In de Egyptische religie is Thoth (Thot, Djehoety) de scheppende god van de maan, wijsheid, het schrift, de wetenschap en de magie. Hij werd meestal afgebeeld als een man met ibiskop of als een baviaan.
Archeologen uit Nederland en Italië hebben het het graf gevonden van Panehsy, de ‘rentmeester van de tempel van (de god) Amon’. Het graf is meer dan drieduizend jaar oud, uit de tijd van farao Ramses II (ca. 1250 v.Chr.). De onderzoekers vonden verder vier kapelletjes van andere graven uit dezelfde periode.
Het hiëratisch schrift is een soort cursief snelschrift dat de Egyptenaren lange tijd naast het hiërogliefenschrift gebruikten. Dit lopende schrift maakte het makkelijker om zaken snel te noteren.
Een lijst met de bekendste Egyptische goden, waaronder natuurlijk ook goden als Isis, Osiris, Abubis en Horus. We vermelden steeds ook enkele kenmerken van de betreffende godheid.
Waar de twee meter hoge tunnel voor werd gebruikt is nog niet helemaal duidelijk. Mogelijk moest hij het gewicht op de hoofdingang van het grafmonument verminderen. Deze bevindt zich circa zeven meter onder de tunnel.
Het oog van Horus (ook: oedjat-oog of wedjat-oog) is een bekend symbool uit de Egyptische mythologie. Het zogenaamde ‘alziend oog’ is door de Egyptenaren veelvuldig afgebeeld op amuletten die de drager bescherming en goede gezondheid moesten bezorgen.
De heerser van de stad Assur, Assur-uballit, wist zijn koninkrijk te verheffen van Mittanische vazalstaat tot een internationaal erkende grootmacht. Het Midden-Assyrische rijk was geboren.
De 'papyrus Denon' is historisch gezien onder meer interessant omdat hij een rol speelde bij de ontcijfering van het hiërogliefenschrift door de Fransman Jean-François Champollion.
In het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden kan de komende maanden een Egyptische papyrusrol van meer zeventien meter lang en drieduizend jaar oud bewonderd worden. Het gaat om het zogenoemde ‘dodenboek’ van Qenna, een handelaar uit het oude Egypte. Op de papyrusrol, de oudste uit de collectie van het oudheidkundige museum, zijn allerlei magische spreuken en symbolen te vinden.
Hoe beschrijf je het uiterlijk van een diverse groep mensen in een gebied waarvan de grenzen verschuiven, in een samenleving die duizenden jaren heeft bestaan en voortdurend in beweging was?
Op 18 oktober 1817 ontdekte de Italiaanse onderzoeker Giovanni Battista Belzoni in de Vallei der Koningen het graf van Seti I.
De Egyptische vorst Djoser, die leefde rond 2650 v.Chr., geldt als een van de bekendste farao’s uit de Oudheid. Djoser maakte vooral naam vanwege de Trappiramide die hij liet bouwen.
In de Oudegyptische geloofsovertuiging konden shabtis op magische wijze het werk van de overledene in het hiernamaals overnemen. De beeldjes werden voorzien van een spreuk uit het Dodenboek die het beeldje opriep in plaats van de overledene de werkzaamheden uit te voeren.
Dertien Oudegyptische dierenmummies uit de collectie van museum Allard Pierson in Amsterdam zijn afgelopen weekend onderzocht met een CT-scanner. Het onderzoek is interessant omdat de mummies nu vanbinnen kunnen worden bekeken zonder ze te beschadigen.
Victor Loret verwierf einde negentiende eeuw grote naamsbekendheid als egyptoloog toen hij in Luxor op de westelijke Nijloever in de Vallei der Koningen verscheidene faraograven ontdekte. De aanwezigheid van drie anonieme mummies in een zijkamer van de graftombe van farao Amenhotep II stelde Loret en zijn collega’s lange tijd voor een raadsel.
In een van de vitrines van de afdeling Egypte van het Leidse Rijksmuseum van Oudheden ligt de Amunpapyrus, een van de beroemdste teksten uit de oude wereld.
Grootste en bekendste sfinx ter wereld. De Sfinx van Gizeh bevindt zich bij de drie grote piramiden in Gizeh, een voorstad van de Egyptische hoofdstad Caïro.
Het Rijksmuseum van Oudheden (RMO) in Leiden heeft een missend hoofd gevonden dat hoort bij een granieten torso van farao Ramses VI in de museumcollectie. De Egyptologen Lara Weiss (RMO) en Rob Demarée (Universiteit Leiden) kwamen op het spoor van het missende hoofd dankzij een brief die al decennialang niet geopend was.
De Apisstier werd reeds sinds de eerste dynastie vereerd in Memphis, de hoofdstad van Neder-Egypte, in het noorden. Van hieruit verspreidde de cultus van Apis zich over de rest van Egypte.
De negentiende eeuw zag het ontstaan van de wetenschappelijke archeologie. Was het opgraven van oude voorwerpen altijd een speurtocht naar kunst geweest, nu groeide het besef dat het bodemarchief meer bood dan alleen mooie voorwerpen.