Alpertus van Metz, ook wel Alpertus Mettensis, was een geschiedschrijver die leefde rond het jaar 1000. Via zijn werk krijgt de huidige lezer een beeld van het middeleeuwse leven in Nederland. Twee van zijn werken zijn daarbij uitermate geschikt. Het eerste werk, De episcopis Mettensibus libellus ad Constantiunum abbatem, is een beschrijving van de laatste levensjaren van Diederik I van Metz, een bisschop, waar Alpertus hartelijk over schrijft. Het tweede werk, eveneens van Alpertus’ hand, is de De diversitate temporum, ’Gebeurtenissen van deze tijd’. Hierin komen verscheidene onderwerpen aan bod, die een levendig beeld van de Middeleeuwen schetsen. Naast enkele belangrijke twisten, zijn er ook reflecties op de tijdsgeest of de omgeving waarin Alpertus zich bevindt.
Over het leven van Alpertus is weinig met zekerheid bekend. In Metz was hij enige tijd een monnik en mogelijk leerde hij in die periode bisschop Diederik I van Metz kennen. Later ging hij naar het bisdom Utrecht, waar hij waarschijnlijk in Tiel verbleef. Utrecht en Amersfoort komen ook in aanmerking als verblijfplaats. De reden voor zijn terugkeer naar het bisdom is niet bekend, maar een mogelijke verklaring is dat het zijn geboortestreek was.
Alpertus van Metz was een belezen figuur. Dat valt op te maken aan de vele verwijzingen in zijn werk naar andere literatuur. Zo spiegelt hij de Slag aan de Merwede in 1018 aan Caesars strijd tegen de Galliërs. In zijn beschrijving van de slag zijn namelijk meer dan dertig verwijzingen naar Caesars De Bello Gallico aanwezig.
Politieke voorvallen
In zijn bekende boek ‘Gebeurtenissen van deze tijd’ beschrijft Alpertus de strijd tussen de twee aristocraten Wichman en Balderik. Deze twee kwamen met elkaar in conflict toen zij allebei de overleden prefect van het gebied aan de benedenloop van de Rijn, Maas en Waal wilden opvolgen. Hoofdpersoon in de kroniek is Adela van Hammond, de vrouw van Balderik en de nicht van Wichman. In de kroniek weet zij ervoor te zorgen dat haar man, Balderik, het prefectuur kan opeisen en dat Wichman uiteindelijk vermoord wordt, mogelijk door Adela en haar handlangers. Het boek geeft ons daarmee een uniek inkijkje in de politieke voorvallen in de Lage Landen rond het jaar 1000. Dat zorgt ervoor dat het geschiedwerk van groot historisch belang is.
Ondanks de historische relevantie van zijn schrijfsels, is het belangrijk om de werken van Alpertus met enige voorzichtigheid te benaderen. Zo blijkt Alpertus’ gekleurde positie als monnik uit zijn beschrijving van het drankgelag van koopmannen:
‘Vroeg in de morgen houden ze drinkgelagen, en wie daar dan met de luidste stem smerige praatjes uitslaat om het domme volk aan het lachen te maken en aan te sporen om wijn te drinken, oogst grote lof bij hen. Hiertoe brengen ze zelfs geld bijeen en een ieder geven ze daarvan zijn deel om er winst mee te maken; daaruit bekostigen ze de drinkgelagen die ze op vaste tijdstippen van het jaar houden, en op de belangrijkste feestdagen geven ze zich als het ware plechtig over aan dronkenschap.’
Hoewel dergelijke momenten door Alpertus ongetwijfeld afgekeurd werden en als goddeloos werden bestempeld, waren dit soort festiviteiten voor het gilde van koopmannen belangrijke momenten. Het samen zitten en drinken van de kooplieden was namelijk bedoeld om saamhorigheid onder de groep te kweken.
Het is niet bekend wanneer Alpertus overleed. Op basis van zijn werk zal dit na 1025 zijn geweest. Hoewel zijn werk relatief beperkt qua omvang is – zelfs tijdgenoten merkten dit op – levert het ons een uniek inzicht in onze eigen geschiedenis.
Externe link: Gebeurtenissen van deze tijd – A. van Metz