De dinosaurus is waarschijnlijk van carnivoor (vleeseter) geëvolueerd naar herbivoor (planteneter). Dit blijkt uit een schedel van een Heterondontosaurus die is onderzocht. Deze bevatte zowel tanden van planteneters als vleeseters. Volgens de onderzoekers uit London, Chicago en Cambridge duidt dit erop dat zij een soort ’tussenvorm’ waren tussen de carnivoren en de herbivoren.
De oudste dinosauriërs, die zo’n 230 miljoen jaar geleden leefden, waren allemaal carnivoor. De soorten die later leefden waren planteneters. De Heterondontosaurus leefde waarschijnlijk in de tijd die daar tussen zat als de eerste planteneter. Deze volwassen dinosaurus was ongeveer zo groot als een kalkoen.
De schedel is al in de jaren ’60 opgegraven, maar tot nu nog nooit goed onderzocht. Het zou kunnen dat de dinosaurus een omnivoor (alleseter) was, maar veel wetenschappers denken dat het ook zou kunnen dat hij planten at en dat zijn scherpe hoektanden alleen werden gebruikt voor territoriumdrift of om concurrerende mannetjes weg te jagen.
Het bijzondere aan de ontdekking is ook dat het een jonge dino betreft. Voorheen waren alleen ontdekkingen van volwassen dinosaurussen bekend. Hierdoor zijn de onderzoekers er onder meer achter gekomen dat de Heterondontosaurus waarschijnlijk zelden van tanden wisselde. Dit is opmerkelijk, aangezien de meeste reptielen regelmatig nieuwe tanden krijgen.
- Natural History Museum: ‘Big teeth for a tiny dinosaur’
- DVD: Walking With Dinosaurs
- Boek: Dinosaurus, the complete guide to Dinosaurs