Dark
Light

Johann Wolfgang von Goethe (1749-1832) – Duitse schrijver

‘Ein Universalgenie’: schrijver, wetenschapper en filosoof
Auteur:
3 minuten leestijd
Johann Wolfgang von Goethe in Italië, door Tischbein
Johann Wolfgang von Goethe in Italië, door Tischbein

Johann Wolfgang von Goethe (1749-1832) was een beroemde Duitse schrijver. Hij is bekend als auteur van invloedrijke romans als Die Leiden des jungen Werthers (1774), Faust (twee delen, 1808 & 1832) en het boek Zur Farbenlehre (1810). Maar de Duitse Goethe had meer te bieden dan alleen mooie literatuur. Hij was ook filosoof, wetenschapper en politicus. Als denker stond hij bekend om zijn carpe diem-levensinstelling: ‘Pluk de dag!’

Introductie

Johann Wolfgang von Goethe  in 1828, door Joseph Karl Stieler
Johann Wolfgang von Goethe in 1828, door Joseph Karl Stieler
Wie was Goethe en wat was zijn invloed op latere schrijvers en denkers? Hij stond bekend als een romantisch-rationalistisch schrijver en denker. Met de romantici was hij van mening dat het leven onordelijk was. Het leven is dumpf, zo stelde hij, ‘onheldefir’ en ‘vaag’. Maar Goethe geloofde ook in Verlichtingsidealen als harmonie, eenheid en structuur. Hij combineerde de Romantiek en de Verlichting in zijn streven naar een volwaardig leven en volwaardig genot: carpe diem! Er was immers niets anders dan dit leven.

Goethe was echter veel meer dan schrijver en filosoof. Hij was, zoals de Duitsers dat noemen, ein Universalgenie. Vanaf 1785 was hij politiek actief in Weimar en als wetenschapper verdiepte hij zich in onder meer de mineralogie, anatomie, natuurkunde en plantkunde.

Jeugd en opleidingen

Johann Wolfgang Goethe – ‘von’ werd pas toegevoegd in 1782, toen Goethe toetrad tot de adelstand – werd geboren op donderdag 28 augustus 1749, kort na het middaguur, in Frankfurt am Main, als zoon van de jurist en keizerlijke raadsheer Johann Kaspar Goethe (1710-1782) en diens vrouw Katharina Elisabeth Textor (1731-1808), die afkomstig was uit een vooraanstaande familie.

De jonge Goethe - Anton Johann Kern
De jonge Goethe – Anton Johann Kern
Goethe bracht zijn kindertijd in Frankfurt door. Na de middelbare school begon hij in oktober 1765 met een studie rechten aan de universiteit van Leipzig – de stad werd ‘het kleine Parijs genoemd – en later de universiteit van Straatsburg. Toen hij in 1772 afstudeerde, vond hij een betrekking bij het Reichskammergericht in Wetzlar, dat gold als het hoogste gerechtshof van het Duitse Rijk. Tijdens zijn studie, in 1771, had Goethe overigens nog een licentiaat bemachtigd die de jure dezelfde waarde had als een doctorstitel.

In 1763 schreef Johann Wolfgang Goethe zijn eerste gedicht, getiteld ‘Höllenfahrt Christi’ (Hellevaart van Christus). Op negentienjarige leeftijd, in 1768, begon Goethe echt serieus met schrijven en dichten. Een belangrijke inspiratiebron om te beginnen met schrijven vormde de Duitse filosoof Johann Gottfried Herder (1744-1803). In 1770 ontmoetten beide beroemde Duitsers elkaar voor het eerst. Herder bracht Goethe in aanraking met schrijvers als Homerus, Shakespeare en James MacPherson, en ook met de gotiek.

Naar aanleiding van een verhouding met de herbergiersdochter Käthchen Schönkopf (voluit: Anna Katherina Schönkopf (1746-1810), die hij in 1766 in Leipzig ontmoette, schreef Goethe zijn anacreontische gedichten ‘Das Buch Annette’ (1766-1767).

Die Leiden des jungen Werthers - Goethe
Die Leiden des jungen Werthers – Goethe

Doorbraak als schrijver en wetenschapper

In 1774 publiceerde Goethe zijn eerste roman, getiteld Die Leiden des jungen Werthers. Dit boek maakte hem in Europa op slag beroemd. Het boek, vooral verteld aan de hand van brieven die Werther aan een vriend schreef, gaat over een onbeantwoorde liefde die uitmondt in zelfmoord. Volgens de overlevering – die waarschijnlijk een mythe is – volgden veel jongeren in Europa het voorbeeld van Werther, niet alleen qua kledingstijl en levensinstelling, maar ook door uiteindelijk zelfmoord te plegen.

Friedrich Schiller
Friedrich Schiller
Het boek vormde een hoogtepunt in de Duitse zogenoemde Sturm und Drang-periode (1767-1782), een groep romantische jonge schrijvers, die tijdens de Verlichting in Duitsland een alternatief geluid lieten horen. Deze schrijvers – die voor het eerst een sterrenstatus kregen – verheerlijkten het gevoel, de natuur en het individuele en onafhankelijke genie. Hierom wordt deze literaire fase ook wel Genietijd genoemd. De Sturm und Drang-auteurs keerden zich tegen autoriteit en traditie. Bekende namen waren, naast Goethe, diens (latere) vriend Friedrich Schiller (1759–1805), Johann Gottfried Herder en Gottfried August Bürger (1747-1794).

In 1775 verhuisde Goethe naar Weimar, waar hij de rest van zijn leven bleef wonen. Hij kwam naar Weimar op uitnodiging van Karel August (1757-1828), de hertog van Saksen-Weimar-Eisenach. In Weimar hield hij zich bezig met het schrijven aan zijn autobiografische prozawerk Aus meinem Leben, Dichtung und Wahrheit en zijn meesterwerk Faust, dat in twee delen (voorafgegaan door twee eerdere oerversies) in 1801 en 1831 verscheen. Ook trad Goethe in politieke dienst van de hertog. Hij beheerde onder meer de financiën, hield zich bezig met weg- en mijnbouw, het leger en het beheer van het hoftheater.

Rond 1785 was Goethe veel bezig met het bestuderen van het werk van de filosoof Spinoza, die in dat jaar stevig bediscussieerd werd. Spinoza keerde zich tegen het bestaan van God in de zin dat die God mensen niet van bovenaf bestuurde en naar de hemel of hel stuurde, maar als een soort bovennatuurlijke kracht: God zat overal in (pantheïsme): in het universum, in de omringende materie, de natuur, in ieder mens zat wel een stukje God. ‘Godsliefde’ stond bij Spinoza en ook Goethe daarom gelijk aan liefde voor en kennis van de Natuur.

In 1788 kreeg Goethe een verhouding met Christiane Vulpius (1765-1816), die jarenlang zijn minnares zou zijn en met wie hij op 19 oktober 1806 in het huwelijk trad.

Werkkamer van Goethe in Weimar - cc
Werkkamer van Goethe in Weimar – cc

Franse Revolutie en oorlogen

In mei 1788 werd Goethe vanuit Italië, waar hij enkele jaren verbleven had, door hertog Karel August von Saksen teruggeroepen om hem te assisteren op militair gebied.

Goethe diende in het Pruisische leger nadat Napoleon het Heilige Roomse Rijk was binnengevallen. Goethe deed mee aan de Eerste Coalitieoorlog tegen Frankrijk en het beleg van Mainz (1793). Zelf was Goethe geen voorstander van de Franse Revolutie van 1789. Volgens de Duitser was het inderdaad zo dat de aristocratische klasse het gewone volk uitbuitte, maar was een revolutie niet de oplossing van deze situatie. Verandering moest zich volgens Goethe geleidelijk voltrekken, via hervormingen die van bovenaf werden doorgevoerd.

Goethe was in zijn schrijfwerk soms erg expliciet. In zijn Venezianische Epigramme uit 1790, nogal erotische poëzie, schreef Goethe over zijn verlangen naar een religie die het masturberen heilig zou verklaren. Bij zo’n godsdienst zou Goethe zich direct aansluiten. Moraliteit in de klassieke vorm was niet wat Goethe nastreefde, nee: je moet als mens alles uit het leven halen. Het tegenwoordige leven is feitelijk het enige dat we als mensen hebben. Verlangen naar onsterfelijkheid (die in religie terugkomt), is – zo beklemtoonde Goethe – volstrekte ijdelheid en nutteloos.

Uit een anekdote van Marco Kamphuis op filosofie.nl blijkt dat Goethe te midden van gevaar wetenschappelijk geïnteresseerd bleef:

“Goethe was een bevoorrecht individu, maar zware beproevingen bleven hem evenmin bespaard als gewone stervelingen. Tekenend is een scène die zich voordoet tijdens de Pruisische veldtocht tegen de Fransen in 1792: wanneer Goethe zich bukt om een vijandelijke kanonskogel te ontwijken, valt zijn oog op een gesteente dat zijn interesse wekt, zodat hij te midden van dood en verderf zijn hart kan ophalen aan mineralogische onderzoekingen.”

Vriendschap met Schiller en Schelling

In de eerste helft van de jaren 1790 raakte Goethe goed bevriend met de Duitse schrijver Friedrich Schiller (1759-1805). Goethe en Schiller zagen elkaar als geestelijke gelijken en bedachten daarvoor het begrip Homogenialität (homogenialiteit). Gezamenlijk bestudeerden ze onder andere de Franse Revolutie, maar ook de esthetica in de kunst. Beider samenwerking leidde tot een stijl die wel de Weimarer Klassik is genoemd.

Ook kon Goethe goed overweg met de romantische filosoof Friedrich von Schelling (1775-1854), die hij ontmoette toen deze van 1798 tot 1803 verbleef in Jena (Thüringen).

Faust in zijn studeerkamer - Geschilderd door Georg Friedrich Kersting
Faust in zijn studeerkamer – Geschilderd door Georg Friedrich Kersting

Faust

Blijvend beroemd werd Goethe met zijn tweedelige boek Faust. Het personage Faust sluit in dit boek een weddenschap met de duivel. Faust’s wens is – als een soort Adam in het paradijs zoals de Bijbel verhaalt in Genesis – om over superieure kennis te beschikken, net als God. Daarom sluit Faust een pact met de duivel en krijgt daarom een tijd bovenmenselijke krachten. Faust krijgt ook een mooie vrouw, namelijk Helena van Troje.

Na verloop van tijd komt de duivel echter beslag leggen op Fausts ziel, zoals ze hadden afgesproken in hun pact. De moraal van Goethes verhaal is: wie gelijk wil zijn aan God, moet daarvoor betalen met zijn of haar ziel.

Laatste levensjaren van Goethe

Vanaf 1794 was Goethe voornamelijk nog bezig met literatuur en nam hij veel audiënties af in zijn huis te Weimar.

Zijn secretaris Johann Peter Eckermann tekende in die latere jaren veel gesprekken met Goethe op, die verschenen in het bekend geworden boek Gespräche mit Goethe in den letzten Jahren seines Lebens. Op 22 maart 1832 overleed Goethe, op de leeftijd van 82 jaar, in Weimar.

Na Goethes dood kwam zijn bibliotheek in bezit van Sophie van Oranje-Nassau (1824-1897), de groothertogin van Saksen-Weimar-Eisenach. Zij richtte in 1896 het Goethe-Schiller-Archiv op, het oudste literatuurarchief van Duitsland.

De invloed van Johann Wolfgang von Goethe

Dodenmasker van Goethe (Panoptikum Mannheim - cc)
Dodenmasker van Goethe (Panoptikum Mannheim – cc)
Goethe’s invloed op de Duitse taal en cultuur valt nauwelijks te overschatten. Hij was een inspiratiebron voor veel wetenschappers, kunstenaars en schrijvers die na hem kwamen. Zo liet Charles Darwin (1809-1882) zich in zijn evolutietheorie inspireren door Goethes natuurkundige werk. Filosofen als Friedrich Nietzsche (1844-1900) en de nazi-denker Alfred Rosenberg (1893-1946) baseerden hun atheïstische gedachtegoed deels op Goethe. Goethe inspireerde tal van andere denkers en filosofen, onder wie Johann Gottlieb Fichte (1762-1814).

Ook was Goethe een van de primaire inspiratiebronnen voor de psychoanalyse van Sigmund Freud (1856-1939). In de International Dictionairy of Psychoanalysis schreef Thomson Gale in 2005:

“Goethe introduced the ideas of Spinoza – another of Freud’s models – into Germany, and Freud often quoted Goethe’s maxim: “The best of what you know – you could not tell your students.”

Tijdgenoot en filosoof Georg Wilhelm Friedrich Hegel (1770-1831), die Goethe in 1801 voor het eerst en tot zijn dood ongeveer 15 keer ontmoette, adoreerde hem. Op zijn beurt, zo gaf Goethe zelf aan in 1827, bewonderde Goethe zijn tijdgenoot Immanuel Kant (1724-1804), die hij de voortreffelijkste denker noemde die hij kende:

“Kant ist der vorzüglichste, ohne allen Zweifel.” (bron)

Bekend is dat de economisch filosoof Karl Marx (1818-1883) veel werken van Goethe las. En tal van kunstwerken baseren zich op de werken van Goethe, met name op Faust. Te denken valt onder meer aan de illustraties van Eugène Delacroix of Max Beckmann. En, ten slotte, zette componist Franz Schubert (1797-1828) verscheidene gedichten van Goethe op muziek, zoals diens Der Erlkönig uit 1782. Ook componisten als Felix Mendelsohn (1809-1847) en Richard Strauss (1846-1949) hebben Goethes werk muzikaal vertolkt.

Er loopt zeker ook een lijn van Goethe naar Adolf Hitler en consorten. UvA-emeritushoogleraar Duitse geschiedenis Frits Boterman, schrijver van het fraaie boek Cultuur als macht (dat gaat over de Duitse cultuurgeschiedenis vanaf 1800), zei in februari 2013 in een interview met de NRC:

“Mijn vrouw zet elke avond rond elf uur muziek van Beethoven op. Daarin hoor ik het onweer nog niet naderen. Maar als ik naar Wagner luister, of ik lees Goethes Faust, dan realiseer ik me goed dat de nazi’s niet uit het niets zijn verschenen.”

Het lijstje invloeden zou nog veel langer te maken zijn. Hier is slechts een kleine selectie gemaakt.

Lees ook: Biografieën van filosofen
Boek: Gesprekken met Goethe

De wereld van Boudewijn Büch – Goethe

Citaten van Goethe

“Sla hem dood, de hond, het is een recensent!”

“Hij die kunst en wetenschap bezit, heeft religie. Hij die ze niet bezit, heeft religie nodig.”

“Een land dat vreemdelingen niet beschermt, gaat snel ten onder.”

“Men moet, minstens een keer per dag, een liedje horen, een goed gedicht lezen, een mooie prent zien en als het mogelijk is een paar zinnige woorden zeggen.”

“Wat je ook kunt, of droomt dat je kunt, begin er aan – doortastendheid geeft genialiteit, kracht en magie.”

“Heb plezier als dat kan en hou vol als dat moet.”

“Weten is niet genoeg; we moeten toepassen. Willen is niet genoeg; we moeten doen.”

“Of de Koran van de eeuwigheid is? Daar vraag ik niet naar! (…) Omdat het het Boek der Boeken is. Dat geloof ik uit moslims-plicht.”

Meer citaten van Johann Wolfgang von Goethe

Bronnen

Boeken, artikelen en interviews
-Rüdiger Safranski, Goethe. Kunstwerk van het leven (Amsterdam: Atlas Contact, 2015).
-Klaus Seehafer, Johann Wolfgang Goethe. Mein Leben ein einzig Abenteuer (Berlijn: Aufbau Verlag, 2013 [1998]).
-Robert J. Richards, ‘Did Goethe and Schelling Endorse Species Evolution?’, Romanticism and Evolution (2011), University of Chicago. Zie ook Richards boek The Romantic Conception of Life: Science and Philosophy in the Time of Goethe (Chicago en London: University of Chicago Press, 2002).
-Bas Funnekotter, ‘ “Goethe heeft het gedaan.” Interview met Frits Boterman’, NRC (8 februari 2013).

Internet
-https://www.georgeovermeire.nl/goethe/chronol.html (Chronologie van Goethes leven)
-https://www.volkskrant.nl/archief/eindelijk-een-profane-goethe~a1038317/ (Over de dmythe dat Goethe moslim was)
-https://www.goethezeitportal.de/wissen/enzyklopaedie/goethe/goethe-biographie.html
-https://newhumanist.org.uk/articles/1528/love-life-goethe
-https://www.filosofie.nl/nl/artikel/43546/historisch-profiel-goethe.html
-https://nl.wikiquote.org/wiki/Johann_Wolfgang_von_Goethe
-https://www.encyclopedia.com/psychology/dictionaries-thesauruses-pictures-and-press-releases/goethe-and-psychoanalysis

Enne Koops (1978-2023) was historicus en docent geschiedenis en maatschappijleer aan het Rietschans College in Ermelo. Zijn interesse ging uit naar onderwerpen als religie- en cultuurgeschiedenis, oorlogen, migratie, en de geschiedenis van Noord-Amerika, Nederland en Duitsland. Publiceerde vele artikelen op Historiek. Zie ook: In memoriam

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 51.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:

Gratis nieuwsbrief

Meld u aan voor onze wekelijkse nieuwsbrief (51.171 actieve abonnees)


Donateurs ondersteunen ons project en dragen direct bij aan de uitbreiding van ons archief.

Meer informatie

×