Bij graafwerkzaamheden op landgoed Den Treek-Henschoten bij het Utrechtse Leusden zijn de resten gevonden van een heel oud dennenbos. De bosresten zijn ongeveer 13.000 jaar oud en stammen uit een relatief warme periode tegen het einde van de laatste ijstijd. Het gaat om een unieke vondst die ook internationaal van grote wetenschappelijke betekenis is, zeggen onderzoekers van de Universiteit van Utrecht en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.
De bomen geven een beeld van de regionale effecten van een abrupte en ingrijpende klimaatverandering. De vondst is vanmorgen bekendgemaakt in het VARA-radioprogramma Vroege Vogels op NPO Radio 1.
Veenlaag
De gevonden bosresten bestaan uit dennen. Daarnaast zijn ook bladresten van de dwergberk gevonden, een struik die nu nog in Scandinavië voorkomt. De boomstammen zijn goed bewaard gebleven doordat ze tijdens één of meerdere stormen zijn omgewaaid, in een veenlaag ingebed zijn geraakt en in korte tijd door verstuivend zand zijn afgedekt.
In totaal zijn door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed op een oppervlakte van een kwart hectare de resten van 160 omgewaaide bomen gevonden, gedocumenteerd en bemonsterd. De meeste bomen hebben toentertijd een leeftijd van 50 tot 80 jaar bereikt. Een aantal bomen was echter aanzienlijk ouder. De oudste had een leeftijd van meer dan 167 jaar. Eén boom kon van wortel tot top worden gedocumenteerd en had een lengte van 18,5 meter.
Dr. Wim Hoek, fysisch geograaf aan de Universiteit van Utrecht:
“Deze vondst is een grote verrassing. Nu kunnen we voor het eerst voor Nederland heel gedetailleerd de milieueffecten van een snelle en langdurige afkoeling in het klimaat onderzoeken.”
De natuurwetenschappelijke studie van de ondergrond, de samenstelling van de veenlaag en de opeenvolging van jaarringen in de dennenbomen geeft een bijzonder beeld van een bos uit de laatste ijstijd en stelt wetenschappers in staat om een beeld te krijgen van de effecten van de ingrijpende en zeer snelle klimaatovergang van de relatief warme Allerød-periode (ca. 13.100 tot 12.900 jaar geleden) naar de intens koude Jonge Dryas-periode (ca. 12.900-11.700 jaar geleden), het tijdvak direct voor het begin van de huidige warme tijd (het Holoceen).
Smeltwater
Deze verandering wordt toegeschreven aan de abrupte toevloed van smeltwater van de Noord-Amerikaanse ijskap naar de Atlantische Oceaan. Hierdoor viel de Warme Golfstroom plotseling stil en keerde Nederland terug in de greep van de IJstijd. Het is één van de scenario’s waarvan klimaatonderzoekers denken dat die zich in de toekomst als gevolg van klimaatverandering kan herhalen.
Professor Jos Bazelmans van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed:
“De plotselinge ondergang van het bos is een prachtige illustratie van de grote veranderingen waarmee de jagers en verzamelaars van die tijd te maken kregen.”
Boek: Onze vroegste voorouders