De Aziatische olifant Hansken was in de zeventiende eeuw een enorme bezienswaardigheid. Het dier werd in 1632 vanuit Azië naar de Nederlanden verscheept, als geschenk voor prins Frederik Hendrik. Hierna reisde ze langs jaarmarkten, kermissen en tentoonstelling in binnen- en buitenland. Ook Rembrandt was onder de indruk.
De uitdrukking “dat is een kanarie in de kolenmijn” wordt vooral gebruikt als aanduiding voor een vroegtijdig alarmsignaal dat waarschuwt voor groot gevaar. De zegswijze gaat terug op de tijd dat mijnwerkers letterlijk een kanarie in een kooitje meenamen als ze zich ondergronds begaven.
Een eendagsvlieg staat bekend als een bijzonder insect dat, als het uit het water gekomen is, niet meer kan eten en daardoor binnen enkele uren tot dagen sterft. Naast deze feitelijke benaming voor een insectensoort, wordt het begrip eendagsvlieg ook in overdrachtelijke zin gebruikt.
‘Onder auspiciën van’ is een duur klinkende, alternatieve formulering voor iets onder toezicht of leiding van een persoon doen. De zegswijze gaat ver terug in de tijd. Het is ontleend aan een ritueel dat in het Romeinse Rijk in gebruik was.
In de Griekse mythologie is Sirius de naam van de hond van Orion, een reusachtige jager die na zijn dood als sterrenbeeld aan de hemel werd geplaatst. Ook Sirius kreeg na zijn dood een plaats aan het hemelgewelf, als helder schijnende ster.
Tegenwoordig verstaan we onder crimineel gedrag alleen gedrag van mensen. Maar het is slechts een paar honderd jaar geleden dat in Nederland en de rest van Europa serieuze strafrechtprocessen gevoerd zijn tegen dieren. De dieren werden veroordeeld voor hun ‘criminele’ gedrag, kregen een straf opgelegd en werden terechtgesteld.
Wie het spoor bijster is, weet even de weg niet meer. In figuurlijke dan wel letterlijke zin. De persoon in kwestie kan dus letterlijk verdwaald zijn, maar het kan ook zijn dat hij of zij bijvoorbeeld gewoon even de draad kwijt is tijdens het leggen van een ingewikkelde puzzel, of middenin een betoog even niet meer weet waar het ook
De Oostenrijkse schilder Aloys Zötl wijdde in de negentiende eeuw een groot deel van zijn leven aan het maken van een zogeheten bestiarium, een rijkversierd boek waarin allerhande dieren voorbij komen.
Een lelijk eendje is iemand die het niet zo getroffen heeft, maar uiteindelijk goed terechtkomt en knapper is dan hij of zij denkt. Waar komt deze bekende zegswijze vandaan?
Het hondje Caesar week niet van de zijde van zijn baasje, koning Edward VII van Engeland. En na het overlijden van de koning zorgde het dier voor een rel.