De Duitse broers Jacob Ludwig Karl Grimm en Wilhelm Karl Grimm werden wereldberoemd met hun sprookjes. De broers, twee taalkundigen, verzamelden een groot aantal sagen. Lang werd beweerd dat ze zelf lange reizen maakten om die verhalen te verzamelen maar in werkelijkheid werden de meeste hen toegezonden door vrouwen uit hogere kringen die wisten dat de broers een verzameling aanlegden.
De verzamelde verhalen van de gebroeders Grimm werden gebundeld in Kinder- und Hausmärchen en het eerste exemplaar daarvan verscheen op 20 december 1812. De serie zorgde voor een grote opleving van de belangstelling voor de volkspoëzie. Tot 1822 werden er delen gepubliceerd.
De sprookjesverzameling, die sinds een aantal jaar op de werelderfgoedlijst van documenten van Unesco staat, bevat onder meer bekende sprookjes als Doornroosje, De wolf en de zeven geitjes, Hans en Grietje, Vrouw Holle, Sneeuwwitje en De Bremer straatmuzikanten.