Johan Huizinga (1872-1945), misschien wel de bekendste historicus van Nederland, werd in 1904 door de Koninklijke Bibliotheek (KB) als sollicitant afgewezen. Dat onthulde de Belgische historicus Jo Tollebeek vorige week tijdens zijn lezing als KB-fellow.
Johan Huizinga, grondlegger van de Nederlandstalige cultuurgeschiedenis, solliciteerde aan het begin van de twintigste eeuw naar de functie van conservator van de afdeling Handschriften van de KB in Den Haag. In die functie zou hij ook onderbibliothecaris van de bibliotheek zijn geworden, maar de kandidatuur werd niet aanvaard.
Jo Tollebeek onthulde dit afgelopen week bekend tijdens zijn lezing als fellow van de KB en het NIAS. De afgelopen maanden deed hij onderzoek naar het onstaan van de moderne geesteswetenschappen.
In 1904 was Willem Byvanck (1847-1925) de bibliothecaris van de KB. Bij het boordelen van sollicitanten toonde deze Byvanck wel grote waardering voor Huizinga, die op dat moment behalve leraar ook privaatdocent in de oudheid- en letterkunde van Voor-Indië aan de Universiteit van Amsterdam was. Volgens de bibliothecaris ontbrak het Huizinga echter aan de nodige deskundigheid:
“Dr. J. Huizinga, leeraar aan de H.B.S. te Haarlem, mag zeker om zyn, door allen erkende, uitstekende gaven, zyn uitgebreide taal- en geschiedkennis, zyn liefde voor kunst en ook om zyn persoonlykheid, aan het hoofd van alle voorgaanden [voorgaande kandidaten] gesteld worden; maar ook hy mist de speciale ervaring.”
Kort nadat Huizinga door de KB werd afgewezen, werd hij benoemd tot hoogleraar geschiedenis aan de Groningse universiteit (1905). Nog eens veertien jaar verscgeen zijn beroemde Herfsttij der Middeleeuwen. Ondanks de afwijzing bleef de relatie tussen Bijvanck en Huizinga volgens Tollema goed.
In zijn lezing, getiteld Mannen van karakter, ging Tollebeek in op de wetenschappelijke ‘disciplinering’ die oude romantische liefhebberijen als de literatuurstudie omstreeks 1900 ondergingen. De belangrijkste bron voor deze studie zijn de omvangrijke collectie moderne handschriften en het archief van de KB.
De lezing wordt in boekvorm uitgegeven door uitgeverij Bert Bakker en is in zijn geheel na te luisteren via de website van de Koninklijke Bibliotheek.