente Vijfheerenlanden) werd in 2017 een pot met daarin bijna vijfhonderd middeleeuwse gouden en zilveren munten gevonden.
Tijdens een archeologische opgraving op een bedrijventerrein in Haps (Noord-Brabant) is een crematiegraf van ongeveer 10.000 jaar oud ontdekt. Het zou daarmee gaan om het oudste ooit in Nederland gevonden graf.
Eerder dit jaar vond een gepensioneerde brugwachter met zijn metaaldetector bij Hazerswoude eenentwintig zilveren en één bronzen munt uit de Romeinse tijd. Daarnaast trof hij een in twee stukken gebroken mantelspeld aan.
De archeologen onderzoeken momenteel de herkomst en het gebruik van het recent gevonden schip. Mogelijk kan jaarringenonderzoek uitwijzen wanneer de gebruikte bomen gekapt zijn en dus hoe oud het schip precies is.
Bij de verbouwing van een monumentaal huis in het Gelderse stadje Bronkhorst heeft een bouwvakker tientallen eeuwenoude munten gevonden. Het gaat om veertien gouden en achttien zilveren munten die rond 1620 zijn verstopt.
Op ruim drieduizend meter diepte is in de Weddelzee bij Antarctica het wrak van het beroemd poolschip Endurance gevonden. Dit schip van de Iers-Britse ontdekkingsreiziger Ernest Shackleton zonk 107 jaar geleden en verkeert volgens onderzoekers nog in opmerkelijk goede staat.
In het centrum van Londen hebben archeologen een grote Romeinse mozaïekvloer uit de late tweede of vroege derde eeuw na Christus gevonden.
Archeologen hebben in Collendoorn, een buurtschap in de gemeente Hardenberg, drie grote vuurstenen bijlen gevonden. De gebruiksvoorwerpen dateren volgens de onderzoekers uit de Trechterbekerperiode (3400-2750 voor Christus).
Uit archeologisch onderzoek blijkt dat de vindplaats waarschijnlijk een vroegmiddeleeuwse cultusplaats was.
Sinds de jaren negentig is veel archeologisch onderzoek gedecentraliseerd en is er meer ruimte gekomen voor marktwerking. Volgens de cultuurraad heeft dat veel goeds opgeleverd maar zijn er ook zaken doorgeschoten.
De Nazca-cultuur is een Zuid-Amerikaanse cultuurvorm die bestaan heeft tussen ongeveer het jaar 200 voor Christus en het jaar 750 van onze jaartelling. De naamgeving van deze cultuur is bedacht door archeoloog Thomas Joyce in 1912. Het begrip Nazca verwijst naar de Nazca-rivier en omliggende Nazca-vallei in het hedendaagse Peru, waar deze cultuur tot bloei kwam.
Naast resten van gebouwen, fragmenten aardewerk en een waterput, troffen de archeologen in een funderingssleuf negen middeleeuwse zilveren munten aan.
"Het lijkt erop dat begraven in tufsteen sarcofagen een tijd lang in de mode was en zeker niet alleen voorbehouden aan mannen. In een van de kisten was in ieder geval een kleuter begraven."