De Venetiaanse koopman en ontdekkingsreiziger Marco Polo is vooral beroemd geworden door zijn reizen naar het Verre Oosten. Hij was de eerste Europese beschrijver van dit gebiedsdeel.
Het gezelschap reist via Bagdad naar de Perzische golf, van Oermoez uit dwars door Perzië naar de Boven-Oxus en over Pamir voorbij het dorp Lom-Nor, naar de stad Cambalig (Peking). Marco Polo valt hier in de gunst van de groot-chan Koebilai en maakt namens de Mongolen-leider verschillende reizen, onder meer naar Tibet, Burma en Tsjamba. Van 1282 tot 1285 is Marco Polo zelfs gouverneur van de grote stad Sangui (Nanking).
Van september 1298 tot juli 1299 zit Marco Polo gevangen, nadat Genuezen de Venetianen bij Curzola hebben verslagen. In zijn cel heeft Polo alle tijd. Hij dicteert het verhaal van zijn verre reizen aan celgenoot Rustichello van Pisa, die de verhalen in het Frans opschrijft. Het werk wordt bekend onder de naam Il Milione of ‘Boek der miljoenen wonderen’.
De beschrijving van de reizen van Marco Polo waren van grote waarde voor de Europeanen die tot op dat moment nog bijna niets wisten over Azië. Bekend is dat de beroemde ontdekkingsreiziger Columbus zich door het boek liet inspireren.