Een van de meest geruchtmakende diefstallen uit de kunstgeschiedenis deed zich voor op 21 augustus 1911. Op die dag slaagde de Italiaanse immigrant en Louvre-medewerker Vincenzo Peruggia erin de Mona Lisa het museum uit te smokkelen.
In 1948 verkocht de Stichting Nederlands Kunstbezit aan prinses Juliana het schilderij 'Landschap met St. Hubertus' van kunstschilder Paul Bril. Voor die verkoop had de oorspronkelijke eigenaar, de joodse kunstenaar en kunsthandelaar Joseph Henri Gosschalk, toestemming moeten geven.
In de opsomming van wie er in de firma Goudstikker allemaal ongehoord hoge provisies ontvingen, ontbreekt in het CABR-dossier van Jan Dik jr. vreemd genoeg de naam van notaris Van den Bergh.
De gemeente Amsterdam heeft besloten het schilderij Bild mit Häusern van Wassily Kandinsky over te dragen aan de familie Lewenstein, erfgenamen van een joods echtpaar dat het werk tijdens de Tweede Wereldoorlog van de hand deed.
Als het niet lukt om de oorspronkelijke eigenaren of erfgenamen te vinden van kunstwerken die tijdens de Tweede Wereldoorlog werden geroofd, worden de cultuurgoederen die in bezit zijn van de Nederlandse Staat voortaan teruggegeven aan de Joodse gemeenschap.
Na de bevrijding hebben de Canadezen geprobeerd de Goudstikker-collectie als oorlogsbuit te vorderen. De Nederlandse Inlichtingendienst, in de persoon van majoor Cees Fock, heeft dit weten te voorkomen door de collectie in het geheim over te laten brengen naar de kluis van het Stedelijk Museum te Zandvoort.
Inbrekers verschaften zich vannacht rond kwart over drie toegang toe tot het museum in Laren door onder meer een glazen voordeur te forceren.
Bijna zestig jaar na diefstal uit Museum Boijmans Van Beuningen in Rotterdam, is een gestolen kunstwerk teruggevonden. Het gaat om een vijftiende-eeuws paneeltje met ‘De geboorte van Maria’.
Het Griekse ministerie van Cultuur en Sport is in overleg met de New Yorkse officier van justitie Cyrus R. Vance over de repatriëring van oude Griekse kunstvoorwerpen. De objecten werden onlangs in beslag genomen bij een inval in het huis en kantoor van de Amerikaanse miljardair Michael Steinhardt in Manhattan.
Al direct na de bezetting bleek dat de Duitsers grote belangstelling hadden voor het kopen van kunstwerken. De kunstprijzen stegen explosief.
Via de site www.herkomstgezocht.nl zijn 15.000 aangifteformulieren van in de Tweede Wereldoorlog verdwenen cultuurgoederen digitaal doorzoekbaar.
Opnieuw is er een schilderij dat meer dan tien jaar geleden werd gestolen van het Westfries Museum in Hoorn teruggevonden.
Voor elk oudheidkundig voorwerp dat een gewetenloze verzamelaar op de zwarte markt koopt, gaan er tien verloren in het traject tussen roof en markt.
De schilderijen die in 2005 werden gestolen uit het Westfries Museum in Hoorn, blijken zich in Oekraïne te bevinden. Of ze ook terugkeren naar Hoorn is echter maar zeer de vraag.
Het museum vermoedt dat de werken zijn ontvreemd in opdracht van een privé-verzamelaar omdat de inbrekers heel doelbewust op zoek gingen naar een aantal schilderijen.
Dat heeft minister van Cultuur Jet Bussemaker deze week aan de Tweede Kamer geschreven. In Nederland zijn de autoriteiten slechts één keer op gestolen erfgoed uit Syrië gestuit.
Een sterke stijging van het aantal aanvragen voor een vergunning om een metaaldetector te mogen gebruiken, zorgde voor argwaan.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog roofden en verzamelden ze talloze kunstwerken van vervolgde Joden en uit Europese musea.
Het zou gaan om een portret dat de zeventiende-eeuwse meesterschilder maakte van zijn zoon, Titus van Rijn.
Enkele dagen na de Duitse inval pleegde de voormalige eigenaar op 15 mei 1940 zelfmoord.
In brede kringen geldt het bestuderen en vooral publiceren van geroofd erfgoed als een ‘besmette’ activiteit en er zijn internationale afspraken over een verbod op handel in geroofd erfgoed.