Zwerver afgeslacht in schuur in Vianen

2 minuten leestijd
De inschrijving van de gewelddadige Poolse zwerfster in het Vluchtoord Uden
De inschrijving van de gewelddadige Poolse zwerfster in het Vluchtoord Uden

Midden in de nacht maakt Berendina Mackowiak (45) die andere zwerver, Dirk van Dijk (50), wakker. ‘Nu is het tijd’, zegt ze. Van Dijk, die net als de Poolse vrouw onderdak heeft gevonden in een schuurtje tussen Cuijk en Vianen, wrijft zich de slaap uit de ogen. Hij neemt de ijzeren staak en slaat de derde slaper in de hut hard op diens hoofd. Dat is Berend Tap, een 72-jarige dakloze die handelt in van alles en nog wat.

‘Laat mij het maar doen,’ zegt de Poolse geïrriteerd, als blijkt dat Tap weliswaar zwaargewond is, maar nog lang niet dood. Ze pakt de staak en slaat nog eens en nog eens.

Het lijk dat op maandagmorgen 30 juni 1930 in een moddersloot in Vianen wordt gevonden, is vreselijk toegetakeld. Wonden aan hoofd en armen. Er blijkt zelfs chloorkalk en peper over het lijk gegooid te zijn, om speurhonden op een dwaalspoor te brengen. Niet veel later worden twee verdachten, de zwervers Van Dijk en Mackowiak, aangehouden.

Tijdens de rechtszitting in Den Bosch, op 15 juni 1931, bekent Van Dijk dat hij Berend Tap, na het toedienen van slagen, samen met de vrouw in een sloot heeft gekieperd. Toen hoorden ze Tap nog kermen:

‘Nou gooit ze ook nog kalk over me heen.’

Daar had Mackowiak wel raad mee geweten. Met een hooivork had ze net zolang gestoken totdat Tap geen kik meer gaf. ‘Uit erbarmen,’ zegt ze tijdens de zitting. Van Dijk had volgens haar de moord gepleegd, zíj had de zwerver alleen maar uit zijn lijden verlost.

De buit, enkele horloges en klein spul, hadden ze verdeeld. Mackowiak, tijdens de Eerste Wereldoorlog als vluchtelinge uit België in een kamp in Uden terechtgekomen, was eerder verdacht van de moord op een man. Dat kon toen niet bewezen worden.

Van Dijk verklaart dat het hem niet om de buit te doen was geweest. Hij had niet eens willen doden. Hij had Tap alleen maar geslagen omdat hij jaloers was. Tap had een relatie met de Poolse vrouw, terwijl hij verliefd op haar was geworden. De Poolse had volgens hem de dodelijke slagen uitgedeeld. Het deed er niet toe, vond de rechter en hij veroordeelde beiden tot acht jaar cel.

Tap was getrouwd, maar leefde al jaren gescheiden van zijn vrouw. Dat was een beruchte oplichtster: Femia Haverhoek. Toen haar man voor de rechter stond, zat ze zelfs wegens kwakzalverij in de gevangenis. Haverhoek gaf zich later uit als ‘psychometriste’: ze kon aan een portret gebeurtenissen uit het verleden aflezen.

~ Geurt FranzenBHIC

Dit verhaal is geschreven door journalist/schrijver Geurt Franzen en verscheen eerder in dagblad De Gelderlander.

BHIC

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 54.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×