Elie Wiesel (1928-2016) was een Joods-Amerikaanse schrijver en Holocaust-overlevende. Hij overleefde Auschwitz en Buchenwald en werd later bekend als een van de belangrijkste stemmen van de Holocaust. Wiesel werd ook wel “de archivaris van de Holocaust” genoemd en kreeg in 1986 de Nobelprijs voor de Vrede. Hij overleed op 87-jarige leeftijd.
Enkele maanden voor de bevrijding werden Elie Wiesel en zijn vader gedwongen om naar Buchenwald te lopen. Na aankomst overleed vader van uitputting.
Na de oorlog belandde Elie Wiesel aanvankelijk in een Frans weeshuis. Enige jaren later begon hij aan een studie in Sorbonne en weer wat later vond hij werk als journalist bij een Franse krant. Daar kwam hij in contact met de Nobelprijs voor de Literatuur-winnaar François Mauriac. Deze moedigde hem aan zijn Holocaust-ervaringen op papier te zetten.
Pleidooi om niet te vergeten
In totaal publiceerde Elie Wiesel meer dan veertig fictie- en non-fictieboeken, die veelvuldig zijn bekroond. In 1986 ontving hij de Nobelprijs voor de Vrede.
Na enkele jaren in Frankrijk verhuisde Elie Wiesel naar Amerika, waar hij in 1963 werd genaturaliseerd tot staatsburger. Van 1978 tot 1986 was hij voorzitter van de ‘Presidential Commission on the Holocaust’. In die hoedanigheid gaf hij leiding aan de bouw van het ‘United States Holocaust Memorial Museum’.
Tussen 2002 en 2005 was Wiesel verder voorzitter van een commissie die in opdracht van de Roemeense president Ion Iliescu onderzoek deed naar de betrokkenheid van Roemenië bij de Holocaust.