De Friezen spreken van terpen, de Groningers hebben het over wierden, de Duitsers kennen Warften en de Denen værfter, maar ze bedoelen allemaal dezelfde heuvels waarop de bewoners van het antieke kustlandschap hun boerderijen bouwden. Archeologen dateren de oudste woonheuvels rond 500 v.Chr. en vermoedelijk zijn ze eigenlijk bij toeval ontstaan: waar mensen wonen, werpen ze afval neer en waar vee loopt, valt mest. Als de zee in de buurt is, is het slim om, wanneer je huis moet worden vervangen, het nieuwe huis te bouwen op de resten van het oude, omdat je dan wat hoger zit en grotere kans hebt boven de branding te blijven.
Later werden de heuvels kunstmatig verhoogd. Sommige zijn wel zes meter hoog. De boerderijen zelf hadden vaak een verhoogde bodem, als een extra garantie dat de bewoners geen natte voeten zouden krijgen. Als u een idee wil krijgen van het comfort van zo’n huis, kijk dan eens in Archeon in Alphen aan den Rijn, waar twee huizen zijn nagebouwd die zo rond 300 v.Chr. stonden in het Groningse Ezinge.
Een hoop kwalen
Daar is tegenwoordig museum Wierdenland en daar maakte ik onlangs bovenstaande foto. De man in kwestie, die ergens in de tweede eeuw n.Chr. zal hebben geleefd, is een jaar of dertig oud geworden of wellicht nog iets ouder.
Gegeven de antieke leefomstandigheden moet hij al een hoop kwalen te verduren hebben gehad. Vitamine-C-gebrek betekende bijvoorbeeld dat menigeen geen goede tanden meer had. Een dertiger zag vermoedelijk niet zo scherp omdat de antieke voeding arm was aan caroteen. Engelse ziekte en tuberculose waren vrij gangbaar. De kinderziekten waren in de Oudheid ronduit verschrikkelijk: een derde van de kinderen overleed in het eerste levensjaar en een tweede derde overleed aan de kinderziekten. Men kende immers de heilzame werking van vaccins nog niet. (Ik dacht: ik gooi de hype van vorige week er nog even tussendoor.) Hollywood-weergaves van pakweg Alexander de Grote of Jezus of andere dertigers zijn altijd te clean: ze misten tanden en hadden vergroeide ledematen.
Osteoartritis
De man uit Ezinge leed aan osteoartritis: zijn kraakbeen sleet sneller dan normaal, zodat zijn botten niet meer zo gemakkelijk bewogen. Er groeien dan – als ik het goed begrijp – nieuwe stukjes bot, die de spieren en pezen behoorlijk kunnen irriteren. Eén mogelijke oorzaak van osteoartritis is een slechte houding en dat zou bij deze man weleens het geval geweest kunnen zijn, want de botwoekering bevond zich in de linkerschouder en rechterheup: twee plaatsen die met elkaar corresponderen als je in evenwicht wil blijven. (Wie zijn linkerschouder omhoog trekt, kantelt automatisch zijn bekken.)
Misschien heeft de man uit Ezinge wel veel zware voorwerpen verkeerd getild, wie weet wel emmers vol klei toen hij bezig was te helpen bij het ophogen van zijn woonheuvel.
Overzicht van Boeken over de geschiedenis van Groningen