Ook wel Albertus. Aartshertog van Oostenrijk en vorst van de Zuidelijke Nederlanden.
Albrecht VII van Oostenrijk werd op 15 november 1559 geboren in Wiener Neustadt. Dit als vijfde zoon van keizer Maximiliaan II van het Heilige Roomse Rijk en Maria van Spanje. Hij groeide voor een groot deel op aan het hof van zijn oom Filips II van Spanje. Deze had bedacht dat Albrecht VII een kerkelijke loopbaan zou gaan vervullen. In 1577 werd Albrecht dan ook kardinaal en aartsbisschop van Toledo. Zijn wijdingen ontving hij echter nooit.
Vanaf 1581 was Albrecht VII onderkoning van Portugal. In die hoedanigheid bouwde hij de Armada (vloot) op en sloeg hij in 1589 een Engelse aanval op Lissabon af.
Vorst der Nederlanden
Filips II huwelijkte zijn dochter Isabella van Spanje uit aan Albrecht van Oostenrijk en schonk het echtpaar de Nederlanden. Dit werd op 6 mei 1598 vastgelegd in de zogenaamde Akte van Afstand. In de praktijk kwamen alleen de Zuidelijke Nederlanden onder het gezag van Albrecht te staan. De Noordelijke Nederlanden erkende de Spaanse overheersingen namelijk al niet meer sinds 1581. In de Akte was vastgelegd dat de Nederlanden weer onder een Spaanse vorst zouden komen te staan als het echtpaar kinderloos zou overlijden.
Albrecht van Oostenrijk en zijn vrouw Isabella van Spanje namen hun intrek in het Paleis op de Koudenberg in Brussel. De nieuwe heerser van de (Zuidelijke) Nederlanden bracht economisch herstel. Dit onder meer door verbeteringen aan te brengen in het muntstelsel, het verlenen van octrooien in de nijverheid en het graven van kanalen. Zowel Albrecht als Isabella waren hartstochtelijk katholiek en zetten zich vol overgave in voor de zege van de contrareformatie.
Als legeraanvoerder was Albrecht aanvankelijk weinig succesvol. De Slag bij Nieuwpoort (1600) ging verloren en Albrecht raakte tijdens deze slag gewond aan zijn keel. Filips II stuurde hierop minister Ambrogio Spinola naar Brussel om de opstandelingen aan te pakken. Spinola arriveerde met 9000 man in de Nederlanden en was succesvol. Hij wist in 1604 Oostende bijvoorbeeld te heroveren.
In 1609 sloot Albrecht een verbond met de opstandelingen in het noorden. Het verbond hield twaalf jaar stand en is zo de geschiedenis ingegaan als het Twaalfjarig Bestand. In deze periode (1609-1621) van de Tachtigjarige Oorlog werd er nauwelijks gevochten door de opstandelingen in de Republiek en de Spanjaarden.
Aan het Twaalfjarig Bestand kwam in 1621 een einde nadat Albrecht van Oostenrijk kinderloos was overleden en de Zuidelijke Nederlanden weer onder de Spaanse koning vielen. Albrecht werd als vorst van de Zuidelijke Nederlanden opgevolgd door koning Filips IV van Spanje.