In militair vakjargon staat over the top gaan voor het plaatsen van een offensief. De uitdrukking is vooral bekend door de Eerste Wereldoorlog, waarbij soldaten aan het westelijk front vaak letterlijk ‘over de top’ van hun loopgraaf moesten klimmen. Van hen werd verwacht dat ze vervolgens door open veld naar de vijandelijke linies stormden.
In het Nederlands wordt over the top vooral gebruikt voor situaties die extreem worden overdreven. Je zou makkelijk kunnen zeggen dat soldaten die in de Eerste Wereldoorlog opdracht kregen om ‘over de top’ te gaan, ook voor een extreme klus stonden. De mannen die het niemandsland tussen de twee loopgraven moesten bestormen, werden doorgaans namelijk verwelkomd door mitrailleurvuur. En ze waren een gemakkelijke prooi voor de verdekt opgestelde verdedigers.
Kameraadschap
Kort voordat het offensief van start ging, kregen de manschappen doorgaans nog wel een hart onder de riem gestoken in de vorm van een dubbele borrel (one for the road). De verliezen tijdens de bestormingen waren enorm. Tijdens de eerste dag van de Slag aan de Somme verloren de Britten bijvoorbeeld al 60.000 man. Dat de mannen toch steeds weer gehoor gaven aan de opdracht om ‘over the top’ te gaan is verwonderlijk. Dat er gehoorzaamd werd, komt volgens historici waarschijnlijk vooral vanwege de kameraadschap in het leger. Wie toetrad tot het leger verliet de burgermaatschappij en belandde in een nieuwe, hechte gemeenschap. De mannen waren niet zozeer loyaal aan hun land. Ze waren het vooral aan elkaar.
Meer Eerste Wereldoorlog
Lijst van historische uitdrukkingen (en scheldwoorden)
Overzicht van boeken over de Eerste Wereldoorlog
Boek: Vriend over vijand. De grote oorlog in spotprenten