Dark
Light

Verdrag van Tordesillas (1494) & Verdrag van Zaragoza (1529)

Portugal en Spanje verdeelden de niet-Europese wereld
3 minuten leestijd
Eerste pagina van het Verdrag van Tordesillas (Nationale Bibliotheek in Lissabon)

Het Verdrag van Tordesillas kwam tot stand op 7 juni 1494. Via dit verdrag verdeelde paus Alexander VI (1431-1503), in opdracht van de Spaanse koning, de niet-Europese wereld tussen Spanje en Portugal. Later verdeelde het Verdrag van Zaragoza (1529) de mondiaal-oostelijke helft van de kolonisatiegebieden. Een laatste verdrag tussen beide landen werd in 1778 afgesloten: het Verdrag van El Pardo.

Paus Alexander VI
Paus Alexander VI
Het Spaanse gezag in Castilië ratificeerde de afspraken uit het Verdrag van Tordesillas op 2 juli 1494, gevolgd door Portugal op 5 september 1494.

Voorgeschiedenis: Columbus, Ferdinand II en Isabella I

De totstandkoming van het Verdrag van Tordesillas had alles te maken met de ontdekkingsreizen, specifiek de ontdekking van Amerika door Christoffel Columbus (1451-1506) in oktober 1492. Columbus had zijn reis ondernomen in opdracht van de Castiliaanse heersers Ferdinand II van Aragon (1452-1516) en dienst vrouw Isabella I, alias ‘De Katholieke’ (1451-1504). Zij sponsorden Columbus’ reis.

Toen zij te horen kregen dat Columbus een ‘Nieuwe Wereld’ had ontdekt, schakelden ze in 1493 paus Alexander VI in om het alleenrecht op de nieuw ontdekte gebieden te claimen. Uiteraard vanwege de rijkdommen die het nieuwe land te bieden had. Het Castiliaanse vorstenhuis kón de aandacht overigens ook gaan verleggen naar overzeese gebieden, omdat in 1492 de Reconquista voltooid was en de Moorse bezetting van het Iberisch schiereiland ten einde kwam.

Met hun vraag aan paus Alexander VI (1430-1503) om het monopolierecht in Amerika wilden de Spanjaarden Portugal en andere Europese landen belemmeren hun invloed in de Nieuwe Wereld te doen gelden.

Inhoud van het verdrag van Tordesillas

Paus Alexander VI besloot tot een soort compromis door de niet-Europese gebieden te verdelen tussen Castilië en Portugal. Het Verdrag van Tordesillas bepaalde dat alle niet-Europese gebieden ten westen van een bepaalde lijn – circa 480 km van de archipel Kaapverdië op 46 graden weterlengte – aan Castilië toekwamen. Alles ten oosten van de demarcatielijn zou voor Portugal zijn. Er was wel één beperking: beide landen mochten geen gebieden koloniseren die al in handen waren van christelijke vorsten.

Lijn van het verdrag van Tordesillas in het paars en die van het verdrag van Zaragoza in het groen. (wiki)
Lijn van het verdrag van Tordesillas in het paars en die van het verdrag van Zaragoza in het groen. (wiki)

Na Tordesillas kwam het Verdrag van Zaragoza (1529)

Eerste pagina van het Verdrag van Tordesillas (Nationale Bibliotheek in Lissabon)
Eerste pagina van het Verdrag van Tordesillas (Nationale Bibliotheek in Lissabon)
Het Verdrag van Tordesillas werkte in de praktijk niet; het was slechts een papieren tijger. Niet alleen Castilië en Portugal hielden zich niet aan de afspraken, ook waren andere Europese landen het verre van eens met het machtsspelletje tussen de paus en het Iberisch schiereiland.

Onenigheden tussen Portugal en Castilië bleven bestaan. Daarom volgde later een tweede verdrag, het Verdrag van Zaragoza (22 april 1529). Deze werd afgesloten door keizer Karel V (1500-1558), die Spanje in bezit had, en de Portugese koning Johan III (1502-1557). Het westelijke gebied rond de Atlantische Oceaan was al verdeeld, maar nadat Oost-Indië verkend werd ontstonden er ook Spaans-Portugese conflicten in het gebied van de Grote Oceaan (Pacifische Oceaan). Met name rond de Molukken, een eiland dat rijk was aan specerijen. In het Verdrag van Zaragoza werd daarom afgesproken dat er in het oosten een tweede demarcatielijn kwam, die gelijk liep aan de tegenwoordige denkbeeldige lijn van 142 graden oosterlengte. Het gebied tussen beide lijnen kwam Portugal toe, het andere gebied was voor Spanje. De motivatie voor Karel V om Portugal een groot deel van het Pacifische gebied te ‘schenken’, was het feit dat hij zich in Europa wilde focussen op de zich verspreidende Reformatie en de dreiging van het Ottomaanse Rijk.

De Spanjaarden schonden overigens al na enkele decennia het Verdrag van Zaragoza vanaf 1565, toen ze begonnen met de kolonisatie van de Filipijnen.

Verdrag van El Pardo (1778)

Op 11 maart 1778 kwam er nog een verdrag tot stand: het Verdrag van El Pardo, gesloten tussen koningin Maria I van Portugal (1734-1816) en de Spaanse koning Karel III (1716-1788). Ook dit verdrag bleek noodzakelijk omdat, in dit geval de Portugezen, de eerder afgesproken demarcatielijnen niet serieus namen. Portugal droeg een Guinees kustgebied in Afrika, gelegen tussen Niger en Ogooué, over aan Spanje en ook de twee eilanden Annobón en Bioko. Omgekeerd gaf Spanje een aantal Zuid-Amerikaanse gebieden aan Portugal.

Bronnen â–¼

*Frances G. Davenport (ed.), European Treaties bearing on the History of the United States audits Dependencies, to 1648 (1917) p. 33-48.
*https://archive.org/stream/jstor-2505977/2505977_djvu.txt
*https://www.britannica.com/event/Treaty-of-Tordesillas
*http://www.thisdayinworldhistory.com/april-22-1529-the-treaty-of-zaragoza-divides-the-world-between-spain-and-portugal-for-good/
*https://advanderzee.com/tag/tordesillas/
*https://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/49862-hoe-de-paus-de-wereld-verdeelde-tussen-spanje-en-portugal.html
*https://nl.wikipedia.org/wiki/Verdrag_van_El_Pardo_(1778)

×