Antisemitisme: geschiedenis en actualiteit

4 minuten leestijd
Servische spotprent uit de Tweede Wereldoorlog waarin 'de Jood' wordt voorgesteld als geheime wereldheerser. - cc
Servische spotprent uit de Tweede Wereldoorlog waarin 'de Jood' wordt voorgesteld als geheime wereldheerser. - cc

Antisemitisme is kortweg ‘haat tegen joden’ is naast een complex historisch fenomeen ook een actueel onderwerp. Jaap Tanja, werkzaam bij de Anne Frank Stichting, schreef een verhelderend boek over het antisemitisme. Het boek, getiteld Antisemitisme. Geschiedenis en actualiteit (Anne Frank Stichting/Uitgeverij Boom, 2016) is een uitstekende inleiding op het thema jodenhaat en de verschijningsvormen waarin deze zich in het verleden openbaarde en nog steeds de kop opsteekt.

Inhoud boek Antisemitisme

Antisemitisme - Geschiedenis en actualiteit
Antisemitisme – Geschiedenis en actualiteit
Zowel eenvoudige vragen, als ingewikkeld en pijnlijke kwesties komen in het boek – dat een herziene heruitgave is van Vijftig vragen over het antisemitisme (2005) – aan bod. Het boek kan beschouwd worden als een bondige inleiding op het thema antisemitisme. Aan de hand van thema’s als het jodendom, de historie van het antisemitisme, diverse kernbegrippen, het zionisme, de Holocaust en zelfs voetbal (is Ajax een ‘jodenclub’?) behandelt Tanja op heldere wijze alle vragen die over de joodse geschiedenis en actualiteit gesteld kunnen worden.

Enkele vragen die de revue passeren zijn: vormen joden een volk? Bestaat er zoiets als een te onderscheiden joods ras? Waarom wonen er zoveel joden in de Verenigde Staten? Is het antisemitisme de oudste vorm van (joden)haat? Wat klopt er van de idee van een joodse wereldsamenzwering? Worden Wall Street en Hollywood beheerst door joden? Zijn moslims en joden altijd vijanden geweest? Was Adolf Hitler joods? En: zijn katholieken antisemitischer dan protestanten.

Prettig is dat Tanja’s boek veel bronverwijzingen bevat en regelmatig beredeneerd commentaar geeft op de historiografie over het thema antisemitisme. Achter in het boek zijn relevante literatuurverwijzingen opgenomen om verder te lezen. De fraaie (kleuren)illustraties maken het boek mooi af.

Herkomst van het begrip antisemitisme

Tanja beschrijft eerst waar het antisemitisme vandaan komt. Daarbij krijgt de herkomst van de term ‘antisemitisme’ aandacht. Dit begrip werd populair rond 1880, door artikelen en pamfletten van de Duitse journalist Wilhelm Marr (1819-1904). Hij was an sich niet de uitvinder van het woord (wie dat wel was, is onbekend), maar maakte het begrip wel populair in de mainstream media en ging de geschiedenis in als de ‘stamvader van het antisemitisme’

Tanja schrijft over Marrs introductie van de term antisemitisme:

Met dit nieuwe begrip drukte hij zijn afkeer van joden uit en trachtte hij medestanders te vinden voor zijn zogeheten Antisemiten-Liga. (…) Het begrip antisemitisme is dus grootgemaakt door een trotse jodenhater.” (29)

Religieuze en economische stereotypen

Vanwege zijn antisemitisme werd Luther regelmatig gebruikt in de nazi-propaganda. Bron: regencystamps
Vanwege zijn antisemitisme werd Luther regelmatig gebruikt in de nazi-propaganda. Bron: regencystamps
In de Middeleeuwen circuleerden hoofdzakelijk religieus geïnspireerde vooroordelen over joden. Zij werden beschouwd als Christusmoordenaars, joden probeerden de christenen tot slaven te maken en deden veelvuldig aan hostieschennis. In 1370 bijvoorbeeld gingen volgens de verhalen in Brussel allerlei hosties bloeden, omdat ze door joden met messen en dolken bewerkt zouden zijn. Volgens een ander sprookje hadden de joden christenbloed nodig om te genezen van huidziekten (waar joden veel last van hadden), en daarom vermoordden ze regelmatig christelijke kinderen. Ook zouden ze, dit verscheen zelfs in een vrij recent boek van een islamgeleerde, nog steeds onschuldige mensen vermoorden om hun matses te kneden in het verse bloed van hun slachtoffer(s).

Naast religieuze stereotypen ontstond in de Middeleeuwen ook het antisemitische beeld van de jood als woekeraar, oplichter of geldbeluste handelaar. De Duitse theoloog en hervormer Maarten Luther lardeerde in de zestiende eeuw zijn theologische kritiek op de joden met de beeldvorming over en afwijzing van de joden vanwege hun vermeende woeker:

De joodse woekeraar is in de loop der eeuwen uitgegroeid tot een klassiek antisemitisch beeld. Zoals vaker met stereotypen het geval is, heeft dit beeld een belangwekkende geschiedenis. Vanaf de late middeleeuwen tot de moderne tijd waren joden in veel landen en streken de enige geldhandelaren in de wijde omgeving. Vorsten en edelen hadden niet zelden joodse financiers in dienst.” (37)

In Polen bijvoorbeeld vormden joden de financiële schakel tussen boeren en edelen, vervolgt Tanja. Ze waren verantwoordelijk voor het innen van de pacht. Maar, zo is de vraag, hoe kwam het dat er relatief zoveel joden in de geldsector werkten? Tanja:

Omdat zij uitgesloten waren van de gilden was (geld)handel een van de weinige voor joden toegestane beroepsmogelijkheden. Het heeft in zekere zin bijgedragen aan het overleven van joodse gemeenschappen in Europa. Rijke joden konden – tegen veel geld – de bescherming kopen van wereldlijke machthebbers, maar waren nooit zeker van hun positie. Dat wil niet zeggen dat alle joden (geld)handelaren waren, integendeel zelfs. De meeste joden in Europa waren kleine boeren en leefden in armoede. Handel en geldhandel waren slechts voor een minderheid weggelegd.” (38)

Tijdens Kristallnacht opgepakte Joden in Buchenwald
Tijdens Kristallnacht opgepakte Joden in Buchenwald

Maarten Luther en Adolf Hitler

De protestantse reformator Maarten Luther komt op diverse plekken in het boek ter sprake, vanwege zijn felle anti-joodse uitspraken in zijn boekje Von den Juden und ihren Lügen (1543), vertaald: Over de joden en hun leugens. Dit boekje was een frontale theologische aanval op de joden en schreef al het onheil dat mensen op de wereld trof, toe aan het jodendom. Volgens Adolf Hitler in Mein Kampf, was Maarten Luther…

…een groot man, een reus. Met één klaroenstoot kondigde hij de nieuwe tijd aan.” (67)

De Reichskristallnacht (1938) droegen de nazi’s dan ook op aan Maarten Luther. Maar, zo vervolgt Tanja, dit betekent niet dat de parallel tussen Luther en Hitler zomaar getrokken mag worden. Dat is te makkelijk, want er waren ook contrasten en discontinuïteiten. De Lutherse Kerk in Duitsland nam de sterk anti-joodse houding van haar stichter niet over. Ook waren Scandinavische landen als Denemarken, Noorwegen en Zweden overwegend luthers, maar kenden zij nauwelijks een antisemitische traditie. Overigens nam in Nederland in 2016 ook de PKN, het grootste protestantse kerkgenootschap van Nederland, afstand van de anti-joodse uitspraken van Maarten Luther.

Boek: Jaap Tanja – Antisemitisme. Geschiedenis en actualiteit
Lees ook Anti-Joodse beeldvorming en Jodenhaat – Chris Quispel
…en: Over de joden en hun leugens – Maarten Luther

Bekijk dit boek bij:

Bekijk dit boek bij Historiek Geschiedenisboeken

0
Reageren?x
×