Drs Girbe Buist (1955) studeerde Geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen. Na een korte loopbaan in de Volwasseneneducatie werkte hij 25 jaar als adviseur erfgoed bij de Stichting Kunst & Cultuur Overijssel. Eigenaar van het bureau Buistbelevingsprojecten, freelancejournalist en gids. Schrijft boeken en artikelen over regionale geschiedenis en immaterieel erfgoed.
De pechvogel is een pop in de vorm van een vogel, die vroeger gebruikt werd als strafmiddel in het onderwijs. Deze pop was gevuld met zaagsel of erwten.
Vermoedelijk wordt de pet op iemands hoofd hier vereenzelvigd met de hersens in iemands hoofd omdat ze zo in elkaars onmiddellijke nabijheid vertoeven.
Aanvankelijk moest de wever de spoel of klos telkens rechts en links met de hand vatten en voortdrijven. Later werd de spoel met een schietspoel voortgejaagd.
De uitdrukking 'iemand op de pijnbank leggen' verwijst naar het gebruik van de pijnbank, om door middel van lichaamsfolteringen uit beschuldigden bekentenissen te persen.
De kraag was in de zeventiende eeuw het meest markante onderdeel van het kostuum. Aanvankelijk werd in Nederland de in de tweede helft van de zestiende eeuw uit Spanje overgebrachte, kleine, ronde, stijf gestreken plooi- of lubbenkraag gedragen.
Voor de Franse Revolutie was de kaak of schandpaal de meest verbreide erestraf. Hierbij werd de veroordeelde tijdens de marktdagen vastgeklonken aan een paal of zuil om zo door de voorbijgangers bespot te worden.
Deze uitdrukking is ontleend aan de riddertijd. Werd een man tot ridder geslagen, dan ontving hij bij deze ceremonie een gordel en een paar vergulde sporen.
Deze uitdrukking betekent oorspronkelijk deserteren. Wie zich van de groep verwijderde met het voorwendsel de kolfplaat van zijn musket te gaan poetsen en daarna niet meer opdook was gedeserteerd.