Na bijna tweeduizend jaar in het Drentse veen te hebben gelegen, werd in mei 1897 het lijk van het Meisje van Yde gevonden. Ze is een van de bekendste veenlijken uit de Nederlandse geschiedenis, ook vanwege een halverwege de jaren negentig gemaakte reconstructie van het gezicht van het meisje.

“…de huid is blauwachtig, het hoofd nog vrijwel in zijn geheel, alleen de rechterwang is geblesseerd … de mond open, waardoor de tanden zichtbaar zijn. Lang rosachtig haar aan de linkerkant van den schedel; rechts lijkt het hoofd wel gladgeschoren … Hals, schouders, bovenlichaam (alleen huid en beenderen natuurlijk) sluiten nog goed in elkaar; ook de armen zijn nog gedeeltelijk aanwezig. …Voorts … een voet, waarvan de nagels nog op de teenen aanwezig zijn; een hand, alle vingers compleet, de duim nog voorzien van nagel. Mede zijn nog opgevischt: een heupbeen, kniebeen en andere beenderen … De voet en hand zijn betrekkelijk klein en ook de beenderen niet grof, zoodat ik hier haast aan eene vrouw zou moeten denken. Nevens de overblijfselen is gevonden: een … stuk bewerkte stof … [en een] doek of band … [die] een paar malen om den hals was gewikkeld. (…)’.” bron
Niet lang na de ontdekking werden de meeste lichaamsdelen van het meisje opgegraven, net als delen van haar mantel. Later bleek dat omwonenden de vindplaats ook al hadden bezocht. Bijna alle tanden van het Meisje van Yde waren door hen meegenomen; er was er nog maar één over. Verder namen omwonenden botten van het meisje mee en werd het haar losgetrokken van de schedel.
Sommige mensen dachten dat het meisje het slachtoffer was van een nog maar net gepleegde moord, maar in werkelijkheid lag het Meisje van Yde dus al tweeduizend jaar in het veen. Ze stierf rond het begin van de jaartelling een gruwelijke dood. Het meisje werd gewurgd, zo bleek uit een wollen band met schuifknoop om haar nek. Getuige een snijwond boven haar linker sleutelbeen, werd het Meisje van Yde ook gestoken met een mes. Onderzoek toonde aan dat het meisje zestien was toen ze, ergens tussen 54 v.Chr. en 128 n.Chr., overleed.
Offer
Waarom het meisje om het leven werd gebracht is zoveel jaren later uiteraard moeilijk echt vast te stellen. Doordat ze werd gevonden bij een vennetje in het veen vermoeden archeologen wel dat het Meisje van Yde werd geofferd. Vennetjes, maar ook moerassen, in het veen werden rond het begin van de jaartelling namelijk vaak beschouwd als heilige plaatsen die als toegangspoort tot de geestenwereld dienden. Ook het feit dat het meisje aan een kant werd kaalgeschoren kan wijzen op een (zoen)offer. Mogelijk had het meisje iets afkeurenswaardig gedaan en moest ze daarom sterven en aan de goden geofferd worden.
Botonderzoek heeft aangetoond dat het meisje bij overlijden ongeveer 1 meter 40 lang was. Daarnaast is duidelijk geworden dat ze een afwijking aan haar ruggenwervels had. De ruggengraat liep sterk naar rechts waardoor ze vermoedelijk extra zwaar steunde op haar rechtervoet en mank liep. Het kan zijn dat het meisje vanwege deze afwijking uit de gemeenschap werd verstoten.
Het oudste veenlijk van Nederland
In 1938 ontdekte een jongen uit Emmer-Erfscheidenveen het oudste veenlijk van Nederland. De jongen trof het lijk aan in het veen en waarschuwde zijn vader. De twee stopten het lijk vervolgens in een doos en namen het mee naar huis. Het veenlijk, dat veel bezoekers trok, kwam bekend te staan als de kaer’l in een berenvel, aangezien vlakbij een mantel van kalfsleer werd gevonden. Hierin zaten ook enkele stokken. Verder vond men een mutsje van schapenhuid, schoen van hertenleer en stukken van een wollen onderkleed aan. De man van Emmer-Erfscheidenveen leefde in de bronstijd, in de veertiende tot twaalfde eeuw voor Christus. Tegenwoordig is het veenlijk in het Drents Museum in Assen te zien, naast het Meisje van Yde.

Gezichtsreconstructie

Het hoofd van het Meisje van Yde is door het jarenlange verblijf in het Drentse veen verder sterk gekrompen.
In Nederland zijn in totaal 65 veenlijken ontdekt. De meeste zijn van mannen. Vrouwen en kinderen zijn zeldzaam. Velen van hen werden door wurging om het leven gebracht.

Leefomgeving
Onderzoekers van de universiteit van Wageningen brachten in het voorjaar van 2019 de omgeving waarin het meisje werd gevonden in kaart. Na bestudering van de gegevens constateerden de onderzoekers dat het betreffende landschap destijds gevormd werd door een mozaïek van heuvelruggen met lage veengronden, graslanden en beekdalen. Roy van Beek van de universiteit van Wageningen:
“Mensen woonden in hoger gelegen gebieden om hun voeten droog te houden. Het meisje komt mogelijk uit een nederzetting op de Yde heuvelrug. Haar lichaam is ongeveer een kilometer verderop achtergelaten in een klein en relatief ondiep veen.”
Het veenlijk dankt haar naam aan de nederzetting waar ze volgens dit onderzoek vermoedelijk leefde.
Boek: Mummies – Overleven na de dood
Korte video over het Meisje van Yde
Bronnen ▼
-https://www.geheugenvandrenthe.nl/man-van-emmer-erfscheidenveen
https://drentsmuseum.nl/nl/topstukken-uitgelicht/meisje-van-yde
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011005082:mpeg21:a0005
http://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/Yde