Arthur Seyss-Inquart – Rijkscommissaris van Nederland

De Oostenrijkse Reichskommissar van Nederland, 1940-1945
7 minuten leestijd
Arthur Seyss-Inquart (1892-1946)
Arthur Seyss-Inquart (1892-1946)

De Oostenrijkse jurist en nazi Arthur Seyss-Inquart (1892-1946) was een van de loyaalste aanhangers van Adolf Hitler. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd hij Rijkscommissaris van Nederland namens nazi-Duitsland. Seyss-Inquart, spottend ook wel ‘zes-en-een-kwart’ genoemd, hoorde bij de 22 nazi’s die het oorlogstribunaal in Neurenberg berechtte en werd op 1 oktober 1946 ter dood veroordeeld. Het vonnis werd voltrokken op 16 oktober van dat jaar.

Seyss-Inquart tijdens de Anschluss in Wenen (1938)
Seyss-Inquart tijdens de Anschluss in Wenen (1938)
Over de persoonlijkheid en stijl van nazi Arthur Seyss-Inquart schreef historicus Han van der Horst kort maar krachtig:

Seyss-Inquart gold als een overtuigde, intellectuele nazi, geen houwdegen, maar een bestuurder, geen schreeuwlelijk, maar een consequente doorzetter. En zijn trouw aan de Führer oversteeg al zijn overwegingen.”

Jeugd, opleiding en huwelijk van Arthur Seyss-Inquart

Arthur Seyss-Inquart werd geboren op 22 juli 1892 in het Tsjechisch-Duitse dorpje Stannern in de Dubbelmonarchie Oostenrijk-Hongarije. Zijn vader Emil werkte daar als talendocent op een gymnasium waar hij Latijn, Grieks en Duits gaf, tot hij in 1889 aangesteld werd als schooldirecteur van het Staatsgymnasium in Olmütz. Zijn vader was loyaal aan het Huis van Habsburg en politiek gematigd. Hij was, aldus zijn biograaf Johannes Koll in Arthur Seyß-Inquart und die deutsche Besatzungspolitik in die Niederlanden (1940-1945) in diens fraaie levensbeschrijving uit 2015, geen antisemiet of xenofoob. Er zijn evenmin bewijzen dat Arthur in zijn jeugd van huis uit met dit gedachtegoed geïnfiltreerd werd.

Arthur bezocht tussen 1898 en 1902 de Volksschule in Olmütz, waar hij goede tot zeer goede cijfers haalde. Toen vader Emil in 1908 met pensioen ging, verhuisde de familie naar het ten zuiden van Wenen gelegen Baden. Daar rondde Arthur Seyss-Inquart in juli 1910 het gymnasium af. Hierna begon hij aan een studie Rechten aan de Universiteit Wenen. Deze studie rondde hij op 25 mei 1917 af met een promotie tot doctor.

Kort voor de afronding van zijn rechtenstudie, in december 1916, trouwde Arthur Seyss-Inquart met Gertrud Maschka, die hij in 1911 had leren kennen. Gertrud was de dochter van een hoge ambtenaar in het Oostenrijks-Hongaarse ministerie van Oorlog. Samen kregen Arthur en Gertrud drie kinderen: Ingeborg Caroline Auguste in 1917, Richard in 1921 en Dorothea in 1928.

Eerste Wereldoorlog

Een maand voor het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog meldde Arthur Seyss-Inquart zich als vrijwilliger aan bij het Oostenrijks-Hongaarse leger. Hij volgde een militaire opleiding in Innsbruck. Al vroeg in de oorlog, in mei 1915 raakte Arthur in een vuurgevecht met de Russen bij Gorlice in Galicië (gelegen in het zuidoosten van Polen), gewond door een schot in zijn bovenarm. Daarvoor werd hij een maand lang in het Weense ziekenhuis behandeld. Gedurende de oorlog – waarbij hij vocht in Rusland, Roemenië en Italië – wist Arthur zich op te werken tot ‘Oberleutnant der Reserve’. Ook ontving hij meerdere medailles en onderscheidingen voor dapper gedrag op het slagveld.

De Eerste Wereldoorlog was naast de militaire ervaring die Seyss-Inquart opdeed, ook vormend omdat hij in deze jaren in de ban kwam van het antisemitisme.

Seyss-Inquart als nazileider in Oostenrijk

Na de oorlog was Seyss-Inquart actief als advocaat. In december 1931 was Seyss-Inquart lid van de Oostenrijkse NSDAP-afdeling in Wenen, waar hij in 1938 een officiële functie kreeg. In diezelfde maand sloot hij zich aan bij de paramilitaire organisatie Steirischer Heimatschutz, waar hij al sinds 1925 mee in contact stond.

In 1934 begon Seyss-Inquarts politieke carrière. In dat jaar werd hij opgenomen als medewerker in het kabinet van Bondskanselier Engelbert Dollfuss (1892-1934). Mede op advies van Benito Mussolini had deze antinazistische politicus in 1933 in Oostenrijk een dictatuur ingesteld. Op 25 juli 1934 was Arthur Seyss-Inquart zijdelings betrokken bij de mislukte Juliputsch in Wenen, onder leiding van de nazi en Hitler-vertrouweling Theodor Habicht (1898-1944), bedoeld om de nationaalsocialisten in Oostenrijk aan de macht te krijgen. Hierbij werd de antinazistische Dollfuss vermoord, een moordaanslag die met medewerking van nazi-Duitsland beraamd was.

Ovationeel applaus voor Hitler in de Reichstag, nadat hij de succesvolle Anschluss in maart 1938 heeft aangekondigd. Bron: www.rarehistoricalphotos.com
Ovationeel applaus voor Hitler in de Reichstag, nadat hij de succesvolle Anschluss in maart 1938 heeft aangekondigd. Bron: www.rarehistoricalphotos.com

Hierna trad in Oostenrijk, van 1934-1938, het kabinet van Bondskanselier Kurt von Schuschnigg (1897-1977) aan. Net als zijn voorganger Dolfuss zocht Schuschnigg aansluiting bij Mussolini’s Italië om de onafhankelijkheid van Oostenrijk te waarborgen, maar de Anschlusswens groeide in Oostenrijk. In 1937 sloot het land een tolunie met Duitsland. In maart 1938 werd Schuschnigg in Hitlers Berchtesgarden uitgenodigd, waar Adolf Hitler op intimiderende wijze de Anschluss eiste.

Onder deze druk en allerlei dreigementen werd Arthur Seyss-Inquart op 16 februari 1938 op instigatie van Adolf Hitler benoemd als nieuwe Oostenrijkse minister van Binnenlandse Zaken. Op 12 maart 1938 volgde hij Schuschnigg, die zich een dag ervoor onder zware diplomatieke druk van Hitler had teruggetrokken, op als Bondskanselier, overigens onder de titel Reichsstatthalter en in de rang van een SS-Obergruppenführer. Hiermee was de Anschluss van Oostenrijk bij Hitlers ‘Derde Rijk’ een voldongen feit. De Anschluss leidde ertoe dat liefst 70 procent van de zittende politici het veld moest ruimen, waarmee parlement en regering genazificeerd werden.

Op 1 mei 1939 hief nazi-Duitsland de Oostenrijkse regering op en werd Arthur Seyss-Inquart rijksminister zonder portefeuille. Officieel hield hij deze status tot het einde van de oorlog in 1945. In september 1939, na de Duitse inval in Polen, benoemde Adolf Hitler Seyss-Inquart tot plaatsvervanger van gouverneur-generaal Hans Frank (1900-1946) – die op dezelfde dag als Seyss-Inquart in Neurenberg geëxecuteerd zou worden – in de door de nazi’s bezette gebieden in Polen.

Rijkscommissaris van Nederland: 1940-1945

Seyss-Inquart spreekt de Ordnungspolizei toe in Den Haag (1940)
Seyss-Inquart spreekt de Ordnungspolizei toe in Den Haag (1940)
Op 18 mei 1940, kort na de Duitse inval van Nederland op 10 mei 1940, kreeg Arthur Seyss-Inquart een benoeming als Rijkscommissaris van Nederland, voluit Reichskommissar für die besetzten niederländischen Gebiete.

Seyss-Inquart begon snel met de politieke gelijkschakeling en liquidatie van linkse partijen in Nederland. Op 20 juli 1940 benoemde hij Meinoud Rost van Tonningen (1894-1945) tot liquidatie-commissaris van alle socialistische en marxistische organisaties, waaronder de SDAP en de daarbij aangesloten vakbonden, de CPN en RSAP. DE felle en radicaal pro-Duitse Rost van Tonningen was overigens een goede huisvriend van Seyss-Inquart en kwam regelmatig bij hem over de vloer.

Als Rijkscommissaris probeerde Seyss-Inquart aanvankelijk met zachte hand om de Nederlandse bevolking achter het nationaalsocialisme te krijgen. Maar na de Februaristaking van 1941 werd zijn optreden harder en meedogenlozer. Seyss-Inquart had een belangrijk aandeel in de organisatie van de deportatie van ruim honderdduizend Joden naar Westerbork en van daaruit naar de vernietigingskampen in Midden- en Oost-Europa. Wel bepleitte hij voorzichtig bij Heinrich Himmler om de razzia’s op Nederlandse Joden af te zwakken en de Joden niet door te sturen naar Oost-Europa, maar in Westerbork, Vught en twee Amsterdamse getto’s te laten. Niet medemenselijkheid was hier het motief, maar pragmatisme: de bevolking zou wel eens in opstand kunnen komen tegen de Jodenvervolgingen en het expliciete antisemitische optreden van de nazi’s.

In Nederland had Seyss-Inquart in Apeldoorn aan de Loolaan een eigen bunker. Deze Luftschutzbunker is tegenwoordig online te bekijken.

Bijnamen

Door een val in de bergen in Tirol in 1928 – toen hij de Ortler beklom – was Arthur Seyss-Inquart mank geraakt. Zijn linkerknieschijf was verbrijzeld door dit ongeluk. Tijdens de Tweede Wereldoorlog leverde hem dit in Nederland bijnamen op als ‘Seys Hinkelepink’, ‘Leyss Hinkwat’, ‘Judas Mankabenus’ en ‘Zes-en-een-kwart’. In het Verzetsmuseum is nog een sigarettendover van ‘Zes-en-een-kwart’ cent te bewonderen, gemaakt als parodie op Seyss-Inquarts naam: deze Rijkscommissaris was het slechts waard dat er sigaretten op hem uitgedrukt werden.

In de laatste dagen van de oorlog nam Arthur Seyss-Inquart deel aan gesprekken met de geallieerden over voedseldroppings in West-Nederland. Tijdens een van de onderhandelingen – op 30 april 1945 in Achterveld -, wilde Seyss-Inquart zich niet overgeven. Terwijl toen duidelijk was dat nazi-Duitsland de oorlog zou verliezen. Het schijnt dat de geïrriteerde Amerikaanse generaal Walter Bedell Smith toen tegen Seyss-Inquart zei: “Jij wordt hoe dan ook doodgeschoten”, waarop Seyss-Inquart repliceerde: “Dat laat me koud.” Daarop reageerde Bedell Smith met de woorden: “Dat zal het zeker doen…”

Op 8 mei 1945 namen Canadese militairen Arthur Seyss-Inquart gevangen. Hij werd enige tijd vastgehouden in een gevangenis in de Twentse plaats Delden nabij kasteel Twickel, waar Seyss-Inquart in de regio een landhuis bezat.

Veroordeling van Arthur Seyss-Inquart in Neurenberg

Tijdens de processen van Neurenberg bleek uit een onderzoek dat Arthur Seyss-Inquart, net als verscheidene andere nazi’s, een opvallend hoog IQ had, namelijk van 146. Liefst zeven van de 21 nazi’s die in Neurenberg door (nota bene) een Joodse psychiater onderzocht werden, kwamen uit op een IQ tussen 130 en 140.

Arthur Seyss-Inquart als aangeklaagde tijdens zijn proces in Neurenberg
Arthur Seyss-Inquart als aangeklaagde tijdens zijn proces in Neurenberg
Net als verscheidene andere nazi’s – onder wie Alfred Rosenberg, Julius Streicherm, Albert Speer, Baldur von Schirach, Hermann Göring en Alfred Jodl – moest Arthur Seyss-Inquart zich in Neurenberg verantwoorden voor het oorlogstribunaal. Hij werd schuldig bevonden aan drie van de vier aanklachten die in het proces geformuleerd werden en kreeg de doodstraf door ophanging. Deze werd op 16 oktober 1946 voltrokken. De laatste woorden van Seyss-Inquart waren, vertaald uit het Duits uiteraard:

“Ik hoop dat deze executie de laatste daad van de tragedie van de Tweede Wereldoorlog zal zijn en dat de les die uit deze wereldoorlog geleerd is, moge zijn dat vrede en begrip tussen de verschillende volkeren moet bestaan. Ik geloof in Duitsland.”

Bronnen

Boeken
-Wilco Gieling, Seyss-Inquart (Soesterberg: Aspekt, 2011).
-Over Seyss-Inquarts carrière tot 1940: Johannes Koll, Arthur Seyß-Inquart und die deutsche Besatzungsolitik in den Niederlanden (Wenen en Keulen: Böhlau Verlag, 2015) 29-68.
-Han van der Horst, Nederland. De vaderlandse geschiedenis van de prehistorie tot nu (7e druk; Amsterdam: Bert Bakker, 2009 [2000]) 426-456, citaat op 431.

Internet
-http://www.go2war2.nl/artikel/2279/Seyss-Inquart.htm
-https://de.wikipedia.org/wiki/Arthur_Sey%C3%9F-Inquart
-https://www.verzetsmuseum.org/museum/nl/kinderen/over-de-oorlog/digitale_expo/uitvindingen/uitvindingen,seyss-inquart
-http://austria-forum.org/af/AEIOU/Sey%C3%9F-Inquart,_Arthur

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 53.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×