In Nederland worden de Staten-Generaal gevormd door de Tweede en Eerste Kamer. Sinds de invoering van de Grondwet van 1814 wordt het begrip gebruikt om de vertegenwoordiging van het gehele Nederlandse volk mee aan te duiden. In artikel 52 van deze grondwet staat letterlijk:
“De Staten-Generaal vertegenwoordigen het geheele Nederlandsche volk”
In de Staatscourant werd dit artikel als volgt toegelicht:
“De afgevaardigden in de vergadering worden gekozen door de Staten der Provintiën; de Staten der Provintiën bestaan grootendeels uit afgevaardigden van de steden, en de stedelijke regeringen worden aangevuld door de burgerij. Zoo dat de verantwoordelijkheid nederdaalt tot het volk toe, hetwelk de eerste keuze doet. Een geest van republikeinsche aristocratie mogt dit beletten; onder eene bepaalde Souvereiniteit kan het vrij geschieden.”
Dit betekende echter niet dat de Staten-Generaal heel veel macht hadden. De grondwet van 1814 voerde namelijk een centralistische monarchie in. Hierin had de vorst veel macht en de Staten-Generaal juist vrij weinig. In 1848 veranderde dit met de invoering van een nieuwe grondwet, die werd samengesteld onder leiding van Johan Rudolph Thorbecke. De ministers zijn sinds die tijd verantwoordelijk voor wetgeving en beleid. Het parlement controleert hen. En de koning stond voortaan buiten de politieke besluitvorming:
“De koning is onschendbaar, de ministers zijn verantwoordelijk.”
Gezamenlijke vergadering
De Eerste Kamer bestaat uit 75 leden en de Tweede Kamer heeft 150 leden. Als de twee kamers samen vergaderen, dan worden ze beschouwd als één kamer: de Verenigde Vergadering van de Staten-Generaal. De voorzitter van de Eerste Kamer leidt deze gezamenlijke vergadering. De twee kamers vergaderen echter alleen in bijzondere situaties gezamenlijk, bijvoorbeeld tijdens de inhuldiging van een nieuwe Koning.
Voor 1814
Ook vóór 1814 werd het begrip in de Nederlanden gebruikt. Op de officiële website van het parlement is daarover te lezen:
“De naam Staten-Generaal (algemene staten) gaat terug tot de Bourgondische tijd. In 1464 werden de Staten voor het eerst door Philips de Goede bijeengroepen. Daarin kwamen de vertegenwoordigers bijeen van de zeventien Bourgondische landsdelen in de Lage Landen.”
Ten tijde van de Republiek (1588-1795) vertegenwoordigden de Staten-Generaal de soevereine macht. De zeven provincies die onderdeel uitmaakten van de Republiek hadden ieder een eigen afvaardiging in het orgaan.
Lees ook: Johan Thorbecke, grondlegger parlementaire democratie
…en: Tweehonderd jaar Tweede Kamer
Meer politieke geschiedenis
Hymne voor de Staten-Generaal – Johan de Mey
Bronnen â–¼
-https://www.tweedekamer.nl/zo_werkt_de_kamer/tweede_kamer_door_de_eeuwen_heen/1795-1848_naar_een_grondwet
-https://www.parlement.com/id/vic6evlsp3dc/staten_generaal