Dark
Light

Hoe perziken een mysterie oplosten

Geen Cuyp, wel Calraet
Auteur:
2 minuten leestijd
Stilleven met perziken en druiven, ca.1680, Mauritshuis, Den Haag
Stilleven met perziken en druiven, ca.1680, Mauritshuis, Den Haag

Lange tijd werd een serie stillevens van Abraham van Calraet (1642-1722), die zijn schilderijen signeerde meestal met de initialen AC, aangezien voor werk van de veel grotere en beroemdere Albert Cuyp, die zijn creaties eveneens met AC signeerde. Schilderijenverzamelaar, mecenas en archiefvorser Abraham Bredius ontdekte uiteindelijk, dankzij een paar perziken, dat de werken door Van Calraet waren gemaakt.

De vraag aan wie een kunstwerk kan worden toegeschreven, is misschien wel de belangrijkste binnen de kunstgeschiedenis. De naam van de kunstenaar bepaalt in grote mate het prestige en de waarde van het betreffende kunstwerk.

Abraham Bredius, stichter en schenker van het Museum Bredius, vond nauwkeurig wetenschappelijk kunsthistorisch onderzoek zeer belangrijk. Niet de faam van een bestaande schilder was zijn drijfveer, maar het willen ontdekken hoe het echt zat. Hierdoor was hij de herontdekker van verloren gegane schatten en vergeten schilders. Een goed voorbeeld van een dergelijke meester uit de Gouden Eeuw is Abraham van Calraet (1642-1722), van wie Museum Bredius tot en met 18 januari 2016 ruim twintig werken toont.

Abraham van Calraet - Schaal met perziken (Boijmans)
Abraham van Calraet – Schaal met perziken (Boijmans)

De initialen AC waarmee Abraham van Calraet meestal signeerde werden lange tijd aangezien voor die van de veel grotere en beroemdere Albert Cuyp. Beiden werkten deels gelijktijdig in Dordrecht en hun stillevens toonden gelijkenis. Abraham Bredius ontdekte op een dag dat een groep stillevens met perziken toegeschreven moest worden aan Van Calraet en niet aan Cuyp. Daarmee stuitte hij tegen de borst van de kunsthistoricus Cornelis Hofstede de Groot die bij hoog en bij laag volhield dat Bredius het bij het verkeerde eind had.

Waren de perziken nou van Cuyp zoals de traditionele toeschrijving wilde, of van Calraet? Er ontstond een ware polemiek en de beschuldigingen over en weer stapelden zich op.

De ontdekking in 1916 in de kunsthandel van een schilderij van Abraham van Calraet maakte een einde aan de strijd tussen beide heren. Dit werk was voluit gesigneerd en paste goed bij de stillevens die onderwerp van discussie waren geweest. Bredius triomfeerde. Hij kocht het schilderij en legateerde het later aan het Mauritshuis.

Het schilderij is nu samen met twintig andere werken van Van Calraet te zien op de tentoonstelling, met bruiklenen van het Dordrechts Museum, de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, het Mauritshuis, Museum Boijmans van Beuningen, het Kröller-Müller Museum en enkele particuliere bruikleengevers.

×