In Suriname is vandaag stilgestaan bij de militaire coup van 1980. Dertig jaar geleden pleegden zestien sergeanten in Suriname een staatsgreep.
Desi Bouterse, één van de coupplegers van toen, was bij de herdenking aanwezig en werd neergezet als de onbetwiste leider van de revolutie. In Paramaribo werden onder meer kransen gelegd bij het monument van de revolutie.
Bouterse is momenteel voorzitter van de Nationale Democratische Partij (NDP), een politieke partij in Suriname die in 1987 werd opgericht. De voormalig legerleider noemde de NDP tijdens de herdenking ‘een kind van de revolutie’. Hoewel 25 februari sinds 1993 geen nationale feestdag meer is, wordt in Suriname nog ieder jaar stilgestaan bij de staatsgreep van 1980.
Harvey Naarendorp, ex-minister van Buitenlandse Zaken en adviseur van Desi Bouterse, pleitte voor de komst van een wetenschappelijke commissie die onderzoek gaat doen naar de staatsgreep van 1980. Dat meldt het populaire Surinaamse internetmagazine Waterkant. “De geschiedenis rond 1980 is tot nog toe flagrant eenzijdig en komt meestal van buiten onze grenzen”, aldus Naarendorp. De Nederlandse afdeling van de NDP schrijft in een felicitatieboodschap aan de partij van Desi Bouterse:
“Op 25 februari 1980 hebben zestien dappere mannen, de basis gelegd voor een nieuwe manier van kijken naar de toekomst van Suriname. Eeuwen lang is strijd gevoerd tegen onderdrukking, kolonialisme, uitbuiting, raciale /etnische politiek voering, wanbeleid en corruptie.
Deze dag is het hoogte punt in de reeks van oplevingen in de strijd van arbeiders, landbouwers, jongeren en studenten, zoals de grote stakingen van 1969, 1971, 1973 en de mijlpaal van de onafhankelijkheid in 1975 en de vele vormen van verzet tegen het neo-kolonialisme.”
In tegenstelling tot de NDP’ers is de huidige president van Suriname, Ronald Venetiaan, van mening dat de coup van 1980 niets goeds heeft voortgebracht. “De staatsgreep is fout geweest, het had een vernietigende werking op de samenleving. Er worden allerlei manieren gezocht om deze goed te praten”, aldus de president in een radio-interview.