Het NSKK, van motorclub tot militaire organisatie

4 minuten leestijd
Luidsprekerwagen van het NSKK in het door de Duitsers bezette Posen (Poznań), oktober 1939
Luidsprekerwagen van het NSKK in het door de Duitsers bezette Posen (Poznań), oktober 1939

Velen hebben wellicht nog nooit van het Nationalsozialistische Kraftfahrkorps (NSKK) gehoord. Volgens auteur Alex Dekker is dat ook niet zo vreemd, omdat het een ondergesneeuwd thema is in de geschiedschrijving over de Tweede Wereldoorlog. Met Ook gij behoort bij ons wil hij deze leemte vullen.

Nederlandse wervingsposter voor het NSKK
De oprichting van het NSKK was Hitlers manier om het volk klaar te stomen voor een modern en gemotoriseerd Duitsland. Het NSKK was een geliefde organisatie: tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog hadden ruim 700.000 Duitsers bij de organisatie gediend. In Nederland schreven naar schatting zo’n 9.000 tot 10.000 vrijwilligers zich in. Met dit ledenaantal was het NSKK, na de Waffen-SS, de grootste Duitse organisatie in Nederland. Ook in andere landen sloten duizenden vrijwilligers zich aan bij het korps.

Het NSKK was populair in binnen- en buitenland. Desondanks is er door historici weinig over deze organisatie geschreven. Een reden daarvoor is dat er weinig archiefmateriaal bewaard is gebleven over het NSKK na de oorlog. Toen de nazi’s de geallieerden zagen naderen, gaven Duitse officieren opdracht de administratie en archieven van hun organisatie te verbranden of op een geheime locatie te verbergen. Dat is ook het NSKK overkomen. Dat verklaart het hiaat in de naoorlogse literatuur over dit onderwerp. Het weerhield Alex Dekker er niet van toch onderzoek te verrichten naar het NSKK. Wat voor organisatie was het NSKK? Hoe kon deze vereniging uitgroeien tot de grootste vervoersorganisatie tijdens de oorlog? Waar hielden de leden zich mee bezig? Waarom meldden duizenden mannen zich als vrijwilliger aan bij deze club? Wie waren de belangrijkste kopstukken? Deze en nog veel meer aspecten komen in dit boek aan bod.

Hitler aan de macht

Hitler wilde dat Duitsland hét machtscentrum van de wereld werd. In zijn boek Mein Kampf, dat hij schreef tijdens zijn gevangenschap na de mislukte staatsgreep van 1923, legde hij uit hoe hij Duitsland wilde hervormen. Om zijn plan te laten slagen had hij de onvoorwaardelijke steun van de bevolking nodig. Nadat hij in 1933 tot Rijkskanselier was benoemd, zette Hitler een grootschalig en goed georganiseerd propaganda-apparaat op. Hiermee wilde hij de Duitse bevolking doordrenken met en overtuigen van het nationaalsocialistische gedachtegoed.

De propagandacampagnes voorzagen vrijwel ieder aspect van het dagelijks leven van een ideologische lading. Ook infrastructuur en auto-industrie ontkwamen niet aan deze exorbitante verheerlijking. Hitler beschouwde een modern wegennet en gemotoriseerd Duitsland als twee belangrijke voorwaarden om oorlog te kunnen voeren. Tevens waren auto’s het middel bij uitstek om de bevolking op te trommelen en vervoeren naar partijbijeenkomsten van de NSDAP en propagandistische pamfletten te verspreiden.

Een NSKK-man regelt het verkeer – Posen (Poznań), 1939

Van propagandamiddel tot oorlogsinstrument

Onder deze omstandigheden zagen diverse autoverenigingen na Hitlers machtsovername het levenslicht. De grootste daarvan was het Nationalsozialistische Kraftfahrkorps (NSKK). Het NSKK groeide uit tot een omvangrijke organisatie met vele duizenden leden. Volgens Alex Dekker had deze vereniging haar succes te danken aan de populariteit van de NSDAP en het feit dat ook niet-autobezitters lid konden worden, iets dat bij andere clubs vaak niet het geval was. Tevens hanteerden de nazi’s een zeer effectieve campagnemethode om nieuwe leden te werven: brullende motoren, rijvaardigheidsdemonstraties, georganiseerde autoraces en recreatieve toertochten maakten toeschouwers enthousiast voor het NSKK. Daarnaast demonstreerden de nazi’s met deze activiteiten het Duitse vernuft in de motorsport.

Er is een groot verschil in het NSKK vóór en tijdens de Tweede Wereldoorlog. Deze evolutie komt in Ook gij behoort bij ons uitvoerig aan bod. Dekker toont aan dat het NSKK in de beginjaren een propagandamiddel was om de moderniseringsslag van Duitsland te verkopen aan de bevolking. Toen de oorlog eenmaal een feit was, ontwikkelde de vereniging zich van partijonderdeel tot oorlogsinstrument. Het NSKK werd vanaf 1939 ingezet om Duitse troepen te bevoorraden, rijvaardigheidstrainingen te verzorgen en belangrijke berichten van Duitse officieren te verzenden. Het kwam ook voor dat chauffeurs gesneuvelde en gewonde soldaten moesten vervangen aan het front, krijgsgevangen vervoeren of geroofde kunstschatten transporteren.

Ledenwerving in Nederland

Symbolen en tekens van het NSKK – Foto: CC/Joe Mabel

Door het uitbreken van de oorlog nam het ledenaantal van het NSKK zienderogen af: leden moesten zich aan het front melden. Naarmate de oorlog voortduurde, nazi-Duitsland op meerdere fronten tegelijk werd aangevallen en het aantal oorlogsslachtoffers toenam, kwam de taakuitvoering van het NSKK in het geding. Hoewel de Duitsers er weinig voor voelden ‘raciaal inferieure’ vrijwilligers te werven, zagen de nazi’s in dat ze geen andere keus hadden. Vanaf januari 1941 ging het NSKK over op grootschalige werving van Nederlandse chauffeurs: met posters, flyers, advertenties in dagbladen en het opzetten van inschrijfkantoren probeerden de nazi’s zo veel mogelijk Nederlanders over te halen zich als vrijwilliger aan te melden.

Zo’n 10.000 Nederlandse mannen schreven zich in bij het NSKK. Bij sommigen speelden ideologische motieven een rol bij de aanmelding, maar dat was lang niet bij iedereen het geval. Dekker benadrukt dat een lidmaatschap van het NSKK diverse voordelen met zich meebracht: leden kregen een goed salaris, extra voedselbonnen en de mogelijkheid om periodiek het thuisfront te bezoeken. Tevens hoopten sommigen met het NSKK-lidmaatschap gedwongen tewerkstelling in Duitsland te voorkomen. Dat duizenden Nederlanders zich als vrijwilliger bij het NSKK meldden, is dan ook niet verwonderlijk.

Eenmaal lid was men verplicht gehoor te geven aan Duitse orders: weigeraars kregen dwangarbeid opgelegd. Zo werden Nederlandse NSKK’ers gestationeerd aan het Oostfront, in Joegoslavië en Italië. Dekker wijdt diverse hoofdstukken aan Nederlandse NSKK’ers in het buitenland en staat uitvoerig stil bij wat deze mannen moesten doorstaan.

Standaardwerk

Alex Dekker wilde een leemte in de geschiedschrijving over het NSKK vullen en is daar wat mij betreft in geslaagd. Hoewel literatuur en archiefmateriaal over het NSKK niet overvloedig aanwezig waren, schetst de auteur een goed beeld van het reilen en zeilen binnen deze organisatie. Daar houdt het niet op: ook thema’s als de interne machtsstrijd tussen de belangrijkste kopstukken, de complexe organisatorische structuur van het NSKK en de nasleep en vervolging van NSKK’ers na de oorlog komen uitvoerig aan bod. De in het boek opgenomen zwart-witfoto’s geven het geheel een extra dimensie.

Al met al heeft Alex Dekker met Ook gij behoort bij ons goed werk afgeleverd over een grotendeels onbekend en onderbelicht onderwerp. Met deze prestatie levert hij het eerste standaardwerk over de rol en de belevenissen van Nederlanders bij de NSKK.

~ Anton Mous

Boek: Ook gij behoort bij ons, het NSKK in de lage landen

Alex Dekker (1971) studeerde geschiedenis in Amsterdam. Woont met zijn gezin in Alkmaar. Publiceerde de boeken Ook Gij behoort bij ons, over Nederlandse vrijwilligers bij het NSKK en Mijn opa was een Duitser.

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 54.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×