Op 20 augustus 1672 werden de broers Johan en Cornelis de Witt door een woedende menigte in Den Haag gelyncht. Hun lichamen werden hierna verminkt en in stukken verscheurd. Sommige delen van hun lichamen werden zelfs verhandeld, als souvenir meegenomen of opgegeten. In het Haags Historisch Museum zijn een tong en teen te vinden die naar verluidt van de gebroeders de Witt zijn geweest. Deze kwamen na de lynchpartij in bezit van medestanders van de broers en zijn vervolgens als een soort relieken bewaard.
โHet land was reddeloos, de regenten waren radeloos en het volk was redeloosโ.
Een aanzienlijk deel van het volk wilde een Oranje aan de macht, maar de republiek bevond zich in deze periode in een zogenaamd โstadhouderloos tijdperkโ. Raadpensionaris Johan de Witt was een groot tegenstander van een stadhouder die ook de leiding had over het leger. De Witt en zijn mede-regenten hadden in 1667 daarom in een zogenaamd Eeuwig Edict het stadhouderschap in Holland ‘voor altijd’ afgeschaft. Verder was bepaald dat het kapitein-generaalschap in de overige gewesten nooit verenigd kon worden met het stadhouderschap.
De zogeheten orangisten wilden echter dat de 22-jarige Willem III van Oranje, een achterkleinzoon van Willem de Zwijger, het land zou aanvoeren nu het grondgebied door verschillende troepen werd bedreigd. Met de roep om een Oranje werd duidelijk ook een statement gemaakt tegen raadpensionaris Johan de Witt en zijn regenten. Hen werd onder meer verweten dat ze het leger en daarmee de landsverdediging hadden verwaarloosd.
Zondebok
Toen de vijandelijke troepen in het voorjaar van 1672 het land steeds verder binnendrongen en de kapitein-generaal het leger van de republiek achter de defensieve Hollandse waterlinie had teruggetrokken, werd het volk steeds bozer en werd ook steeds harder geroepen om Willem III. Raadpensionaris Johan de Witt werd de zondebok.
Op de avond van 21 juni 1672 werd er een moordaanslag op hem gepleegd. De staatsman raakte gewond maar niet ernstig.Tijdens zijn ziekte benoemden de Staten van Holland echter wel Willem III snel tot stadhouder. Voor De Witt was dit aanleiding om op 4 augustus zijn ontslag aan te vragen.
Ook Johans broer Cornelis lag op dat moment al zwaar onder vuur. Cornelis, de bestuurlijke rechterhand van zijn broer, werd er van beschuldigd een moordaanslag op Willem III te hebben beraamd en was opgesloten in de Gevangenpoort, tegenover het Binnenhof in Den Haag. Cornelis de Witt werd daar op de pijnbank gelegd maar legde geen bekentenis af. Uiteindelijk werd hij, zonder bewijs, tot levenslange verbanning veroordeeld.

Gelyncht
Johan de Witt kwam zijn broer op 20 augustus 1672 ophalen uit de gevangenis. Bij het verlaten van de Gevangenpoort werden de twee broers overvallen door een grote menigte, aangevuurd door enkele notabelen waaronder admiraal Cornelis Tromp en enkele hervormde predikanten. De schutterij greep niet in en zag zo toe hoe de twee broers door de menigte werden gelyncht. Bewijs is nooit geleverd, maar over het algemeen gaat men er van uit dat stadhouder Willem III medeplichtig was aan de lynchpartij.
Nadat de twee broers waren vermoord, werden hun lichamen omgekeerd opgehangen aan een paal op het Groene Zoodje, de toenmalige executieplaats van Den Haag. Hun lichamen werden gruwelijk verminkt. Het straatvolk sneed met messen allerlei ledematen van de lichamen af en er werd om de tong van Johan de Witt geroepen omdat hij daarmee het Eeuwig Edict had gezworen. Het hart van de voormalige raadpensionaris werd uit zijn lichaam gesneden en in zijn gezicht gegooid.
Wilhelmina toonde respect voor โIJzeren republikeinโ Johan de Witt
Lynchen โ Vernoemd naar de dubieuze rechter Charles Lynch
1672 โ Rampjaar voor de Nederlandse Republiek
Boek: Moordenaars van Jan de Witt โ De zwartste bladzijde van de Gouden Eeuw