Op maandag 3 februari 2025 werd Bart De Wever beĆ«digd als de eerste Vlaams-nationalistische premier van BelgiĆ«. Zijn partij, de Nieuw-Vlaamse Alliantie (N-VA) werd in 2001 opgericht, hetzelfde parlementaire jaar waarin Pim Fortuyn de politiek inging en zijn LPF oprichtte. N-VA werd voor het eerst de grootste partij bij de federale verkiezingen van 2010, het jaar dat Geert Wildersā PVV het eerste kabinet van Mark Rutte (2010-2012) ging gedogen. De Wever leidt de N-VA sinds 2004. Vanuit Nederlands perspectief lijkt hij daarmee een Belgische tegenhanger van Fortuyn of Wilders.
Wie bekend is met Belgische politieke geschiedenis, weet beter. N-VA werd namelijk niet opgericht als nieuwe partij, maar als opvolger van de Volksunie (1954-2001). En hoewel N-VA veel aan De Wever te danken heeft, is hij oprichter noch eerste partijleider van N-VA.
Vlaamsgezindheid en Vlaams-nationalisme
In 1830 scheidde BelgiĆ« zich af van Nederland, al erkende Nederland die onafhankelijkheid pas in 1839. Vanaf het begin werd in het noorden van BelgiĆ« (Vlaanderen) Nederlands gesproken en in het zuiden (WalloniĆ«) Frans. Hoewel er meer inwoners Nederlandstalig waren, sprak de elite, ook in Vlaanderen, Frans. Vlamingen die wilden studeren of carriĆØre maken, hadden Frans te leren.
Om een beeld te geven: in de negentiende eeuw werd aan Europese universiteiten het Latijn vervangen door de landstaal. In Belgiƫ werd dit het Frans. Pas in 1930 werd de Universiteit Gent, in 1817 gesticht door koning Willem I, Nederlandstalig.
De Vlaamse beweging was een emancipatiebeweging, die stelde dat Nederlands net zo belangrijk was als Frans. Literatuur, onderwijs, wetgeving en rechtspraak moest ook in het Nederlands kunnen. Binnen alle drie de politieke stromingen ā katholieken/christen-democraten, liberalen, socialisten ā bestonden Vlaamsgezinde vleugels.
Vlaams-nationalisme ging een stap verder: het ideaal was een onafhankelijke, Nederlandstalige republiek Vlaanderen. De eerste Vlaams-nationalistische partij ontstond na de Eerste Wereldoorlog.
In de Tweede Wereldoorlog collaboreerde het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV, 1933-1945) met de Duitsers. Het betrof een minderheid van de Vlaamse beweging. Na de bevrijding meenden veel Vlaams-nationalisten dat de repressie, het opsporen en berechten van collaborateurs, misbruikt werd om af te rekenen met Vlaams-nationalisme als stroming.
Volksunie en het Egmontpact
De Volksunie (VU) werd opgericht in 1954. De oprichters waren overtuigd Vlaams-nationalisten, al kwam de groei in latere jaren ook van kiezers die zich niet in de drie traditionele partijen herkenden. Vanaf de jaren zestig voer de partij een relatief progressieve koers, met milieu, pacifisme en sociaal beleid als standpunten. Vooral onder Hugo Schiltz (1927-2006), partijleider van 1975 tot 1979, was de Volksunie in dat opzicht enigszins vergelijkbaar met D66.
In 1977 was de Volksunie een van de partijen die het zogeheten Egmontpact ondertekenden. Deze overeenkomst vormde een stap in de omvorming van Belgiƫ van een eenheidsstaat naar een federale staat, met het Nederlandstalige Vlaanderen, tweetalige Brussel en Franstalige Walloniƫ als gewesten (deelstaten). Van 1977 tot 1979 maakte de VU deel uit van de regeringen-Tindemans IV en Vanden Boeynants II.
Ontstaan Vlaams Blok (1978)
Vlaams zelfbestuur in Belgiƫ of streven naar een onafhankelijk Vlaanderen? Het Vlaams Blok (1978-2004; voorganger van het huidige Vlaams Belang) koos voor het laatste. De partij begon als samenwerking tussen twee groepen, die vonden dat de leiding van de VU het contact met de basis verloren had.
Vlaams Blok wilde ook amnestie voor collaborateurs uit de Tweede Wereldoorlog. Eind jaren tachtig keerde de partij zich tegen migratie. Andere partijen beschouwden de partij als extreemrechts en weigerden samenwerking, het cordon sanitaire.
Gabriels en de liberalen (1992)
Sommigen herkenden zich in geen van beide partijen. Voor centrumrechtse Vlaams-nationalisten was de Volksunie te links en Vlaams Blok te extreem.
Liberalen en VU waren lang water en olie. De liberalen hielden lang vast aan BelgiĆ« als eenheidsstaat (voor Vlaams-nationalisten betekende PVV āPest Voor Vlaanderenā). Toch kwamen GabriĆ«ls en Verhofstadt tot elkaar. Vlamingen stemden doorgaans centrumrechts, Walen links. Vlaams zelfbestuur betekende dat Vlamingen tenminste in de eigen deelstaat centrumrechts beleid konden verwezenlijken.
GabriĆ«ls liep voor zijn troepen uit. Vooral vader en zoon Vic (GabriĆ«ls’ voorganger als partijleider) en Bert Anciaux maakten bezwaar tegen een samenwerking met de PVV. Toen bleek dat de meerderheid van de VU niet wilde samenwerken met de liberalen, nam GabriĆ«ls juni 1992 ontslag als partijvoorzitter. Bert Anciaux werd de nieuwe partijleider. Hij zou nadruk leggen op ālinkseā sociale themaās.
In augustus stapte Gabriƫls met andere dissidenten uit de VU. Zij vormden een groepering die in november opging in Verhofstadts Vlaamse Liberalen en Democraten (VLD).
Richtingenstrijd (1999-2001)
Anciaux voerde een uitgesproken progressieve koers. Vanaf 1997 streefde hij ook naar democratische vernieuwing.1 In 1999 won de VU licht bij de federale en de Vlaamse verkiezingen. Anciaux werd een van de twee VU-ministers in de Vlaamse regering (bestaande uit liberalen, socialisten, groenen, VU).
Rond de millenniumwisseling werkte de paars-groene regering Verhofstadt I (liberalen, socialisten, groenen; 1999-2003) aan een staatshervorming, het Lambermontakkoord. Anciaux steunde deze hervorming, Bourgeois niet. Het akkoord wakkerde de interne verdeeldheid verder aan.
De opkomst van een derde groep, die zich in geen van beide kampen herkende en vooral de partij bijeen wilde houden, haalde weinig uit. In de zomer van 2001 werd besloten uiteen te gaan. In een schriftelijk referendum konden leden aangeven bij welke groep ze wilden horen: de Toekomstgroep rond Anciaux, Vlaams-Nationaal rond Bourgeois of de middengroep Niet Splitsen. Wie de meeste stemmen kreeg, kreeg ook het partijkantoor en het meeste geld. Haalde de groep minstens 50% van de stemmen, dan mocht de naam Volksunie gebruikt worden.
Einde Volksunie en oprichting N-VA (2001)
Op 15 september werd de uitslag bekendgemaakt. Grootste werd de richting-Bourgeois met 47,18%. De naam Volksunie ging verloren.
De groep rond Anciaux stichtte in november het links-liberale Spirit (Sociaal, Progressief, Internationaal, Regionalistisch, Integraal-democratisch, en Toekomstgericht). Die partij bestond niet lang. De leden zouden zich verdelen tussen liberalen en, zoals Anciaux in 2009, socialisten.
Hoewel N-VA naast Vlaams-nationalistisch ook liberaal-conservatief was, werd een deel van de linkervleugel van de VU lid. Omdat de meeste voormalige leden van de Volksunie ook overstapten, N-VA nadrukkelijk Vlaams-nationalistisch bleef en omdat er geen vertrouwen was in Spirit. Vergeleken met het huidige cultureel conservatieve en economisch liberale karakter, was het oorspronkelijke beginselprogramma eerder āmeer rechts dan linksā. N-VA-politicus Jan Peumans is waarschijnlijk de bekendste ālinkseā N-VA-er.
1 – Anciaux legde het voorzitterschap van de Volksunie zelfs neer, om een politieke vernieuwingsbeweging op te richten: ID21 (āIntegrale Democratie voor de 21ste eeuwā). VU en ID21 gingen een samenwerkingsverband aan, VU-ID, waarvan Anciaux voorzitter werd.
Literatuur
– J. Bouveroux, Van Zwarte Zondag tot Paars Groen (2003)
– H. de Ridder, De keien van de Wetstraat (1982)
– M. Van de Looverbosch, De Wissel van de macht (2015)
– J. Vansevenant, De strijd om de macht. Mijn leven in de Wetstraat (2024)