De Oostenrijkse schilder Aloys Zötl wijdde in de negentiende eeuw een groot deel van zijn leven aan het maken van een zogeheten bestiarium, een rijkversierd boek waarin allerhande dieren voorbij komen.
Zötl werkte van 1831 tot 1887 aan zijn bestiarium, dat in totaal bestond uit vier delen met in totaal zo’n vierhonderd vellen. Bekend is dat hij in zijn latere jaren ook verschillende antropologische afbeeldingen van mensen maakte. Die zijn echter verloren gegaan.
Afbeeldingen uit het bestiarium van de Oostenrijker zijn vandaag de dag nog wel eens te zien in moderne interieurs. De kleurrijke dierenafbeeldingen worden dan op groot formaat uitgeprint en ingelijst. Lange tijd was het werk van Zötl echter vrij onbekend. Pas halverwege de twintigste eeuw werd zijn werk herontdekt, nadat de Franse schrijver, dichter en essayist zich positief over de schilderingen uitliet. Breton sprak van het “meest weelderige bestiarium ooit gezien”.