Van alle kabinetsformaties duurde die van 1977 het langst: 208 dagen maar liefst. Dat lag aan een botsing tussen de PvdA van Joop den Uyl en het CDA van Dries van Agt.
Samenwerken lag voor de hand, maar de afstand tussen de leiders was groot. Van Agt noemde de PvdA-voorman ‘drammerig’ en ‘een fanaat’. Joop den Uyl omschreef de CDA-leider als een ‘eigenaardige man’ en zijn werkwijze als ‘komisch’. Dat gaf weinig hoop voor de toekomst.
De problemen begonnen in het voorgaande kabinet (1973-1977), waarin Den Uyl premier was en Van Agt minister van Justitie. Ook toen waren zij het nooit eens: hun geruzie was een van de redenen voor de val van dit kabinet in maart 1977. Als Van Agt sprak, ‘begon Den Uyl onrustig op zijn stoel te draaien’, herinnert een D66-er. Zelfs mevrouw Den Uyl bemoeide zich er mee: ‘pak die Dries eens wat harder aan’, zou ze hebben gezegd. Den Uyl gaf Van Agt de schuld van de val. En Van Agt reageerde met opmerkingen als:
“…dit is mijn eigen haar. Toupetjes worden niet grijs, zoals ik na vier jaar met ome Joop.”
In deze sfeer leek opnieuw samen regeren onmogelijk. Maar PvdA en CDA kwamen als grote overwinnaars uit de verkiezingen en moesten dus wel proberen een kabinet te vormen.
Na lange onderhandelingen liep de formatie uiteindelijk spaak. Van Agt zocht de VVD op en toverde een kabinet van VVD en CDA uit zijn hoed. De PvdA had als grootste partij met 53 zetels het nakijken en verdween in de oppositie.