Excuses slavernijverleden kabinet op acht verschillende plekken

Het Nederlandse kabinet gaat op 19 december aanstaande officieel excuses aanbieden voor het Nederlandse slavernijverleden. En dat niet op één locatie, maar op acht. Hiervoor reizen verschillende kabinetsleden onder meer af naar Suriname en het Caribische deel van het Koninkrijk. Dat meldt de NOS vrijdag.

Dat er excuses uitgesproken zouden worden was al min of meer aangekondigd. Enkele maanden geleden bracht premier Rutte nog een bezoek aan Suriname. Hij maakte toen duidelijk dat het jaar 2023 in het teken moest staan van de erkenning van het slavernijleed. Het is volgend jaar precies honderdvijftig jaar geleden dat de slavernij in de Nederlandse koloniën werd afgeschaft. Helemaal vrij waren de voormalige slaven toen overigens nog niet. De voormalige slaven moesten nog tenminste tien jaar op de plantages blijven werken. Ze kregen voortaan wel betaald, maar helemaal vrij waren ze de eerste periode dus nog niet.

Nu is dus duidelijk dat de excuses al dit jaar uitgesproken worden. Een meerderheid van de Tweede Kamer drong eerder ook al aan op het aanbieden van excuses. Verschillende burgemeesters van grote steden in Nederland spraken afgelopen periode al excuses uit voor de rol van hun steden in het slavernijverleden. Deze maand gebeurde dat bijvoorbeeld nog in Den Haag.

Premier Mark Rutte spreekt op 19 december als premier in Nederland officieel excuses uit. Andere kabinetsleden die op dezelfdee dag excuses aanbieden zijn:

De afgelopen jaren is er vanuit verschillende hoeken ook voor gepleit om 1 juli, de dag van het Ketikoti-feest, uit te roepen tot nationale herdenkingsdag. Voor zover bekend is hier nog geen besluit over genomen.

Uit onderzoek van I&O Research, uitgevoerd in opdracht van de NOS, blijkt dat 38 procent van de Nederlanders momenteel voor het aanbieden van excuses is en 49 procent tegen. Vorig jaar lagen die percentages nog op 31 en 55 procent.