Degenen die graag hun eigen privé-mammoet willen klonen, moeten snel afreizen naar de Amsterdam Expo. Daar ligt momenteel namelijk in de vitrines een plukje haar en DNA van echte oerolifanten uitgestald.
Wie denkt dat klonen van prehistorische zoogdieren onmogelijk is of slechts verre toekomst-muziek, heeft het mogelijk goed mis. Vorig jaar werd er namelijk op de Siberische Lyakhovsky-eilanden een uitzonderlijk goed geconserveerde wolharige mammoet opgegraven. De zachte weefsels van het meer dan 43.000 jaar oude dier waren erg goed bewaard gebleven en het bloed was zelfs nog vloeibaar. Wellicht kan daarmee het volledige DNA van de wolharige mammoet worden gedecodeerd.
Klonen van de mammoet is wellicht ook mogelijk, maar dat hangt van verschillende ongewisse factoren af. De vraag is daarbij immers of men bijvoorbeeld levende olifanten kan gebruiken om het embryo te dragen en of er wel genoeg DNA beschikbaar is. Door dat soort problemen kan het nog wel meer dan vijftig jaar duren voordat de eerste levende replica van de mammoet weer op aarde staat. Degenen die niet zo lang willen wachten, kunnen nu alvast in de Amsterdam Expo gaan zien hoe mensachtigen, mammoeten en ander dieren uit de IJstijd vroeger leefden.
Ook krijgt men er informatie over de mysterieuze rotstekeningen die gedurende de IJstijd gemaakt werden in bijvoorbeeld Lascaux en Altamira. De grootste reizende IJstijd-tentoonstelling ter wereld valt nog tot begin maart 2015 in Amsterdam te zien.
Flintstones
Bij mammoeten denken mensen vaak aan ijsvelden vol met gigantische dieren en snerpende kou, maar dit beeld klopt eigenlijk helemaal niet. De eerste mammoeten liepen namelijk zo’n 3,5 tot 4 miljoen jaar geleden rond in de tropische streken van Zuid-Afrika en Namibië. Daar werden zij niet (alleen) omringd door ‘koelkast-dieren’ met ‘ijspegels’ aan hun neus zoals het sneeuwluipaard, de grottenleeuw of de sabeltandtijger (hoewel die mogelijk ook in warmere klimaten voorkwamen). Nee, vaak bestonden de buren van de mammoet uit ‘tropische’ dieren zoals tapirs, makaken en jaguars (in Zuid-Amerika).
Pas later emigreerden ze via het Midden-Oosten, naar Europa en Azië (Siberië) waar ze zich aan koude omstandigheden aanpasten. De mammoeten staken zelfs de Beringzee over naar de VS.
De mammoeten die in onze contreien rondliepen, wandelden zeker niet op ijsvlaktes rond. De beesten hadden namelijk harde grassen en zoet water nodig om te kunnen overleven. Een dikke sneeuw- of ijslaag die de vegetatie bedekte, zou een probleem hebben opgeleverd voor de mammoeten. Ze bewogen zich daarom eerder voort op toendra’s en steppen. Het was in dergelijke streken koud, maar het kon er ook warmer worden met fluctuaties van wel 10 graden Celsius. Films als Ice Age, The Flintstones en 10.000 BC zijn dan ook niet heel erg realistisch te noemen.

Geraamte
Hoewel mammoeten soms wel degelijk groot waren, hadden de meesten toch een kleinere omvang. Ze waren ongeveer even groot als de huidige Aziatische olifant en aten per dag zo’n 180 à 200 kilo voedsel en dronken 200 à 300 liter water. Wel hadden ze gigantische slagtanden. Hun haar was ongeveer 1.20 meter lang. Wegens het koude klimaat hadden de beesten kleine oren van zo’n 30 centimeter groot (één vijfde van het oor van de Afrikaanse olifant). Op die manier konden ze de warmte beter vasthouden.
Ook fraai, maar wel luguber, zijn de twee mammoet-baby’s die men op de Expo te zien krijgt. De ene, Lyuba geheten, leefde slechts 4 tot 6 weken. Het andere mammoetje (Dima) was bijna een half jaar oud toen het stierf. Beide mammoetjes kregen nooit de kans uit te groeien tot de kolossen die elders op de tentoonstelling te zien zijn. Op de tentoonstelling is ook een mooi en realistisch baby-exemplaar (replica) te zijn dat zo echt is nagemaakt dat de kleine mammoet in levende lijven voor je lijkt te staan. Guitig staart het diertje de toeschouwers aan. Ook het mini-neushoorntje op de Expo is vertederend om te zien tussen de andere grote oerdieren.

Dat kan men niet zeggen van de reusachtige beer die aanwezig is op de Expo en belaagd wordt door oermensen met speren en stokken. Het toont weer eens aan dat de mens niet altijd het schatje is dat hij/zij zo graag en dikwijls in zichzelf ziet.
Naast de mammoeten zijn bij Amsterdam Expo ook veel andere prachtige replica’s en skeletten van IJstijd-dieren te zien zoals de oeros, de wolharige neushoorn en het reuzenhert. Van dergelijke dieren zijn ook skeletten en botten te zien op de tentoonstelling. Fraai om te bekijken.
Neanderthaler
Verder is er aandacht voor Neanderthalers, oermensen en de rotstekeningen die zij maakten. De video en teksten over de rotstekeningen zijn informatief en boeiend. Ze zorgen ervoor dat toeschouwers meer inzicht krijgen in de activiteiten en het leefgebied van de mensachtigen die leefden gedurende de IJstijd.
Aan het einde van de tentoonstelling mag men zelfs resten van een echte mammoet aanraken. Enkele kiezen en een groot bot kunnen door de toeschouwers betast worden, hetgeen de IJstijd erg dichtbij brengt.
Zoiets doet de mammoet bijna tot leven komen. Op die manier kunnen we alvast aan hun terugkeer wennen. Misschien geen slecht idee als men zich bedenkt dat ze over ruim 50 jaar wellicht gekloond kunnen worden en bij u door de straat zullen lopen. Jurrasic Park is mogelijk dichterbij dan we denken…
De IJstijd-tentoonstelling is nog tot en met 1 maart 2015 te zien bij Amsterdam Expo
Terra X: Mammuts – Star der Eiszeit
ARTE zendt deze documentaire uit op zaterdag 17 januari 2015 om 21.00 uur.