In het Museon in Den Haag is in de maand augustus een tentoonstelling te zien over de Japanse interneringskampen.
Er is bewust voor gekozen de tentoonstelling in augustus te houden omdat dat de maand was waarin Japan capituleerde. Geïnterneerden kregen te horen dat de Tweede Wereldoorlog voorbij was. Voor velen van hen was van een feestelijke bevrijding echter geen sprake omdat er Nederlands-Indië een onafhankelijkheidsstrijd losbarstte, de Bersiap-periode.
Het Museon zal in de tentoonstelling een aantal aanwinsten aan het publiek tonen. Het gaat onder meer om tekeningen van Dick Volz en Pim van Boxsel die via respectievelijk zoon en weduwe bij het museum in Den Haag terecht kwamen. Het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD) heeft een aantal kampobjecten overgedragen aan het Museon. Deze objecten zijn voor een deel in de tentoonstelling opgenomen. De collectie van het Museon werd verder onder meer aangevuld met borduurwerk uit kamp Tjideng dat een oplettende snuffelaar in een kringloopwinkel vond.
Het Museon beheert sinds 1975 de collectie “Nederlanders in Japanse kampenâ. Regelmatig wordt deze collectie aangevuld, meestal via schenkingen.
Een andere aanleiding voor de tentoonstelling is het multimediaal project ‘Het jaar 2602′ (1942 in de Japanse jaartelling). Een project dat werd geïnitieerd door de Stichting Verfilming Japanse Burgerkampen 1942-45. Zevenentwintig mensen die in een Japans interneringskamp hebben gezeten vertellen in dit project hun verhaal. ‘Het jaar 2602′ bestaat uit een documentaire, educatief materiaal en een website. Deze website is vanaf begin augustus te bekijken via de website van het Museon. In de tentoonstelling ‘Nederlanders in Japanse kampen’ zijn twee van de portretten opgenomen.
