Tijdens de sjabbat, de rustdag binnen het jodendom, werken gelovige joden niet. Deze zevende dag van de joodse week, die op vrijdagavond bij zonsondergang begint en op zaterdagavond bij zonsondergang eindigt, staat in het teken van rust, bezinning en gebed. Voor de bijzondere dag zijn een groot aantal regels opgesteld. Volgens een van die regels is het tijdens de sjabbat verboden geld of waardepapieren te dragen of deze aan te raken.
Dit verbod werd en wordt zeker serieus genomen, maar dat betekent niet dat er tijdens de sjabbat helemaal niet over geld gesproken kan worden. Het boekje dat boven dit artikel is te zien, maakt dat goed duidelijk. Het gaat om een zogeheten sjnoderboek uit de collectie van Museum Elburg. Het bijzondere boekwerk dateert uit 1886 en was ooit eigendom van Jacob Mozes Wolff, een leerhandelaar uit Arnhem. Als er financiële toezeggingen werden gedaan legde hij deze, met behulp van een veter, in dit boek vast.
Het woord sjnoder komt van het Hebreeuwse mi sje nadar, wat iets betekent als ‘hij die vastgelegd heeft’.
Bronnen ▼
-Museum Elburg
-Woordenlijst van het jodendom – Goudeket, red. (Callenbach, 1988) p.100