De pastoor, Jamie MacLeod, runt een rusthuis in het Britse Derbyshire. Hij wilde het werk verkopen omdat hij geld nodig had voor nieuwe bellen voor zijn kerkgebouw. De pastoor liet het werk daarom taxeren in het BBC-programma Antiques Roadshow, een programma dat lijkt op het Nederlandse Tussen Kunst & Kitsch.
Het werk kwam daar onder ogen van Fiona Bruce. Deze medewerkster Antiques Roadshow had juist veel onderzoek gedaan naar het werk van Antoon van Dyck en haar vielen gelijkenissen op met andere portretten van de Vlaamse schilder. Het portret werd hierop schoongemaakt en nader onderzocht. Een expert concludeerde vervolgens dat het inderdaad een echte Van Dyck is. Het werk is volgens kenners bijna een half miljoen euro waard.