Militair historicus Patrick O’Donnell is een gelouterd onderzoeker op het gebied van spionage en veldslagen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Dat bewijst hij met het spannende boek De mannen van Pointe du Hoc, waarin hij de avonturen beschrijft van de Amerikaanse Dog Company in jaren 1944. Het is de tweede druk van een boek dat in 2013 voor het eerst in het Nederlands verscheen.
De Dog Company was een bataljon van ruim 500 soldaten van het Amerikaanse leger, dat een cruciale rol speelde bij de landing op Normandië in juni 1944, waar ze de Duitsers op Omaha Beach wisten te verslaan. Daarna voerde dezelfde divisie bij het Hürtgenwald een belangrijke opmars uit, waarbij ze door open veld Hill 400 wisten te veroveren.
Dog Company
De Dog Company bestond uit een groep van 520 vrijwillige Amerikaanse militairen, die na een zware training in Engeland en Schotland geselecteerd waren uit ongeveer 2000 rekruten en onder leiding stonden van commandant Harold K. “Duke” Slater.
Toen de Dog Company landde op de kust van Normandië brak de hel los, zoals een van de aanwezige Amerikanen het later beschreef:
“Toen we deze kliffen naderden, brak de hel los. We konden de kogels horen fluiten en er kwamen een paar artilleriegranaten in de buurt terecht… We hoorden het geratel van de mitrailleurs en het geknal van de Duitse geweerschutters die vanaf de rand van dit klif op ons schoten. Er zat een Ranger tegenover me die in zijn borst was geschoten. En een fotograaf van ‘Stars and stripes’ kotste over me heen.” (87)
Kanonnen onschadelijk maken
Nadat de Company via touwen de klif Pointe du Hoc was opgeklommen, waarbij de helft van de manschappen om het leven kwam, trokken ze het Duitse gebied in, waarbij van boerderij tot boerderij geschoten werd en de manschappen belaagd werden door Duitse sluipschutters. Iets verderop trof de Company vijf Duitse kanonnen aan, met in een nabijgelegen veld ongeveer 100 Duitse soldaten:
“Terwijl Kuhn hem dekte, liep Lomell naar de kanonnen. Slechts gewapend met een machinepistool, zijn.45 en twee thermietgranaten, zocht hij een positie in de buurt van de artillerie. Hij plaatste een thermietgranaat op twee van de kanonnen. ‘De thermietgranaat was speciaal gemaakt voor dit soort acties, omdat we ze op de bewegende delen van de artillerie moesten leggen om zo het richtmechanisme in de kanonnen te vernietigen.’ Lomell trok de pennen eruit. POP! Een gesmolten, metaalachtige substantie stroomde over de onderdelen, sijpelde in de openingen en versmolt ze op een dusdanige manier dat ze niet meer gebruikt konden worden. Opvallend genoeg ontdekten Duitsers die vlak bij stonden, de sergeant-majoor niet. Hij wikkelde zijn veldjack om de kolf van zijn tommygun en gebruikte die om de vizieren van alle vijf stukken geschut kapot te slaan. ‘Ik wist niet of ik er weg zou kunnen komen, dus wilde zoveel mogelijk schade aanrichten.’ Wat Lomell en Kuhn deden – twee mannen die bereid waren hun leven te wagen voor de missie – was van grote invloed op de hele invasie. (…) Twee Rangers van Dog Company, Leonard Lomell en Jack Kuhn, hadden bereikt wat honderden tonnen uit tientallen bommenwerpers, de granaten uit het zware veertienduims geschut van het slagschip Texas en een constant bombardement van torpedojagers vlak onder de kust, niet voor elkaar hadden gekregen. (109,110)
Uitgebreid onderzoek
De citaten die hierboven zijn weergegeven, geven een aardige indruk van hoe het boek geschreven is. Het relaas van O´ Donnell is enorm spannend en geschreven vanuit het persoonlijke perspectief van zowel Amerikaanse als Duitse militairen. Persoonlijk had ik moeite om het boek, dat gefundeerd is op uitgebreid onderzoek en dan met name interviews, terzijde te leggen.